Antwoorden op kamervragen van Agema over het tekort aan artsen
Kamerstuk, 9 november 2009
9 november 2009
Kamervragen
Geachte voorzitter,
Hierbij zend ik u de antwoorden op de vragen van het Kamerlid Agema
(PVV) over het tekort aan artsen.
Hoogachtend,
de Minister van Volksgezondheid,
Welzijn en Sport,
dr. A. Klink
Antwoorden op kamervragen van het Kamerlid Agema over het tekort aan
artsen.
( 2009Z19230)
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht "Tekort artsen barrière markt"? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat is uw mening over de stelling dat Nederland te weinig medisch
specialisten heeft, waardoor de marktwerking in de zorg stagneert?
Vraag 3
Bent u met de onderzoekers van mening dat de hoge salarissen en de
grote werkdruk wijzen op een tekort aan medisch specialisten?
Antwoorden 2 en 3
Uit het Capaciteitsplan 2008 van het Capaciteitsorgaan blijken de
volgende feiten. Eind 2000 bestonden over een brede linie aan
specialismen (grote) tekorten. Er is intussen veel tot stand gebracht.
Zo is het aantal studenten geneeskunde dat jaarlijks instroomde omhoog
gegaan van ongeveer 2.000 naar 2.850, een toename van ruim 40%.
Bovendien is de jaarlijkse instroom in nagenoeg alle medische
vervolgopleidingen (sterk) toegenomen. Bij de grootste groep, de
medische specialisten (in engere zin), ging het aantal assistenten in
opleiding (aios) omhoog met bijna 2.200, een groei van 66%. Bij de
opleiding tot huisarts, die qua omvang daarop volgt, ging de
capaciteit aios omhoog met 500. Dit was een toename van 54%. Daarmee
is de pijplijn goed gevuld en veel beter dan begin 2000. Ten slotte is
het aantal werkzame specialisten in de periode 2000-2007 in totaal
gegroeid met ruim 4.000 van 25.540 naar 29.570. Dit is een uitbreiding
met 16%, ofwel met ruim 2% per jaar. Vergeleken met 2000 is de
situatie dan ook aanmerkelijk verbeterd. Over een brede linie van
medische specialismen in de ziekenhuizen bestaat vrijwel evenwicht
tussen vraag naar en aanbod van zorg. Het huidige instroomniveau zorgt
ervoor dat de beschikbare capaciteit van medisch specialisten in 2025
circa 50% hoger is dan thans het geval is.
De stelling dat er een tekort aan specialisten is, wordt met het
bovenstaande niet bevestigd. Bovendien spelen ook andere elementen dan
het aantal specialisten een rol bij competitie in de zorg. Mijn beleid
is erop gericht om, waar mogelijk, marktprikkels te versterken om
zorgaanbieders te motiveren toegankelijke en betaalbare zorg van goede
kwaliteit te leveren. Belangrijke stappen zijn onder andere de
invoering van prestatiebekostiging, de verdere uitbreiding van het
zogenoemde B-segment waar vrije prijzen gelden, en het voornemen om
via indicatoren voor 80 aandoeningen inzicht te krijgen in de
kwaliteit van de ziekenhuiszorg.
Vraag 4
Wat vindt u van de cijfers die aangeven dat er in Nederland maar 1,9
artsen per duizend inwoners zijn, gelijk het niveau van Polen en
Zuid-Korea?
Vraag 5
Deelt u de mening dat met meer artsen de patiënt meer te kiezen heeft
en dat daardoor de kwaliteit van zorg zal toenemen?
Antwoorden 4 en 5
Afgezien van de vergelijkbaarheid van de cijfers is de vraag die
uiteindelijk moet worden beantwoord of de kwaliteit, de betaalbaarheid
en de toegankelijkheid van de medisch specialistische zorg in ons land
voldoende zijn gewaarborgd. Het is mijn stellige overtuiging dat de
medische zorg in Nederland op een hoog niveau staat en we voortdurend
bezig zijn dat niveau te verbeteren. In dit verband verwijs ik ook
naar het recente rapport met betrekking tot de Euro Health Consumer
Index 2009 report, waaraan ik de volgende passage ontleen: "The
Netherlands is the only country which has consistently been among the
top three in the total ranking of any European Index the Health
Consumer Powerhouse has published since 2005. The 2009 NL score of 863
points is by far the highest ever seen in a HCP Index. The NL shares
the sub-discipline victory with Denmark only on e-Health and
Pharmaceuticals, and the large victory margin seems essentially due to
that the Dutch healthcare system does not seem to have any really weak
spots, except possibly some scope for improvement regarding the
waiting times situation, where some central European countries excel."
Vraag 6
Bent u nu eindelijk bereid de numerus fixus af te schaffen?
Antwoord 6
Naar aanleiding van gestelde vragen bij het AO
arbeidsmarktbeleid/innovatiebeleid in de zorg van 4 februari 2009 heb
ik, mede namens mijn ambtgenoot van OCW, de Raad voor de
Volksgezondheid & Zorg in mijn brief van 19 maart 2009 gevraagd om te
adviseren over het verruimen dan wel loslaten van de numerus fixus. De
Raad voor de Volksgezondheid & Zorg is voornemens daarover begin
december 2009 zijn advies uit te brengen. Daarna zal ik opnieuw een
standpunt bepalen. De brief aan de Raad was als bijlage gevoegd bij
mijn brief van 19 maart 2009, MEVA/ABA/2914457, aan de Kamer (Tweede
Kamer, 2008-2009, 29282, nr.82) waarin is ingegaan op nog een aantal
openstaande vragen naar aanleiding van het hiervoor genoemde AO
arbeidsmarktbeleid/innovatiebeleid in de zorg.
1) de Volkskrant, 29 september 2009: "Tekort artsen barrière markt"
Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport