Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit

Betreft Aanvulling geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad d.d. 20

november 2009

Geachte Voorzitter,

Op 10 november jl. heb ik uw Kamer de geannoteerde agenda ten behoeve van de Landbouw- en Visserijraad van november (21501-32, nr. 362) doen toekomen. In deze brief informeer ik u over een aantal wijzigingen van de agenda van de Raad. De Raad is teruggebracht tot één dag en zal op 20 november plaatsvinden.

De Raad zal beginnen met de CSA-onderwerpen. De vereenvoudiging van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid (GLB) en de discussie over de toekomst van het GLB/plattelandsontwikkeling zijn van de agenda geschrapt. Deze onderwerpen worden waarschijnlijk doorgeschoven naar de Raad van december.

De toelating van een genetisch gemodicificeerde (ggo) maïsvariëteit MIR604 is aan de agenda toegevoegd.

Toelating genetische gemodificeerde maïsvariëteit MIR604 Op de Raad van 19 november ligt naar verwachting een besluit voor over de toelating van een ggo-maïsvariëteit. Het betreft MIR604. In de discussie over toelating van genetisch gemodificeerde organismen (ggo's) staat voor mij voorop dat zij veilig moeten zijn bevonden voor mens, dier en milieu. Op grond van de positieve beoordeling van de EFSA van de genoemde ggo-maïsvarieteit, kan ik instemmen met de door de Commissie voorgestelde toelating.

In het debat zal ik, conform mijn brief van 13 maart 2009 (TK 27428, nr. 131) en het AO over de Landbouwraad van oktober 2009, aangeven dat het Kabinet van mening is dat, vanwege nieuwe ontwikkelingen, de Europese regelgeving ter zake niet langer voldoende inspeelt op de ontwikkelingen in de ggo-discussie. Ik acht het van belang dat de Europese Commissie met voorstellen tot aanpassing van de regelgeving komt, waarmee wordt voorzien in een nieuwe balans in het afwegingskader. Wat Nederland betreft, zouden na beoordeling en toelating bij de import van producten, conform de huidige regelgeving, de interne marktregels moeten gelden, terwijl bij de teelt de lidstaten zelf zouden moeten kunnen be- slissen.


*PDOC01/82465*
PDOC01/82465

Daarnaast wijs ik op het Europese proces ten aanzien van de sociaal-economische dimensie, zoals dat is afgesproken, waarbij lidstaten voor 1 januari een nationaal rapport kunnen inbrengen en de Europese Commissie rond de zomer van volgend jaar met een rapport zal komen. Ik zal de Commissie wederom vragen om snel

met wetgevingsvoorstellen ten aanzien van de teelt te komen. Dit temeer daar

Commissievoorzitter Barroso recentelijk expliciet heeft aangegeven de door Nederland voorgestelde benadering te onderschrijven. Hij deed dit in zijn politieke richtsnoeren voor de volgende Europese Commissie van 3 september jl.

Diversen
Een aantal lidstaten heeft nog verschillende diversenpunten geagendeerd voor de komende Raad. Hongarije en Slowakije hebben aangekondigd de identificatie en registratie schapen en geiten te willen agenderen; Polen zal aandacht vragen voor het systeem van suikerheffingen. Waarschijnlijk zal op verzoek van Hongarije en Letland de richtlijnen met betrekking tot staatssteun aan de orde komen. De precieze inhoud van deze agendapunten is op dit moment nog niet bekend.

DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,

G. Verburg

Pagina 2 van 2


---- --