11 > Verordening inzake migratie van het Schengeninformatiesysteem SIS
1+ naar SIS II
Verordening inzake migratie van het Schengeninformatiesysteem SIS 1+ naar
SIS II
EU-voorstel | 9 november 2009
Voorstel voor een Verordening van de Raad tot wijziging van
Verordening (EG) nr. 1104/2008 van de Raad over de migratie van het
Schengeninformatiesysteem (SIS 1+) naar het Schengeninformatiesysteem
van de tweede generatie (SIS II)
en
Voorstel voor een Besluit van de Raad tot wijziging van Besluit
2008/839/JBZ over de migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS
1+) naar het Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS
II)
Datum Commissiedocument: 29 september 2009.
* 1. Algemene gegevens
* 2. Samenvatting BNC-fiche
* 3. Samenvatting voorstel
* 4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteit- en
proportionaliteitsvaststelling
* 5. Implicaties financieel
* 6. Implicaties juridisch
* 7. Implicaties voor uitvoering en handhaving
* 8. Implicaties voor ontwikkelingslanden
* 9. Nederlandse positie
1. Algemene gegevens
Nr. Commissiedocument:COM (2009) 508 definitief en COM (2009) 509
definitief.
Prelex:
http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=198635
http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=198634
Nr. Impact-assessment Commissie en Opinie Impact-Assessment Board:
Niet opgesteld.
Behandelingstraject Raad: Raadswerkgroep Schengen Aquis, JBZ-Raad
(behandeling waarschijnlijk onder Zweeds voorzitterschap).
Eerstverantwoordelijke ministerie: Ministerie van Binnenlandse Zaken
en Koninkrijksrelaties
Rechtsbasis: Rechtsbasis voor het voorstel voor de verordening volgt
uit artikel 66 van het EG-verdrag.
Rechtsbasis voor het voorstel voor het besluit volgt uit artikel 30,
lid 1, onder a; artikel 31, lid 1, onder a; en artikel 34, lid 2,
onder c van het EU-verdrag.
Besluitvormingsprocedure en rol Europees Parlement: Voor de
Verordening geldt dat er besloten wordt met gekwalificeerde
meerderheid. Voor het Besluit geldt dat er besloten wordt met
eenparigheid van stemmen.
Met betrekking tot zowel het Besluit als de Verordening geldt de
adviesprocedure voor het Europees Parlement.
Comitologie
Niet van toepassing.
Naar boven
2. Samenvatting BNC-fiche
Het voorstel van de Commissie is om Verordening (EG) nr. 1104/2008 en
Besluit 2008/839/JBZ over de migratie van het
Schengeninformatiesysteem te verlengen totdat de migratie technisch
haalbaar is. Tevens stelt de Commissie voor de Global Programme
Management Board (GPMB), de algemene programmabeheersraad, op te
richten. Dit is een groep van deskundigen die op het algemene
programmaniveau actief is. Het voorstel bestaat uit twee onderdelen:
een voorstel voor een verordening en een voorstel voor een besluit van
de Raad. Het oordeel over de subsidiariteit van het voorstel is
positief. Het oordeel over de proportionaliteit van het voorstel om
Verordening (EG) nr. 1104/2008 en Besluit 2008/839/JBZ over de
migratie van het Schengeninformatiesysteem (SIS) te verlengen, is
positief. Over de proportionaliteit van de oprichting van de GPMB kan
Nederland op dit moment geen oordeel geven. Nederland onderschrijft de
noodzaak voor samenwerking tussen de Commissie en de lidstaten op het
gebied van de ontwikkeling van het Schengeninformatiesysteem van de
tweede generatie (SIS-II) en het succesvol implementeren van dit
systeem, maar heeft een aantal belangrijke kanttekeningen bij het
voorstel. Deze hebben betrekking op de onbeperkte geldigheidsclausule,
ofwel de ontbrekende datum voor de inwerkingtreding van de SIS-II, de
onduidelijkheid van de rol, taken en bevoegdheden van het GPMB en het
belang van een geleidelijke overgangsperiode.
Naar boven
3. Samenvatting voorstel
Het Schengeninformatiesysteem (SIS) (Het Schengen Informatie Systeem
(SIS) is een geautomatiseerd register dat de politiële en justitiële
autoriteiten in elk van de Schengen-landen permanent inzicht verschaft
in de internationale opsporingsinformatie van de andere partners in
het Schengen Akkoord van 1985. Dit systeem is tot stand gekomen ter
compensatie van de weggevallen grenscontroles aan de binnengrenzen in
het Schengen-gebied. Hiervoor werd een verdergaande samenwerking op
het gebied van de politiële en justitiële taken nodig geacht. Het SIS
is één van de instrumenten daartoe, de juridische basis voor het
systeem ligt in de Schengen Uitvoeringsovereenkomst uit 1990. Elk
Schengen-land heeft volgens afgesproken specificaties een nationaal
informatiesysteem (NSIS) ontwikkeld dat via het Centrale
Schengen-informatiesysteem (CSIS) in Straatsburg (Frankrijk) is
gekoppeld aan de NSIS-systemen van andere Schengen-landen. Wijzigingen
worden in het eigen NSIS ingevoerd en vrijwel continue worden de
NSIS-systemen met elkaar gesynchroniseerd via het CSIS. Vanwege de
uitbreiding van de EU, maar ook omdat het huidige SIS verouderd is, is
het Schengen Informatie Systeem van de tweede generatie, SIS II, in
ontwikkeling), en de verder uitgewerkte versie daarvan, SIS 1+, is een
essentieel instrument voor de toepassing van de bepalingen van het
Schengenacquis zoals dat is opgenomen in het kader van de Europese
Unie. De Commissie is belast met de ontwikkeling van het
Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (SIS II), waarbij
rekening wordt gehouden met de nieuwste ontwikkelingen op het gebied
van informatietechnologie en extra functies kunnen worden ingevoerd.
De instrumenten van SIS II zullen in de plaats treden van de
bepalingen van het Schengenacquis betreffende SIS 1+ maar voordat dit
kan gebeuren, moeten de gebruikers van SIS 1+ migreren naar de SIS
II-omgeving. Er is daarom een rechtskader gedefinieerd voor de
migratie van SIS 1+ naar SIS II. Het tijdsschema, zoals vastgelegd in
de huidige migratie-instrumenten, en met name hun verstrijkingsdatum,
die momenteel ten laatste 30 juni 2010 is, is waarschijnlijk niet
langer realistisch.
Het doel van het voorstel is de rechtsgrondslag die volgt uit
Verordening (EG) nr. 1104/2008 en Besluit 2008/839/JBZ over de
migratie van het Schengeninformatiesysteem, voor de migratie te
verlengen totdat de migratie technisch haalbaar is. Bovendien voorziet
het voorstel in juridische flexibiliteit voor de verwezenlijking van
SIS II-functies door middel van een alternatief technisch scenario dat
op SIS 1+ is gebaseerd, voor het geval het nodig is dat scenario uit
te voeren. Het voorstel verandert niets aan de fundamentele
taakverdeling of de basisstructuur van de financiering. Het voorstel
heeft tevens ten doel een beheersstructuur in te stellen voor de
ontwikkeling van en migratie naar SIS II, met name wat de coördinatie
van de projecten van de Commissie en de lidstaten betreft. Om het
laatste doel te verwezenlijken wordt een algemene programmabeheersraad
(hierna de GPMB,), opgericht, bestaande uit een groep van deskundigen
die op het algemene programmaniveau actief is.
Naar boven
4. Bevoegdheidsvaststelling en subsidiariteit- en
proportionaliteitsvaststelling
a) Bevoegdheid
De Commissie baseert de bevoegdheid van de EG voor de verordening op
artikel 66 van het EG-verdrag. Nederland kan zich vinden in de door
Commissie aangegeven bevoegdheid.
De Commissie baseert de bevoegdheid van de EU voor een Raadsbesluit op
artikel 30, lid 1, onder a; artikel 31, lid 1, onder a; en artikel 34,
lid 2, onder c van het EU-verdrag. Nederland kan zich vinden in de
door Commissie aangegeven bevoegdheid.
b) Functionele toets
Subsidiariteit:
Het Nederlandse oordeel over de subsidiariteit van het voorstel is
positief. De lidstaten moeten intensief samenwerken op het gebied van
de ontwikkeling en implementatie van de centrale onderdelen van het
Schengeninformatiesysteem. Gezien de aard van een gemeenschappelijk
informatiesysteem en vanwege de omvang en de gevolgen van het
optreden, kan dit doel beter worden verwezenlijkt op het niveau van de
Europese Unie (Besluit) en de Gemeenschap (Verordening).
Proportionaliteit:
Het Nederlandse oordeel over de proportionaliteit van het voorstel om
Verordening (EG)
nr. 1104/2008 en Besluit 2008/839/JBZ over de migratie van het
Schengeninformatiesysteem te verlengen, is positief, zij het met een
kanttekening terzake bij een GPMB. Dit initiatief gaat niet verder
dan nodig is om het doel ervan te verwezenlijken. De verlenging van de
migratie is onontkoombaar omdat die langer vergt dan de deadline die
is aangegeven in de huidige verordening.
Wat de oprichting van een GPMB betreft kan Nederland op dit moment
echter geen goed oordeel geven over de proportionaliteit aangezien in
dit voorstel niet precies gedefinieerd is wat de taken,
verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de GPMB zijn. Wanneer dit
precies gedefinieerd is, zal een nadere bestudering over de
proportionaliteit van de oprichting van de GPMB moeten volgen.
