Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier

Radarcontrole voor de aal

Publicatiedatum : 17 november 2009
In december 2008 heeft het algemeen bestuur van HHNK het vismigratieplan 'Vismigratie vice versa' vastgesteld. Het plan is een deeluitwerking van de Europese regelgeving (Kaderrichtlijn Water) en de Nota Visbeleid van het hoogheemraadschap. In het plan is beschreven waar en hoe de migratie-knelpunten voor vis kunnen worden opgelost.

Voor het hoogheemraadschap is een gezond en evenwichtig ecosysteem in de boezem- en polderwateren gekoppeld aan een evenwichtige visstand. Vele soorten zijn voor hun voortbestaan afhankelijk van de mogelijkheden om te foerageren, paaien of overwinteren. Om die verschillende activiteiten uit te voeren verplaatsen vissen, afhankelijk van hun levensfase, zich regelmatig. Daarbij is de bereikbaarheid van grote robuuste watersystemen van belang. Vissen stuiten bij hun tochten nogal eens op barrières in de vorm van sluizen, stuwen en gemalen. De komende jaren worden 55 van die hindernissen aangepakt en van een migratievoorziening voorzien of anderszins passeerbaar gemaakt. Dat kan soms simpel door de rinketten van een (schut)sluis te automatiseren een andere keer zijn daar ingewikkelde technische oplossingen voor nodig om bijvoorbeeld het zoute water buiten te houden en het toch mogelijk te maken de vis naar zee te laten 'ontsnappen'.

De aal is zo'n soort waarmee het slecht gaat. Mede daardoor is de aal (evenals de spiering, de stekelbaars en de fint) een doelsoort voor de waterschappen. Afkomstig uit de Sargassozee komen kleine (glas)alen in februari tot en met mei vanuit zee naar de gemalen en sluizen van HHNK en willen naar binnen. Eenmaal in de boezemwateren willen de alen naar de polders en als zij na verloop van vele jaren geslachtsrijp zijn willen die (schier)alen weer naar zee.

In november vindt op het gemaal in Zaandam een experiment plaats waar bij de schieralen naar de kleine historische schutsluis (de Grote Sluis) gelokt worden. Vanaf de Achterzaan gerekend staan de sluisdeuren open en worden de schieralen in de schutkolk gelokt door een waterstroompje. Eens in de zoveel tijd sluit de schutsluis en wordt de sluis volgepompt met water waarbij de rinketten aan de Buitenzaanzijde geopend worden. Als het peil binnen en buiten hetzelfde is, sluiten de rinketten weer en kan de cyclus herhaald worden. De proef vindt in de nachtelijke uren plaats omdat dan de alen trekken en vooral als dat in een stormachtige tijd is met veel waterbeweging!

Om nu te controleren of de schieralen passeren kun je een fuik plaatsen maar wat origineler is, is de mogelijkheid van het plaatsen van een 'camera'. Die camera is feitelijk een radar die door het uitzenden van een akoestisch signaal een reflectie van een terug-gekaatst silhouet herkent en daar een beeld van maakt. Je kunt dan op een monitor een aal of een schubvis zien passeren. Het experiment is vooral bedoeld om na te gaan of de geboden mogelijkheid ook daadwerkelijk door de alen benut wordt.

Mocht dat het geval zijn, dan ligt voor ruim twintig sluizen en sluisjes, met name in de Zaanstreek en Waterland, de mogelijkheid open om 'vissen te schutten'. Met als resultaat een diervriendelijke en ecologische verantwoorde oplossing met als doel het duurzaam beheer van de visstand in de Noord-Hollandse boezem- en polderwateren.
* Filmpje