UMC Utrecht
Autoimmuunziekte vergroot kans beroerte
Een bloedmarker van een autoimmuunziekte die vooral bij vrouwen onder
de vijftig voorkomt vergroot de kans op een beroerte met een factor
veertig. Onderzoekers van het UMC Utrecht en het Leiden UMC
concluderen dat in het tijdschrift Lancet Neurology van november. Ze
vinden dat vrouwen met een beroerte gescreend moeten worden op deze
bloedmarker. Vrouwen kunnen dan intensiever behandeld worden om
herhaling te voorkomen.
Het gaat om een bloedmarker van het antifosfolipiden-syndroom, een
autoimmuunziekte die voornamelijk bij vrouwen voorkomt. Patiënten met
dit syndroom hebben trombose gehad en hebben zogenaamde
antifosfolipiden-antilichamen in het bloed. Deze antilichamen binden
aan celmembranen en beïnvloeden op die manier onder meer de
bloedstolling. Hoewel het syndroom zeldzaam is, heeft ongeveer 1
procent van de mensen antifosfolipiden antilichamen in het bloed.
Het onderzoek werd uitgevoerd onder 175 vrouwen met een beroerte, 203
met een hartaanval en 628 gezonde vrouwen, allemaal jonger dan vijftig
jaar. De onderzoekers analyseerden vragenlijsten over leefstijl. Op
die manier kregen ze inzicht in risicofactoren voor trombose zoals
bijvoorbeeld roken en pilgebruik. De aanwezigheid van
antifosfolipiden-antilichamen stelden ze via bloedonderzoek vast.
Het blijkt dat de antilichamen voorkomen bij 30 vrouwen met een
beroerte, bij 6 met een hartaanval en bij 4 van de gezonde deelnemers.
Hieruit volgt dat de antilichamen de kans op een beroerte ruim veertig
keer verhogen. Het risico op een beroerte is nog veel hoger als
vrouwen met deze antilichamen roken of de anticonceptiepil gebruiken.
Opgeteld vergroot dat de kans met een factor tweehonderd.
Op basis van de bevindingen raden de onderzoekers aan om vrouwen met
een beroerte standaard te onderzoeken op aanwezigheid van de
autoimmuunziekte. Als ze de ziekte hebben is de kans groot dat ze weer
een beroerte of hartinfarct zullen krijgen. Ze kunnen dan preventief
intensiever behandeld worden met middelen die de bloedstolling
verminderen.
Hoofdonderzoeker prof. dr. Philip de Groot van de afdeling Klinische
Chemie en hematologie van het UMC Utrecht: "De aanwezigheid van het
antifosfolipiden-syndroom bij jonge vrouwen met een beroerte is niet
zomaar een risicofactor. Het is de enige risicofactor die mogelijk
leidt tot een andere behandeling. Dat maakt onze publicatie
bijzonder."
Screenen op aanwezigheid van het antifosfolipiden-syndroom bij vrouwen
onder de vijftig zonder beroerte is niet nuttig omdat het absolute
risico op een beroerte bij deze vrouwen nog steeds laag is. Het
absolute risico op een beroerte bij jonge vrouwen is 0,3 per 1000
persoonsjaren. Het betekent dat ieder jaar 3 per 10000 vrouwen een
beroerte krijgen.
Het artikel in Lancet Neurology is al online gepubliceerd.
Voor meer informatie, bel 088 75 588 50 of mail info@umcutrecht.nl
maandag 9 november 2009