ChristenUnie
ChristenUnie komt op voor werkende ouderen
ChristenUnie komt op voor werkende ouderen
donderdag 12 november 2009 16:11 De ChristenUnie vindt dat het kabinet
met een plan moet komen om meer ouderen aan het werk te krijgen én te
houden, terwijl de AOW-leeftijd omhoog gaat. Dat heeft
fractievoorzitter Arie Slob vandaag gezegd in het debat over verhoging
van de AOW-leeftijd. ,,Het verhogen van de AOW-leeftijd mag niet
leiden tot een feitelijke verlenging van de WW of bijstand," aldus
Slob.
Slob heeft het kabinet om een stappenplan gevraagd waarbij jaarlijks
gekeken kan worden hoeveel meer ouderen aan het werk zijn gekomen. Hij
wijst erop dat de kansen van ouderen niet goed zijn op de arbeidsmarkt
en velen van hen nu werkloos zijn. Slob: ,,Het verhogen van de
AOW-leeftijd mag volgens ons niet leiden tot een feitelijke verlenging
van de WW of bijstand. Oudere werknemers moeten kansen krijgen. Op dat
punt is nog wel een wereld te winnen. Het kabinetsvoornemen bevat veel
goede maatregelen die daartoe moeten leiden. Maar het resultaat telt.
En dat resultaat moet worden gemeten in reëel toegenomen arbeidskansen
van de oudere werknemers. Ik stel voor dat er nu al afspraken gemaakt
gaan worden met de sociale partners op dit punt."
De integrale bijdrage aan het debat:
Regeren is vooruitzien. Ik geef toe: dit is een verschrikkelijk
cliché, maar wel één die iedere keer weer opnieuw bevestigd wordt.
Vooruitzien: dat betekent tijdig maatregelen nemen voor de toekomst.
Ook wanneer het maatregelen betreft, die wellicht pijn doen. Maar die
tegelijk zeer noodzakelijk zijn omdat we de kosten voor het
voorzieningenniveau op de oude manier niet meer langer kunnen dragen.
De voorgenomen AOW-maatregelen hebben begrijpelijk veel losgemaakt.
Hoewel het soms wel eens zo over komt gaat het bij de AOW-discussie
niet alleen om de verhoging van de leeftijd met twee jaar. Het gaat om
de fundamentele vraag hoe lasten en lusten verdeeld worden in een
samenleving. Tussen jong en oud. Tussen rijk en arm. Tussen gezond en
ziek.
Dat was ook de vraag waar de ChristenUnie zich voor gesteld zag. In
2007 zagen wij nog mogelijkheden om de overheidsfinanciën op peil te
houden, zonder de AOW-leeftijd te verhogen. Door het versneld aflossen
van de staatsschuld, het bevorderen van de arbeidsparticipatie tot 65
jaar en fiscalisering van de AOW. Maatregelen die ook verankerd zijn
in het coalitieakkoord en die al zijn opgepakt.
Als er geen financiële- en economische crisis was ontstaan zou er wat
ons betreft geen aanleiding zijn geweest in deze periode van de
daarover gemaakte afspraken af te wijken. De crisis dwingt ons nu
echter om eerder tot verdergaande stappen over te gaan. Onze
staatsschuld loopt nu fors op in plaats van dat een verdere daling kan
worden voortgezet. Terwijl de arbeidsparticipatie van ouderen tot de
pensioengerechtigde leeftijd nog steeds onvoldoende is (ik kom daar
straks nog apart op terug) én gemaakte afspraken over verdere
fiscalisering van de AOW onvoldoende antwoord zijn op de beleidsvragen
waar we nu voor staan.
In dergelijke omstandigheden is het onverantwoord om verdere
bestuurlijke ingrepen door ter schuiven naar de toekomst. Dat heb ik
ook aangegeven in de richting van ons eigen partijcongres waar ik me
verantwoord heb voor de steun van de fractie van de ChristenUnie aan
het aanvullende beleidsakkoord waarin onder meer de verhoging van de
AOW-leeftijd was opgenomen.
Deze besluiten waren niet makkelijk, en zijn niet makkelijk. Het
toekomstperspectief van veel mensen gaat er immers anders uitzien.
Tegelijkertijd moeten we onderkennen dat de tijden, sinds de invoering
van de AOW, behoorlijk zijn veranderd. We leven langer en gezonder.
Gelukkig - zeg ik er meteen bij. Dat maakt, dat we ook een bijdrage
van oudere werknemers mogen vragen.
We weten echter ook dat we er met de verhoging van de AOW-leeftijd
alleen niet zijn. Er is nog veel meer nodig om ons Nederland voor te
bereiden op de andere tijden, de tijden van na de economische en
financiële crisis. Bezuinigingen. Ombuigingen. Mogelijk ook
lastenverhogingen. En een nieuwe balans tussen
overheidsverantwoordelijkheden en particuliere verantwoordelijkheden.
