Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Datum 23 november 2009
Betreft deskundigheidseisen gastouderopvang
1. Inleiding
De afgelopen weken is veelvuldig overlegd over de implementatie van de nieuwe
wet kinderopvang met gastouderbureaus, mbo-instellingen en aanbieders op het
gebied van het erkennen van verworven competenties (EVC). Daarbij is de
aandacht vooral uitgegaan naar vragen over de deskundigheidseisen voor
gastouders. Gastouders moeten voor 1 september 2010 aan die eisen voldoen om
in het landelijk register kinderopvang te kunnen worden opgenomen. Gastouders
willen graag weten hoe ze kunnen aantonen dat ze aan de deskundigheidseisen
voldoen en hoe ze een certificaat of diploma kunnen krijgen. Omdat het gaat om
veel gastouders, voor wie op korte termijn veel verandert, willen we zowel
gastouders, gastouderbureaus, EVC-aanbieders en mbo-instellingen als de
Tweede Kamer helderheid bieden over onze aanpak. Onze aanpak heeft vier
hoofddoelen: het voorkomen van onnodig lange wachttijd voor gastouders; het
garanderen van de kwaliteit van het aanbod door aanbieders en instellingen; het
beheersen van de kosten; het tegengaan van fraude.
Om deze doelen te bereiken, gooien we niet het hele systeem overhoop, maar
laten we de procedure voor de gastouders grotendeels onveranderd. Gastouders
hebben het volgende nodig om voor 1 september 2010 door hun gastouderbureau
aangemeld te kunnen worden bij de gemeente:
· een verklaring omtrent het gedrag;
· een geldig EHBO-certificaat gericht op kinderen;
· een bewijs dat ze voldoen aan de gestelde deskundigheidseisen.
Zonder deze zaken kan de GGD niet op locatie komen inspecteren en is het niet
mogelijk om gastouders op te nemen in het landelijk register kinderopvang. Hun
vraagouders komen dan niet in aanmerking voor de kinderopvangtoeslag.
Leeswijzer
Gastouders met een bij ministeriële regeling aangewezen diploma voldoen aan de
deskundigheidseis (zie paragraaf 2 van deze brief). Voor gastouders zonder één
van deze diploma's zijn er twee alternatieven: een certificaat goed
gastouderschap van een erkende EVC-aanbieder (paragraaf 3) of een diploma van
een erkende mbo-instelling (paragraaf 4 onder a). Gastouders kunnen de optie
kiezen die het beste bij hen past. Beide zijn inhoudelijk even zwaar, en hebben
geen opleidingselement. Voor beide routes vergoedt de overheid maximaal
a
na 1 van 8
Pagi
675,-. Bovendien is er een opleidingsroute mogelijk voor gastouders die nog niet Datum
in staat zijn om het bovengenoemde certificaat of een diploma te behalen en 23 november 2009
eerst nog een opleiding moeten volgen (paragraaf 4 onder b). Op de website van Onze referentie
het Bureau Kwaliteit Kinderopvang (BKK) staat de lijst van mbo-instellingen die KO /172282
de diploma's uit mogen reiken. We verwachten dat binnen 10 dagen ook de
groeilijst met de eerste EVC-aanbieders die aan alle subsidievoorwaarden voldoen
op de website staat, uitgaande van een positief besluit van het BKK bestuur.
Paragraaf 5 behandelt de gevolgen van onze aanpak voor alle betrokkenen.
Paragraaf 6 sluit af met de financiële consequenties.
2. Wanneer zijn gastouders al gekwalificeerd?
Op basis van overleg met de branchepartijen in de kinderopvang is de lijst met
aangewezen diploma's voor de gastouderopvang uitgebreid. De branchepartijen
hebben geadviseerd om op deze lijst ook de diploma's op te nemen, die een
vrijstelling opleveren in de kinderopvang. Dit wordt vervat in een ministeriële
regeling, waarin staat met welke diploma's gastouders voldoen aan de
deskundigheidseis.
Uit een inventarisatie van BKK blijkt ruim 10% van de gastouders al
gekwalificeerd. Dat wil zeggen dat ze een diploma hebben uit de volgende
opsomming:
· een aantal diploma's op mbo-niveau 2, waaronder Helpende Zorg &
Welzijn en Helpende Welzijn;
· de diploma's voor pedagogisch medewerkers in de kinderopvang, conform
de CAO Kinderopvang.
