UMC St Radboud
Nederlandse eerstelijnszorg is voorbeeld voor buitenland
(06-11)
De Nederlandse eerstelijnszorg kan model staan voor de organisatie van
de gezondheidszorg in het buitenland. Dit zei prof. dr. Richard Grol,
hoogleraar kwaliteit van zorg (UMC St Radboud) in een toespraak
vandaag in Washington. Sterke kanten van de moderne Nederlandse
huisartsenpraktijk zijn onder andere de goede toegankelijkheid, de
uitgebreide set van gezondheidsdiensten en de inzet van
praktijkverpleegkundigen voor chronisch zieken.
Grol hield de toespraak bij de presentatie van een groot
internationaal onderzoek onder huisartsen, voor een gezelschap van
ministers, parlementariërs en beleidsfunctionarissen uit de
deelnemende landen.
Vandaag zijn in Washington DC de resultaten gepresenteerd van de
International Health Policy Survey 2009 van het Commonwealth Fund.
Ruim 10.000 huisartsen, afkomstig uit elf landen deden mee aan de
Survey. In Nederland, dat dit jaar voor de vierde maal meedoet, heeft
de afdeling IQ healthcare van het UMC St Radboud het onderzoek
uitgevoerd.
Bewondering
Vooral in de Verenigde Staten heeft men bewondering voor de wijze
waarop in Nederland de verzekering tegen ziektekosten geregeld is om
de financiële toegankelijkheid van de zorg voor burgers te waarborgen.
Echter, niet alleen de verzekering, maar ook het aanbod en de
organisatie van de zorg moeten kwalitatief in orde zijn. Dit betoogde
prof.dr. Richard Grol, directeur van IQ healthcare, in een toespraak
die hij in Washington hield op uitnodiging van het Commonwealth Fund.
Best practice
De Nederlandse huisartsenpraktijk beschikt anno 2009 over een team van
medewerkers. Bij een grote meerderheid zijn praktijkondersteuners
werkzaam die voorlichting geven, preventieve zorg verlenen en
leefstijlbegeleiding bieden. Met name deze goede organisatie van de
zorg voor patiënten maakt, aldus Grol, dat de Nederlandse
eerstelijnszorg beschouwd kan worden als best practice; een
voorbeeldmodel voor andere landen. Ook de 24/7 toegankelijkheid van de
zorg, de ICT-toepassingen en de financiële regelingen voor extra
zorgdiensten zijn sterke kanten van het Nederlandse systeem.
Incidenten
Wat de Nederlandse huisartsen minder goed doen is het registreren en
leren van gemaakte fouten. Slecht vijf procent van de Nederlandse
huisartsen gaf aan dat de praktijk een goed werkende procedure heeft
om incidenten op te sporen en vervolgacties in te zetten. Dit terwijl
patiëntveiligheid hoog op de landelijke agenda staat. In het Verenigd
Koninkrijk heeft 56 procent van de huisartsen een goede procedure
hiervoor. IQ healthcare voert momenteel een landelijke studie uit naar
onbedoelde schade en incidenten in de eerste lijn. De resultaten van
deze studie kunnen straks misschien helpen bij het verbeteren van deze
situatie.