11 > Mededeling `Investeren in de ontwikkeling van koolstofarme
technologieën (SET-Plan)'
Mededeling `Investeren in de ontwikkeling van koolstofarme technologieën
(SET-Plan)'
EU-voorstel | 17 november 2009
Mededeling van de Commissie aan het Europees Parlement, de Raad, het
Europees Economisch en Sociaal Comité en het Comité van de Regio's
`Investeren in de ontwikkeling van koolstofarme technologieën
(SET-Plan)'
Datum Commissie document: 7 oktober 2009
* 1. Algemene gegevens
* 2. Essentie voorstel
* 3. Kondigt de Commissie acties, maatregelen of concrete wet- en
regelgeving aan voor de toekomst? Zo ja, hoe luidt dan het
voorlopige Nederlandse oordeel over bevoegdheidsvaststelling,
subsidiariteit en proportionaliteit en hoe schat Nederland de
financiële gevolgen in?
* 4. Nederlandse positie over de mededeling
1. Algemene gegevens
Nr. Commissiedocument: COM(2009)519 definitief
Pre-lex:
http://ec.europa.eu/prelex/detail_dossier_real.cfm?CL=nl&DosId=198663
Nr. impact assessment Commissie en Opinie Impact-assessment Board:
SEC(2009)1298, SEC(2009)1296, SEC(2009)1295, SEC(2009)1297.
Behandelingstraject Raad: Energie Raad d.d. 7 december 2009.
Eerstverantwoordelijk ministerie: Ministerie van Economische Zaken
Naar boven
2. Essentie voorstel
In vervolg op het eerder door de Commissie uitgebrachte Strategisch
Plan voor Energietechnologie, SET-Plan (zie ook eerder BNC fiche,
vergaderjaar 2007-2008,22112, nr 559) presenteert de Commissie thans
de financiële voorwaarden voor de realisatie ervan. Om de
doelstellingen, een CO2-reductie van 20% in 2020 en van 80% in 2050,
te halen is een algehele herziening van ons energiesysteem nodig. Voor
de periode tot 2020 heeft de Commissie Roadmaps ontwikkeld, inclusief
enkele bijbehorende initiatieven, zoals het Europese Industriële
Initiatief, het Intelligente Steden (Smart Cities-) initiatief en de
Europese Energieonderzoeksalliantie (EERA). Voorts heeft de Commissie
overheden, bedrijven en onderzoekers opgeroepen de inspanningen te
bundelen om tussen nu en 2020 de technologieën te ontwikkelen die
nodig zijn om de klimaatverandering aan te pakken, de
energievoorziening in de EU veilig te stellen en het
concurrentievermogen van onze economieën te garanderen. De Commissie
heeft in haar voorstel `Investeren in de ontwikkeling van koolstofarme
technologieën' geraamd dat de komende 10 jaar een extra investering
van 50 miljard euro voor energietechnologisch onderzoek nodig is. Dit
betekent dat de jaarlijkse investering in de Europese Unie bijna moet
verdriedubbelen, van 3 tot 8 miljard euro. De financiering daarvoor
moet uit verschillende nationale en internationale bronnen komen bij
overheden en de particuliere sector. Omwille van het scheppen van
banen en een efficiënte aanwending van middelen zal de besteding van
financiële middelen moeten worden gecoördineerd. Ook heeft de
Commissie aandacht voor EU-ondersteuning aan ontwikkelingslanden als
het gaat om schone energie technologieën.
Naar boven
3. Kondigt de Commissie acties, maatregelen of concrete wet- en regelgeving
aan voor de toekomst? Zo ja, hoe luidt dan het voorlopige Nederlandse
oordeel over bevoegdheidsvaststelling, subsidiariteit en proportionaliteit
en hoe schat Nederland de financiële gevolgen in?
De Commissie kondigt geen concrete wet- of regelgeving aan. Wel noemt
de Commissie concrete bedragen die per beleidsveld gemobiliseerd
dienen te worden. Een nadere onderbouwing van deze bedragen ontbreekt
echter. Verder gaat de Commissie in algemene zin in op mogelijkheden
voor de financiering van de benodigde 50 miljard (zie onder). Omdat
het de voorstellen hier aan concreetheid ontbreekt is een
subsidiariteits en proportionaliteitsoordeel vooralsnog niet te geven.
Concrete beleidsvoorstellen zullen, zoals gebruikelijk via de
reguliere nationale trajecten, worden beoordeeld op subsidiariteit en
proportionaliteit. Voor het overige vormen de (kosten)effectiviteit en
de efficiency van het beleid een belangrijk onderdeel van het
Nederlandse oordeel.