In het voorjaar hopen wij daar verder over te spreken naar aanleiding
van de heroverwegingen die zijn gestart door het kabinet.
De uitdagingen zijn al met al groot en talrijk. Ze moeten snel worden
opgepakt. Maar wel verantwoord. De gevolgen van het overheidsingrijpen
moeten rechtvaardig en evenwichtig zijn: de sterkste schouders dragen
de zwaarste lasten. Maar er moet ook sprake zijn van wederzijdse
solidariteit tussen de oudere en jongere generaties. Alleen zo krijgt
de verzorgingsstaat op een duurzame manier vorm.
Dat is ook het afwegingskader van de ChristenUnie bij de
hoofdlijnenbrief. En in dat verband heb ik nog een aantal vragen en
opmerkingen.
Arbeidsmarktpositie oudere werknemers
Ik heb het zojuist al aangestipt, maar de arbeidsmarktpositie van
oudere werknemers is niet goed. Nog steeds niet. Mijn fractie hamert
hier al jaren op. Het verhogen van de AOW-leeftijd mag volgens ons
niet leiden tot een feitelijke verlenging van de WW of bijstand.
Oudere werknemers moeten kansen krijgen. Op dat punt is nog wel een
wereld te winnen. Het kabinetsvoornemen bevat veel goede maatregelen
die daartoe moeten leiden. Maar het resultaat telt. En dat resultaat
moet worden gemeten in reëel toegenomen arbeidskansen van de oudere
werknemers. Ik stel voor dat er nu al afspraken gemaakt gaan worden
met de sociale partners op dit punt. Maak een stappenplan hoe de
arbeidsparticipatie van ouderen jaarlijks moet toenemen totdat de AOW
verhoogd wordt (in 2020). Meet jaarlijks of we op schema liggen. Zo
niet, dan moeten sociale partners zich durven committeren aan meer
verdergaande maatregelen. We kunnen er - neem ik aan - van uitgaan dat
het kabinet met de sociale partners hierover keiharde afspraken zal
maken.
Overgangstermijn
Het kost tijd om de arbeidskansen van ouderen daadwerkelijk te
verbeteren. Daarom is een reële overgangstermijn geboden. Maar niet
alleen daarom, maar ook om ouderen te ontzien die vlak voor hun
pensioen staan. Daarom ondersteunt de ChristenUnie de gekozen
invoeringspad. Maar ook omdat de uitvoering zich moet kunnen
voorbereiden op deze majeure operatie. Wij gaan er vanuit dat door
deze wijze van invoering de kosten van de invoering voor de
pensioenfondsen beperkt zullen blijven. Kan het kabinet dit
bevestigen?
Zware beroepen
Een punt dat nog nadere invulling vereist, is de definitie van zware
beroepen. Hier is ook veel discussie over ontstaan. Het is ons inziens
terecht dat mensen met zware beroepen de mogelijkheid wordt geboden
van vervroegde pensionering. Zij hebben op hun wijze hun bijdrage
geleverd. Wat dan onder zwaar beroep moet verstaan, bepaal je als
kabinet niet alleen, maar met de sociale partners. Kan het kabinet
duidelijkheid geven hoe snel het tot een definitie wil komen met de
sociale partners?
Tegelijk wil mijn fractie benadrukken, dat een regeling voor zware
beroepen niet meer dan een overgangsmaatregel kan zijn. Structureel
moet er naar een situatie gewerkt worden, waarin mensen tijdig van
functie wisselen, voordat ze `opgebrand' raken. In dit verband, vraag
ik ook nadrukkelijk aandacht voor de zelfstandigen en/of zzp'ers. Hoe
denkt het kabinet deze structurele situatie te bereiken? Graag een
reactie.
Voorzitter, ingrijpende maatregelen als de verhoging van de
AOW-leeftijd, maar ongetwijfeld ook andere maatregelen die in de
komende jaren op ons afkomen, vereisen draagvlak in de samenleving.
Met elkaar moeten we de uitdagingen aan. Het kabinet heeft een
belangrijke taak, waar het gaat over het creëren van draagvlak.
Dat doe je door de discussie aan te gaan. Maar ook te luisteren naar
wat er speelt en daar - waar mogelijk - gehoor aan te geven. Als er de
komende tijd - op het niveau van de uitvoering van de AOW-maatregel -
waardevolle suggesties worden gedaan, dan moeten we dat durven
overwegen. Zodat er straks een gedragen én uitvoerbare maatregel ligt.
Kan het kabinet aangeven wanneer we verdere wetgeving tegemoet kunnen
zien?
Arie Slob