Onderzoek: miljoen Nederlanders speelde illegaal kansspel
Persbericht | 17-11-2009
Circa één miljoen Nederlanders heeft het afgelopen jaar deelgenomen
aan een illegaal kansspel. Dat blijkt uit de resultaten van het
onderzoek naar de omvang van vijf illegale kansspelen (poker, bingo,
toto en lotto, gokzuilen en kansspelen via internet) in Nederland, dat
minister Hirsch Ballin van Justitie vandaag naar de Tweede Kamer heeft
gestuurd. De bruto opbrengst voor de exploitanten van illegale
kansspelen ligt tussen de 86 en 224 miljoen euro per jaar.
Het populairst zijn kansspelen via internet, meer dan 500.000
Nederlanders speelden wel eens via internet. De markt voor kansspelen
via internet stabiliseert volgens de onderzoekers, na een snelle groei
in de periode 2000-2003. Op internet blijkt poker met afstand de
populairste vorm: 66 procent van de deelnemers aan internetkansspelen
speelt poker. Fysiek illegaal poker wordt door ongeveer 200.000 mensen
gespeeld, hierbij nemen spelers het meest deel aan zogeheten cashgames
(58%), terwijl ruim eenvijfde toernooien speelt. De totale inzet van
spelers op de vijf onderzochte illegale kansspelen was in het jaar
voorafgaand aan het onderzoek 242 miljoen euro, hiervan gaat het
grootste deel naar kansspelen via internet (180 miljoen euro).
De bruto spelopbrengst van alle illegale kansspelen ligt tussen de 86
en 224 miljoen euro. Als van de hoge schatting wordt uitgegaan,
benaderen de illegale kansspelen de bruto spelopbrengst van de
Staatsloterij: die was in 2008 272 miljoen euro, kansspelen via
internet benaderen met 65 miljoen euro alleen al de brutospelopbrengst
van de Sponsor Bingo Loterij (70 miljoen euro). Wordt van de lage
schatting van 86 miljoen euro uitgegaan, dan benadert de opbrengst van
alle vijf de onderzochte kansspelen de bruto spelopbrengst van de
Sponsor Bingo Loterij (70 miljoen euro) of de BankGiro Loterij (82
miljoen euro).
Uit het onderzoek blijkt dat kansspelen via internet van de
onderzochte illegale kansspelen de hoogste spelopbrengst, de hoogste
deelname, de hoogste spelfrequentie en de hoogste gemiddelde winst en
het hoogste gemiddelde verlies hebben. Daarbij komt dat het
verslavingsrisico van poker, dat bij kansspelen via internet verreweg
de meeste deelnemers kent, door het short-oddkarakter groot is. De
minister schrijft dat om die reden de aandacht uit moet gaan naar
kansspelen via internet, en in het bijzonder van poker via internet.
De onderzoekers stellen dat het restrictieve (kanalisatie)beleid
succesvol lijkt. Illegaal aanbod heeft het moeilijk als er een legale
tegenhanger is op voorwaarde dat er actief wordt opgetreden tegen het
illegale aanbod. Overigens is het aanbod van illegale kansspelen in
Nederland relatief klein vergeleken met het legale aanbod, namelijk
circa anderhalf miljard euro bruto spelopbrengst in 2007 bij de
landelijke aanbieders, tegenover 86 tot 224 miljoen euro voor alle
illegale kansspelen.
Bingo
Voor bingo geldt dat het legale aanbod het illegale aanbod in
onvoldoende mate verdringt. De minister overweegt daarom de
mogelijkheden voor bingoaanbod te verruimen. De minister is echter
niet van plan een permanent, commercieel bingoaanbod toe te staan
vanwege de risico's op kansspelverslaving. De nieuwe regeling zal in
elk geval de verplichting bevatten om minimaal 50 procent van de omzet
af te dragen aan het algemeen belang (in beginsel erkende goede
doelenorganisaties). Het zal uitsluitend mogelijk zijn om
bingobijeenkomsten op incidentele basis en gedurende een korte periode
te organiseren. Het voorstel zal tevens voorzien in de mogelijkheid om
ook voor organisatoren van bingobijeenkomsten regels te stellen met
betrekking tot preventie van kansspelverslaving en (beperking van)
reclame- en wervingsuitingen. Hiervoor zal de Wet op de Kansspelen
aangepast moeten worden.
De op te richten Kansspelautoriteit zal vanaf medio 2010 effectiever
kunnen optreden tegen aanbieders van illegale kansspelen. De Raad van
State heeft het advies over het wetsvoorstel voor de
kansspelautoriteit aan de minister van Justitie uitgebracht en naar
verwachting kan het wetsvoorstel binnenkort bij de Tweede Kamer worden
ingediend.
Ministerie van Justitie