Nederlands
Korte cognitieve training lang effectief bij depressie
Datum: 18 november 2009
In een recente studie blijkt dat cognitieve therapie zeker vijf jaar
bescherming biedt, nadat iemand is opgeknapt van meerdere depressieve
episoden. Het onderzoek werd uitgevoerd aan het AMC en de
Rijksuniversiteit Groningen door dr. C. Bockting.
Depressie is op dit moment één van de meest voorkomende psychische
aandoeningen. De kans op terugval is groot en kan zelfs oplopen tot
negentig procent. Daarom is een adequate behandeling ter voorkoming
van terugval uitermate belangrijk.
Onderzoek dat in december gepubliceerd zal worden in het
toonaangevende Journal of Clinical Psychiatry, laat zien dat
cognitieve therapie een beschermend effect biedt bij het vóórkomen van
terugval bij depressie. Lange termijn effecten van deze therapie waren
tot nu toe echter nog niet onderzocht.
In de nieuwe studie wordt dat wel gedaan. In het onderzoek werden 172
mensen 5,5 jaar gevolgd nadat ze hersteld waren van meerdere
depressies. Ze kregen at random ofwel reguliere behandeling (dwz geen
behandeling of antidepressiva) toegewezen of een kortdurende
cognitieve training naast de reguliere behandeling. Na 5,5 jaar blijkt
dat het terugvalpercentage in de tweede groep significant lager is bij
mensen die hersteld zijn van meerdere depressieve episodes, met name
als men al enkele eerdere depressies heeft ondergaan.
Vervolgstudies
Psychologische training lijkt een vruchtbare methode om terugval bij
depressie terug te dringen. Het is echter nog de vraag of het een
vervanging kan zijn voor het veelal levenslang slikken van
antidepressiva of dat deze training beter gecombineerd kan worden met
antidepressiva. Inmiddels zijn landelijke vervolgstudies gestart aan
de Rijksuniversiteit Groningen in samenwerking met de Universiteit van
Amsterdam, Maastricht en Rotterdam. Ook zal worden onderzocht voor wie
welke behandeling het beste is en of een internet (E mental health)
variant van deze training ook beschermend werkt tegen terugval (Zie
ook: www.doorbreek-depressie.nl).
Rijksuniversiteit Groningen