Naar boven
5. Implicaties financieel
a) Consequenties EG-begroting
De kosten voor het opzetten, de werking en het onderhoud van het
centrale SIS II komen ten laste van de algemene begroting van de
Europese Unie. Ook de aanvullende kosten voor de migratie, de tests en
de onderhouds- en ontwikkelingsmaatregelen op het centrale niveau (het
centrale SIS II en de communicatie-infrastructuur) komen ten laste van
de algemene begroting van de EU. Dit voorstel van de Commissie
verandert niets aan deze basisstructuur. Bovendien komen ook de kosten
voor de vergadering van de GPMB die bij dit voorstel wordt ingesteld,
met inbegrip van de onkostenvergoedingen voor de deelnemende leden en
deskundigen, ten laste van de algemene begroting van de EU. De totale
indicatieve kosten van dit voorstel bedragen EUR 19.751.000 en zijn
verenigbaar met de bestaande financiële programmering.
b) Financiële consequenties voor rijksoverheid en/of decentrale
overheden:
De test-, migratie-, onderhouds- en ontwikkelingskosten voor de
nationale systemen, met inbegrip van het Nationale
Schengeninformatiesysteem van de tweede generatie (NSIS II), blijven
ten laste komen van de betrokken lidstaat. De totale, meerjarig
begrote kosten (tot en met het vierde kwartaal van 2011) voor de
ontwikkeling van NSIS II zullen voor Nederland op EUR 20.900.000
uitkomen. Het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
is verantwoordelijk voor de kosten voor het nationale systeem. Door
eventuele verdere vertraging in de toekomst kunnen meerkosten
ontstaan. Deze budgettaire gevolgen dienen te worden ingepast op de
begroting van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties.
c) Financiële consequenties voor het bedrijfsleven en burger:
Niet van toepassing.
d) Administratieve lasten voor Rijksoverheid, decentrale overheden en/
of bedrijfsleven en burger:
Niet van toepassing.
Naar boven
6. Implicaties juridisch
a) Consequenties voor nationale en decentrale regelgeving en/of
sanctionering beleid:
Niet van toepassing voor zover nu kan worden beoordeeld.
b) Voorgestelde implementatietermijn (bij richtlijnen en
kaderbesluiten), dan wel voorgestelde datum inwerkingtreding (bij
verordeningen en beschikkingen) met commentaar t.a.v. haalbaarheid:
De verordening zal in werking treden op de derde dag volgende op die
van haar bekendmaking in het Publicatieblad van de Europese Unie.
Het Raadsbesluit heeft dezelfde inwerkingtredingtermijn.
c) Wenselijkheid evaluatie-/horizonbepaling
In het Commissievoorstel is geen evaluatie- en/of horizonbepaling
opgenomen.
Naar boven
7. Implicaties voor uitvoering en handhaving
Niet van toepassing.
Naar boven
8. Implicaties voor ontwikkelingslanden
Niet van toepassing.
Naar boven
9. Nederlandse positie
Vanwege de veiligheid in het Schengengebied is Nederland gebaat bij
een nieuw en modern SIS (SIS-II) dat in staat is om nieuwe
functionaliteiten, zoals biometrische gegevens in signaleringen, toe
te passen en de nieuwe lidstaten in staat stelt het Schengenacquis
onverkort toe te passen. Nederland deelt de noodzaak voor samenwerking
op het gebied van de ontwikkeling en implementatie van SIS-II, maar
heeft een aantal belangrijke kanttekeningen bij het voorliggende
voorstel.
De Commissie heeft ervoor gekozen om in haar voorstel geen
migratie-deadline op te nemen. Het Nederlandse standpunt is dat de
Raad wel een migratie-deadline moet vaststellen. Met het bepalen van
een deadline wordt er druk op de Commissie gecreëerd om strak te
sturen op de ingebruikneming van SIS-II. Tevens stelt Nederland dat
ook een deadline moet worden vastgesteld wanneer een van de twee
mijlpalen (de twee momenten in het vierde kwartaal van 2009 en van
2010, waarop het centrale SIS-II wordt getest op de gewenste
functionaliteit) niet wordt gehaald en over wordt gegaan op het
alternatieve systeem.
Met dit voorstel wordt door de Commissie de GPMB, de algemene
programmabeheersraad, opgericht. De Commissie stelt dat de GPMB zich
gaat bezighouden met het beheer en de coördinatie van het centrale en
de nationale SIS II-projecten. Nederland is positief over het
oprichten van de GPMB om het traject van migratie beheersbaar te
maken. De Commissie heeft echter niet precies gedefinieerd wat de
taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de GPMB zijn.
Daarnaast stelt Nederland ook dat dit voorstel niet duidelijk maakt
wat de rol van de GPMB is ten opzichte van de lidstaten, de Commissie
en andere EU-instellingen. Nederland is van mening dat het mandaat van
de GPMB niet de rol van het coördineren en controleren van het
migratietraject moet overstijgen, zeker niet met betrekking tot de
nationale SIS-projecten
Nederland vindt dat de mogelijkheid aanwezig moet zijn om tijdens de
migratieperiode al gebruik te kunnen maken van de functionaliteit van
SIS II door de lidstaten die aan alle voorwaarden voor migratie hebben
voldaan. Dit heeft als voordeel dat de gemigreerde SIS II landen hun
systemen niet hoeven te beperken in functionaliteit totdat alle landen
gemigreerd zijn.
Naar boven
Laatst aangepast: 9 november 2009
Ministerie van Buitenlandse Zaken