Tegemoetkoming aalvisverbod en ontheffing wolhandkrab
13 november 2009 - kamerstuk
Kamerbrief waarin de minister informeert over de compensatie van de
financiële gevolgen van het aalvisverbod. Ook gaat ze in op de
ontheffingverlening voor de visserij op wolhandkrabben tijdens het
aalvisverbod.
Datum 13 november 2009
Betreft Tegemoetkoming aalvisverbod en ontheffing wolhandkrab
Geachte Voorzitter,
Met de voorliggende brief wil ik u informeren over de wijze waarop ik voor dit jaar
en de komende jaren om wil gaan met de compensatie van de financiële gevolgen
van het aalvisverbod. Daarnaast ga ik in op uw verzoek (32123-XIV-20/
2009D52412) u te informeren over een tegemoetkoming voor de vissers op
wolhandkrab. Tot slot ga ik in op de aan uw Kamer toegezonden brief d.d. 19
oktober 2009 van een beroepsvisser over de ontheffingverlening voor de visserij
op wolhandkrabben gedurende de periode van het aalvisverbod.
Tegemoetkoming aalvisverbod
Om de financiële gevolgen voor de vissers van het aalvisverbod enigszins op te
vangen heb ik ¤700.000 gereserveerd vanuit het Europees Visserijfonds (EVF). De
wijze waarop dit geld besteed kan worden, ligt vast in het Operationeel
Programma. Een belangrijk probleem bij de verdeling van de gelden is dat uit de
administratie die vissers bijhouden niet, zoals vereist door het Operationeel
Programma, zonder meer valt op te maken hoeveel aal men in de afgelopen jaren,
in de maanden oktober en november heeft gevangen en hoeveel inkomsten hieruit
zijn verkregen. Ook uit indirecte administratie, bijvoorbeeld van het Productschap
Vis, kunnen deze gegevens niet worden achterhaald. Bovendien gelden voor de
verantwoording van de besteding van EVF geld zware administratieverplichtingen
die gepaard gaan met hoge interne uitvoeringskosten voor LNV en grote administratieve
lasten voor de vissers. Daarom heb ik naar andere wegen gezocht.
Ik zal de ¤700.000 uitkeren onder de de-minimisverordening. De regeling kan dan
eenvoudiger worden opgezet, zodat de uitvoerings- en administratielasten beperkt
blijven. Daarbij vind ik het van groot belang dat de regeling bij de sector kan
rekenen op draagvlak. Ik heb daarom met het Productschap Vis afgesproken dat
zij de verdeling en de uitvoering van de subsidie op zich nemen. Het Productschap
Vis heeft in overleg met de sector een systematiek opgesteld om het beschikbare
bedrag te verdelen. Op grond van deze systematiek krijgt elke beroepsvisser die
kan aantonen dat hij jaarlijks in de maanden oktober en november van 2006,
2007 en 2008 (de referentieperiode) een hoeveelheid aal heeft gevangen ter
waarde van gemiddeld ¤2.000 een tegemoetkoming van ¤1.000.
Het resterende deel van de subsidie wordt naar rato verdeeld over ondernemingen
die kunnen aantonen dat zij in de referentieperiode elk jaar een hoeveelheid aal
hebben ter waarde van minimaal ¤8.000. Ik heb daarbij afgesproken dat de
regeling nog dit jaar open gaat.
Het jaarlijks voor een deel compenseren van gemiste inkomsten uit de aalvisserij
is echter geen structurele oplossing. Saneren van een deel van de binnenvisserij
biedt een sociaal verantwoorde uitweg voor aalvissers die hun bedrijf definitief
willen beëindigen. Ik heb hierover ook gesproken met de Europese Commissie.
Onder het huidige EVF is sanering van de binnenvisserij echter niet mogelijk.
Ik ben daarom voornemens om voor volgend jaar te kijken naar de mogelijkheden
voor een meer structurele oplossing. Daarover zal ik nader overleggen met
betrokken organisaties.
Ontheffingverlening voor de visserij op wolhandkrabben
Om de visserijsector tegemoet te komen heb ik in het VAO van 22 september
toegezegd, dat visserij met aalvistuigen op wolhandkrab mogelijk is onder de
voorwaarden dat geen aal wordt gevangen, het controleerbaar is en dat het geen
extra lasten oplevert voor de controlerende en handhavende diensten.
In mijn brief aan de Landbouw- en Visserijraad (21501-32, nr 361, vergaderjaar
2009-2010) heb ik uw Kamer geïnformeerd over de voorwaarden waaronder een
ontheffing van het verbod op aalvistuigen mogelijk is, zodat aalvissers op de
wolhandkrab kunnen vissen.
Algemeen beeld controle en naleving
De AID heeft mij laten weten dat het algemene nalevingbeeld van het visverbod
goed is en de controle op de naleving rustig is verlopen. Wel heeft een aantal
vissers begin oktober bewust het risico genomen fuiken te laten staan, omdat ze
verwachtten dat er ruimere ontheffingen zouden komen voor het vissen op
wolhandkrab met aalfuiken. De Dienst Regelingen heeft overtreders een termijn
aangezegd waarbinnen de netten uit het water gehaald moeten worden op straffe
van een dwangsom. Hierbij is de gebruikelijke procedure gehanteerd, zoals
beschreven in de Algemene wet bestuursrecht. Bij hercontrole bleek dat alle
vissers de netten uit het water hadden gehaald. De AID heeft in mijn ogen dan
ook zorgvuldig gehandhaafd.
Tegemoetkoming wolhandkrab
Om de financiële gevolgen van het vangstverbod op aal voor de vissers enigszins
op te vangen heb ik 700.000 euro gereserveerd. Vissers kunnen hier alleen
aanspraak op maken voor de gederfde inkomsten uit aal en niet voor misgelopen
vangsten wolhandkrab en/ of schubvis.
Zoals ik hierboven heb aangegeven is het vissen op wolhandkrab en schubvis met
een korf, een aangepaste visfuik, of elk ander schubvis-vistuig binnen de
geschetste kader toegestaan.
Dit houdt in dat de vissers gedurende het visverbod door konden gaan met het
vangen van wolhandkrab en schubvis en dat om deze reden geen aanspraak
gemaakt kan worden op een tegemoetkoming in gederfde inkomsten van beide
soorten.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit