Hoge Raad vernietigt de uitspraak van het hof over moord op een 8
jarige scholier
Den Haag, 17 november 2009 - De kern van de uitspraak is dat de
uitspraak van het hof âs-Hertogenbosch wordt vernietigd.
Het hof Arnhem zal de zaak opnieuw moeten berechten met inachtneming
van de uitspraak van de Hoge Raad.
Achtergrond
De verdachte is in hoger beroep veroordeeld tot een levenslange
gevangenisstraf voor de moord op een 8-jarige scholier in Hoogerheide
op 1 december 2006 (hof âs-Hertogenbosch, 26.2.08, LJN BC5105). Hij
voerde tijdens de terechtzitting in hoger beroep zijn eigen
verdediging. Eerder achtte de rechtbank moord niet bewezen en was de
verdachte voor doodslag veroordeeld tot twaalf jaar gevangenisstraf en
TBS (rechtbank Breda, 6.9.07, LJN BB3032).
De procedure bij de Hoge Raad
De verdachte heeft cassatieberoep ingesteld tegen de uitspraak van het
hof âs-Hertogenbosch . Volgens de advocaten van de verdachte, wijlen
mr. G.P. Hamer en mr. B.P. de Boer in Amsterdam, is bij de berechting
in hoger beroep het recht op een eerlijk proces als bedoeld in art. 6
van het Europese Verdrag voor de rechten van de mens (EVRM)
geschonden. De advocaten stellen onder meer dat het hof niet zonder
nader onderzoek had mogen aannemen dat de verdachte afstand heeft
gedaan van zijn recht op rechtsbijstand.
Advocaat-generaal mr. N. Jörg heeft op 21 april 2009 de Hoge Raad
geadviseerd de uitspraak van het hof âs-Hertogenbosch te vernietigen
en de zaak te verwijzen naar een ander hof om de zaak opnieuw te
behandelen.
De uitspraak van de Hoge Raad
De Hoge Raad stelt voorop dat een verdachte het recht heeft om
zichzelf te verdedigen en af te zien van de bijstand van een advocaat.
De rechter zal er dan wel op moeten toezien dat aan het recht van de
verdachte op een eerlijk proces niet te kort wordt gedaan. Dat
betekent dat de rechter moet onderzoeken of de verdachte
ondubbelzinnig, bewust en vrijwillig afstand van zijn recht op
rechtsbijstand heeft gedaan.
Vervolgens zal de rechter erop moeten letten dat aan de verdachte die
geen rechtsbijstand heeft, de informatie wordt gegeven die deze nodig
heeft voor zijn verdediging.
In de onderhavige zaak waarin sprake is van moord, waarvoor
levenslange gevangenisstraf kan worden opgelegd, en waarin
ingewikkelde juridische vragen aan de orde waren en veel voor de
verdachte op het spel stond, had het hof indringend moeten onderzoeken
of de verdachte bewust afstand van rechtsbijstand deed. Het hof had
hem daarbij in overweging moeten geven zich nader te beraden over zijn
keuze, zonodig na schorsing van de behandeling en in overleg met de
aan hem toegevoegde raadsman.
Het hof heeft er geen blijk van gegeven dat het de motieven van de
verdachte voor zijn keuze heeft onderzocht hoewel aanwijzingen
bestonden dat hij de reikwijdte daarvan niet ten volle overzag.
Evenmin blijkt dat het hof de verdachte op cruciale momenten,
bijvoorbeeld na het requisitoir van de advocaat-generaal die moord
bewezen achtte en de mogelijkheid van levenslange gevangenisstraf
noemde, heeft gewezen op de mogelijke gevolgen van zijn weigering
zich door een advocaat te laten bijstaan. Dat betekent dat de
uitspraak van het hof niet in stand kan blijven.
Gevolgen van deze uitspraak
De uitspraak van het hof âs-Hertogenbosch wordt vernietigd. Het hof
Arnhem zal de zaak opnieuw moeten berechten met inachtneming van deze
uitspraak van de Hoge Raad.
Dit is een samenvatting van de uitspraak van de Hoge Raad van 17
november 2009. Bij verschil tussen deze samenvatting en de volledige
uitspraak is laatstgenoemde bindend.
Persraadsheer mr. E.J. Numann is op dinsdag 17 november tussen 12.00
en 13.30 uur bereikbaar (via tel. 070 - 3611236) voor het geven van
toelichting.
Den Haag, 17 november 2009
mw. mr. E. Hartogs, griffier
tel 070-3611236
LJ Nummer
BI2315
Zie het origineel
Bron: Hoge Raad der Nederlanden
Datum actualiteit: 17 november 2009 Naar boven
Gerechtelijke organisatie