Publiek en private investeringen in de ontwikkeling van
energietechnologie moeten fors toenemen en wel onmiddellijk. Volgens
de Commissie is het aan de particuliere sector en de lidstaten om het
merendeel van de benodigde middelen ter beschikking te stellen. Ten
aanzien van de ontwikkeling van nieuwe technologieën moeten overheden
volgens de Commissie voorbereid zijn op een "aanzienlijke verhoging"
van overheidsfinanciering en ook voor wat betreft onderzoek stelt de
Commissie dat het nodig zou kunnen zijn om het publieke
financieringsaandeel te verhogen. Aan de hand van deze onderhavige
mededeling zijn de totale financiële gevolgen nog niet in te schatten.
Nationale budgettaire gevolgen zullen worden ingepast op de begroting
van de beleidsverantwoordelijke departementen, conform de regels
budgetdiscipline.
Volgens de Commissie kan alleen een deel van de middelen worden
gevonden in de EU begroting, waarbij de Commissie signaleert dat een
krachtiger interventie op Europees niveau een effectief middel kan
zijn om de gewenste brede portfolio na te streven.
Op grond hiervan roept de Commissie de Raad en EP op om de opgestelde
Roadmaps en de verschillende bijbehorende initiatieven te
ondersteunen. Voorts stelt de Commissie voor om haar bestaande
programma's in dienst te stellen van het SET-Plan en dringt zij er bij
de Lidstaten op aan om - met behoud van de zeggenschap over de
nationale onderzoekmiddelen - hun financiële inspanningen op dit
terrein te vergroten. Ten slotte beveelt de Commissie aan om de
financiële instrumenten te versterken teneinde grote
demonstratieprojecten optimaal te kunnen financieren.
Naar boven
4. Nederlandse positie over de mededeling
Nederland heeft er destijds op aangedrongen dat het SET-Plan er zou
komen. Er is behoefte aan een ambitieuze en integrale EU-aanpak voor
energie-innovatie, gelet op de (20-20-20-)doelen voor 2020, en de
Europese ambitie om economische kansen te grijpen. Lidstaten moeten
wel hun eigen prioriteiten kunnen blijven uitvoeren. Nederland
ondersteunt op hoofdlijnen de initiatieven die de Commissie aankondigt
in haar plan (betere internationale samenwerking; het oprichten van
een Europese alliantie voor energieonderzoek, het oprichten van een
beheersstructuur, uitvoering van de verschillende EU Industriële
Initiatieven). Nederland is het voorts eens met de Commissie dat in
het algemeen meer financiële middelen moeten worden ingezet in
onderzoek en technologieontwikkeling op het gebied van energie (incl.
educatie en training) om de doelstellingen voor emissiereductie,
hernieuwbare energie, energiebesparing en biobrandstoffen, die de EU
zichzelf voor 2020 heeft opgelegd te kunnen halen. Wat Nederland
betreft kan, zoals de Commissie aanbeveelt, het SET-Plan worden
gefinancierd uit een mix van private middelen en publieke middelen op
nationaal en EU-niveau. Hierbij is het voor Nederland van essentieel
belang dat het aan de lidstaten is om te bepalen, hoe zij hun eigen
middelen (inclusief ETS veilingopbrengsten) willen aanwenden.
Nederland is van mening dat moet worden bezien hoe het reeds bestaande
KP7-budget, voornamelijk het deel dat geoormerkt is voor
energieonderzoek (in het energiethema van het programma `cooperation'
en in EURATOM-verband), kan worden ingezet om het SET plan te
ondersteunen. Zonder af te doen aan het belang van een ambitieuze
aanpak stelt Nederland zich wel op het standpunt dat - voor die
maatregelen waar moet worden geput uit de EU-begroting - financiële
middelen gevonden dienen te worden binnen de bestaande financiële
kaders van de EU-begroting. Voor wat betreft de Nederlandse
prioriteiten voor een moderne EU-begroting heeft Nederland in zijn
reactie op het consultatie paper van de Commissie (april 2008) reeds
aangegeven dat het aandeel van middelen binnen de EU-begroting voor
onderzoek, ontwikkeling en demonstratie ten behoeve van mitigatie kan
toenemen. Aangezien het SET-Plan een meerjarenplanning betreft, zal
het ook zijn beslag moeten krijgen in de Financiële Perspectieven van
2014-2020. Om een integrale afweging van opties binnen de
bestedingsruimte van de nieuwe Financiële Perspectieven te waarborgen,
mag in de discussie over het SET-Plan echter niet vooruit worden
gelopen op de concrete invulling van de nieuwe Financiële
Perspectieven. Dit hoort onderwerp te zijn van de budget review en de
volgende financiële programmering. Nederland zal de Commissie vragen
om de financiering van het SET-Plan nader te onderbouwen en te
preciseren.
Naar boven
Laatst aangepast: 17 november 2009
Ministerie van Buitenlandse Zaken