Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap

DK/167094

Datum 13 november 2009
Betreft Motie 32 123 VIII nr.19 Van Vroonhoven­Kok en Leerdam

Tijdens de begrotingsbehandeling cultuur op 2 november jl. hebben de leden van Vroonhoven­Kok en Leerdam een motie ingediend die de regering verzoekt "ervoor te zorgen dat de Cultuurkaart meer wordt ingezet voor actieve kunstbeleving, zoals muziek- en danslessen en theaterworkshops, zodat jongeren gestimuleerd worden, zelf kunst te beoefenen". Ik heb, omdat ik niet de enige financier van de Cultuurkaart ben, aangegeven dat ik schriftelijk mijn advies over deze motie zou geven.

Ik ben het geheel eens met de indieners van de motie dat de Cultuurkaart een belangrijk instrument is om jonge mensen in contact te brengen met de cultuursector. De Cultuurkaart is gericht op een brede culturele kennismaking en ondersteunt scholen bij hun cultuuronderwijs. De Cultuurkaart, en destijds de vouchers, stelt docenten en leerlingen in staat keuzes te maken in het culturele aanbod. Hiermee is een omslag gemaakt van een aanbodsgerichte naar een vraaggerichte benadering. Dit past binnen een onderwijsvisie waarin de autonomie van de school en de professional centraal staat. De Cultuurkaart wordt door scholen en leerlingen, maar ook door culturele instellingen zeer gewaardeerd, zo blijkt uit onderzoek dat in opdracht van CJP is verricht. De introductie van de Cultuurkaart in het schooljaar 2008-2009 mag een succes genoemd worden. De besteding lag met 78% bijna 10% hoger dan in een eerste jaar van een nieuw systeem mocht worden verwacht. Grote aantallen leerlingen (926.000), docenten (14.000) en culturele instellingen (1200) moesten wennen aan de Cultuurkaart en toch is bijna hetzelfde bestedingscijfer gehaald als met het vertrouwde vouchersysteem.

Uit nadere informatie is mij gebleken dat het aandeel van de centra voor de kunsten binnen de totale besteding niet op 12% maar op 20% ligt. Hoewel dit niet

Pagina 1 van 3




een volledig ander beeld schetst is de situatie toch iets gunstiger voor de actieve kunstbeoefening.

Kijkend naar het algemene beeld van de voorlopige cijfers (er kon tot 1 november 2009 worden betaald met de Cultuurkaart) dan is het mijn indruk dat met de komst van de Cultuurkaart de actieve kunstbeoefening juist een stimulans heeft gekregen. De sectoren die het meest de passieve cultuurbeoefening vertegenwoordigen zijn de verliezers binnen het nieuwe Cultuurkaartsysteem. Zo krijgen de bioscopen en filmhuizen nog maar 7% van de bestedingen tegenover 13% in het vouchersysteem. Bovendien is het zo dat niet alleen bij de centra voor de kunsten actieve kunstbeoefening plaats vindt. Ook bij de overige categorieën zoals kunstenaar in de klas of dans is er vaak sprake van actieve beoefening in de vorm van workshops die al dan niet gekoppeld aan een voorstelling worden aangeboden.

Gezien de doelstelling van de Cultuurkaart en de keuzevrijheid van docenten en leerlingen ligt het niet voor de hand een bepaalde bestedingsrichting voor te schrijven. Dit is ook de mening van het VSBfonds, dat ruim 2,2 miljoen per jaar bijdraagt aan leerlingen die het vak ckv volgen. Het VSBfonds wil met zijn investering twee doelstellingen realiseren: culturele instellingen uitdagen zich meer in jongeren te verdiepen én jongeren stimuleren om nieuwe culturele activiteiten te ontdekken en zo hun smaak te vormen. De individuele keus van leerlingen is hierin essentieel. Het is daarom niet wenselijk dat we deze keuzevrijheid op voorhand beperken.

Zoals gezegd is de achterliggende doelstelling van de motie ­ meer actieve cultuurparticipatie ­ mij zeer sympathiek. Ook in mijn beleidsprogramma Kunst van Leven heb ik hierop immers de nadruk gelegd. Zo zet ik in op actieve cultuurbeoefening binnen de Brede School, ondersteun ik de Beroepskunstenaar in de Klas en laat ik door het SCP grondig onderzoek doen naar de toekomst van de kunstbeoefening in Nederland. Ook het Fonds voor Cultuurparticipatie heeft als opdracht om de actieve cultuurparticipatie te bevorderen.

Ik ben dan ook bereid om:

- op basis van een grondige analyse van de bestedingscijfers met CJP in gesprek te gaan om de mogelijkheid om workshops en lessen met de Cultuurkaart te volgen, duidelijker naar voren te laten komen in de communicatie naar docenten en leerlingen die gebruik maken van de Cultuurkaart;

- in gesprek te gaan met branchevereniging Kunstconnectie over de mogelijkheden het aanbod van lessen en workshops bij centra voor de kunsten en muziekscholen te stimuleren.

Pagina 2 van 3




Ik leg de motie zo uit dat deze mij oproept de actieve kunstbeoefening met de Cultuurkaart te stimuleren, en niet om door middel van regels of normstellingen het aandeel actieve kunstbeoefening met de Cultuurkaart te vergroten. Op basis van deze uitleg laat ik het oordeel aan uw Kamer.

de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,

dr. Ronald H.A. Plasterk

Pagina 3 van 3