De volledige lijst vindt u in de bijlage van deze brief. Na verzending van deze brief
verschijnt de lijst ook op de website van BKK. De ministeriële regeling wordt naar
verwachting uiterlijk medio december gepubliceerd in de Staatscourant.
3. Het certificaat goed gastouderschap
Gastouders kunnen hun al verworven deskundigheid laten beoordelen door een
erkende EVC-aanbieder. Deze route kan leiden tot een certificaat goed
gastouderschap. Als een gastouder het certificaat krijgt, waaruit blijkt dat zij
beschikt over alle vereiste kennis en vaardigheden, vergoedt de overheid 75%
van de kosten, tot een maximum van 675,-. Voorwaarde is dat de certificering
niet meer kost dan 900,- inclusief BTW. Met die eis sluiten wij aan op de motie
van Van Toorenburg, Kraneveldt-van der Veen en Anker (Kamerstuk 31874,
nummer 53). Dit betekent dat de eigen bijdrage maximaal 225,- is, als
gastouders een certificaat verwerven waarmee ze voldoen aan de
deskundigheidseis. Als dit certificaat niet wordt toegekend, dan is de eigen
bijdrage maximaal 900,-.
Om het certificaat goed gastouderschap te kunnen behalen moeten gastouders
zich persoonlijk inschrijven bij een erkende aanbieder. Om in aanmerking te
komen voor een subsidie moet het gastouderbureau zijn gastouders die de
certificeringsprocedure goed gastouderschap willen doorlopen aanmelden bij BKK
(www.stichtingbkk.nl). Dit kan tot en met 31 december 2009. Gastouderbureaus
en gastouders zijn hiervan medio oktober 2009 op de hoogte gesteld. Het
gastouderbureau vraagt vervolgens subsidie aan bij BKK voor zijn gastouders die
daadwerkelijk de procedure gaan doorlopen. Dit kan tot en met 31 maart 2010.
Pagina 2 van 8
Bij deze aanvraag moet in ieder geval een individueel, schriftelijk en ondertekend Datum
bewijs van inschrijving van de gastouder bij de aanbieder worden overlegd. 23 november 2009
De erkende aanbieders moeten zich houden aan een aantal subsidievoorwaarden. KO /172282
De overheid stelt deze voorwaarden begin december vast in de Subsidieregeling
goed gastouderschap kinderopvang 2010. De regeling zal in de Staatscourant
worden gepubliceerd. EVC-aanbieders die de procedure voor het certificaat goed
gastouderschap willen aanbieden, kunnen zich bij BKK melden. Wij hebben BKK
gevraagd om vooraf in procedurele zin te toetsen of deze aanbieders voldoen aan
de subsidievoorwaarden en om de groeilijst met de eerste goedgekeurde
aanbieders te publiceren. Bij BKK hebben zich inmiddels meer dan 10 aanbieders
gemeld die nog een paar aanvullende gegevens moeten aanleveren. Afhankelijk
van de snelheid waarmee EVC-aanbieders reageren, verwachten wij dat deze lijst
binnen 10 dagen op de website van BKK staat. In de subsidievoorwaarden worden
onder andere de volgende eisen gesteld aan aanbieders:
· De EVC-aanbieder is in 2009 en/of 2010 erkend. Nieuwe EVC-aanbieders
moeten voldoen aan de eisen uit de entreetoets. Aanbieders voldoen aan de
eisen uit de EVC-code. Op www.kenniscentrumevc.nl staat de code en de
entreetoets gepubliceerd.
· De certificeringsprocedure is gericht op het voldoen aan het mbo-2
kwalificatiedossier Helpende Zorg & Welzijn of het eindtermendocument
Helpende Welzijn.
· De procedure leidt bij goed gevolg - tot een certificaat van goed
gastouderschap.
· De certificeringsprocedure omvat een assessment dat in elk geval een
beoordeling omvat van de feitelijke uitoefening van het gastouderschap door
de gastouder op de locatie waar deze als zodanig werkzaam is.
· De assessor goed gastouderschap is geen gastouder en is of was tot voor kort
niet werkzaam bij of voor een gastouderbureau of voorziening voor
kinderopvang.
· De begeleider is niet tevens de assessor `goed gastouderschap'.
Alleen de werkelijke gemaakte kosten die de EVC-aanbieder zelf maakt voor de
activiteiten uit het certificeringstraject komen in aanmerking voor een subsidie.
Als een gastouder na het behalen van het certificaat in 2010 of 2011 ook een
aangewezen diploma verkrijgt bij een mbo-instelling, dan moet de ontvangen
subsidie voor het behalen van het certificaat worden terugbetaald. Dat is nodig
omdat het Rijk anders twee keer betaalt voor kwalificatie van de gastouder.
De Inspectie van het Onderwijs zal zeer scherp toezien op de kwaliteit van de
certificeringsprocedures. Daarvoor zal de inspectie steekproeven nemen uit de
afgegeven certificaten. De inspectie gebruikt de EVC-code als basis van haar
beoordeling. De inspectie let daarbij op de deskundigheid van het ingezette
personeel; de kwaliteit van de gehanteerde instrumenten; de afname en de
beoordeling; de vastlegging van de uitkomsten van de beoordeling; de
kwaliteitsborging van de erkende EVC-aanbieder; en de beroep- en
bezwaarmogelijkheden voor gastouders. Daarnaast hanteert de inspectie een
aantal inhoudelijke en procedurele eisen uit bovengenoemde subsidieregeling.
Pagina 3 van 8
4. De diplomaroute Datum
23 november 2009
Gastouders kunnen ook de diplomaroute volgen. Dat kan op twee manieren: a) Onze referentie
inschrijving als examendeelnemer (extraneus) bij een mbo-instelling en daar het KO /172282
diploma Helpende Zorg & Welzijn of het diploma Helpende Welzijn halen of b)
door de opleiding te volgen en het diploma Helpende Zorg & Welzijn of het
diploma Helpende Welzijn te halen.
a. Inschrijving als examendeelnemer
Voor deze route geldt het volgende:
· Examenkandidaten dienen zich individueel bij de instelling in te schrijven om
gebruik te kunnen maken van examenvoorzieningen (artikel 8.1.1 van de Wet
educatie en beroepsonderwijs (WEB). De mbo-instelling moet met de
examenkandidaten een examenovereenkomst sluiten (artikel 8.1.3, zevende
lid van de WEB).
· Een diploma kan alleen worden afgegeven door de examencommissie.
· De examenstandaarden zijn van toepassing.
· Deze examens vallen onder het reguliere inspectietoezicht.
· Diploma's kunnen in beginsel meetellen voor de outputbekostiging (volgens
de `t-2-systematiek'), maar niet met de gebruikelijke berekeningswijze. Voor
deze diploma's wordt namelijk een vast bedrag vastgesteld van 675,-
(uitgaande van een door de instelling te vragen eigen bijdrage van de
examendeelnemer). Dat is even veel als het maximale subsidiebedrag voor
het certificaat van goed gastouderschap. Hiertoe zal het Uitvoeringsbesluit
WEB worden gewijzigd. De nadere uitwerking geschiedt bij ministeriële
regeling.
· Gastouders kunnen ook de diplomaroute doorlopen bij niet-bekostigde
instellingen die licenties voor deze diploma's hebben. Uiteraard worden die
diploma's niet door de overheid bekostigd.
· Een certificaat goed gastouderschap kan niet automatisch worden ingewisseld
voor een aangewezen diploma. De diplomaroute vergt altijd individuele
toetsing door de examencommissie van een diplomerende instelling.
Om de kwaliteit van de diplomaroutes te garanderen, onderzoekt de Inspectie van
het Onderwijs vanaf januari 2010 bij mbo-instellingen de kwaliteit van de
examens voor het kwalificatiedossier Helpende Zorg & Welzijn en voor het
eindtermendocument Helpende Welzijn. Het gaat om examens die specifiek voor
gastouders zijn gemaakt, of specifiek voor gastouders worden afgenomen. Deze
examens worden beoordeeld aan de hand van de examenstandaarden uit de
ministeriële regeling die voortvloeit uit art. 7.4.4 van de WEB (Staatscourant
2009, nr. 51). De inspectie zal het onderzoek uitvoeren op dezelfde manier als
het reguliere examenonderzoek. Bij een onvoldoende volgt het gebruikelijke
waarschuwings- en eventueel sanctietraject.
b. Mbo-opleiding volgen
Mogelijk zijn er ook gastouders die een mbo-opleiding willen volgen om een
aangewezen diploma te halen. Uiteraard is dat mogelijk, binnen de bestaande
wettelijke kaders. Belangrijke aantekening is wel dat de beroepsbegeleidende
leerweg (bbl) voor die gastouders meestal geen goede optie is. Bij een bbl-
opleiding hoort namelijk een beroepspraktijkvormingsovereenkomst met een
erkend leerbedrijf. De eigen gastoudervoorziening en het gastouderbureau
kunnen niet als erkend leerbedrijf fungeren voor deze opleidingen.
Pagina 4 van 8
Datum
Het is overigens niet toegestaan om gastouders in te schrijven voor een 23 november 2009
(bekostigde) bbl-opleiding om hen vervolgens vrijstelling te verlenen voor de Onze referentie
beroepspraktijkvorming. Voor gastouders die alleen nog theoretische kennis KO /172282
tekortkomen, is een deeltijdse opleiding in de beroepsopleidende leerweg (bol) of
een opleiding in de contractpoot van de instelling de aangewezen route.
Gastouders die zich inschrijven voor een deeltijd bol-opleiding moeten cursusgeld
betalen. Het cursusgeld bedraagt 210,- (voor mbo-niveau 2) of 511,- (voor
mbo-niveau 3 en 4) in het schooljaar 2009-2010. Voor de bekostiging van de
instelling die een deeltijd bol-opleiding aanbiedt geldt onder andere de
voorwaarde dat het in instellingstijd verzorgd onderwijsprogramma ten minste
300 uren omvat.
5. Implicaties voor betrokkenen
Het bovenstaande betekent het volgende voor de betrokkenen:
· Gastouders. Gastouders met een diploma uit de lijst in de bijlage hoeven niets
te doen. Alle andere gastouders moeten wel in actie komen, als ze willen dat
hun vraagouder gebruik kan blijven maken van de kinderopvangtoeslag. Ze
kunnen kiezen tussen een route naar een certificaat goed gastouderschap of
een diploma. Voor beide routes moeten gastouders zich individueel
inschrijven. Op de site van BKK staat de lijst met mbo-instellingen met
licenties voor de genoemde diploma's. We verwachten dat binnen 10 dagen
ook de groeilijst beschikbaar is met erkende EVC-aanbieders die aan alle
subsidievoorwaarden voldoen. Voor de certificeringsprocedure kan een
tegemoetkoming van maximaal 675, - per certificaat worden verkregen. Het
gastouderbureau meldt gastouders die het certificaat willen behalen aan bij
BKK en kan daar vervolgens de subsidie aanvragen voor gastouders die de
procedure daadwerkelijk gaan doorlopen. Kiest de gastouder voor de
diplomaroute, dan is hij of zij een bedrag verschuldigd aan de aanbieder van
de diplomaroute. De mbo-instelling krijgt 675,- van de overheid voor ieder
behaald diploma. Daarnaast kan de instelling nog een eigen bijdrage vragen
van de gastouder.
· Gastouderbureaus. Voor zowel de certificerings- als de diplomaroute moeten
gastouders zich individueel inschrijven. Gastouderbureaus kunnen hun
gastouder niet zonder diens medeweten inschrijven. Vanzelfsprekend kunnen
gastouderbureaus hun gastouder wel helpen bij het maken van een keuze. De
informatie uit deze brief moet ze daarbij helpen. Om in aanmerking te komen
voor subsidie voor de certificeringsroute meldt het gastouderbureau de
gastouders die het certificaat willen behalen uiterlijk 31 december 2009 aan
bij BKK. Vervolgens vraagt het gastouderbureau uiterlijk 31 maart 2010
subsidie aan bij BKK voor de gastouders die daadwerkelijk de procedure gaan
doorlopen.
· Aanbieders route naar het certificaat goed gastouderschap. Als aanbieders
willen dat gastouderbureaus subsidie krijgen voor de kosten van certificatie,
dan moeten zij zich aanmelden bij BKK. BKK is gevraagd om alle aanbieders
daartoe uit te nodigen en te beoordelen of de aanbieder voldoet aan de eisen
van de subsidieregeling. Die eisen worden uiterlijk begin december
gepubliceerd. De Inspectie van het Onderwijs zal scherp toezien op de
kwaliteit van de aangeboden route.
· Mbo-instellingen die de diplomaroute verzorgen. Voor deze diploma's behaald
langs de extraneusroute wordt een vast bedrag van 675,- vastgesteld, dat
Pagina 5 van 8
even hoog is als de maximale subsidie voor het certificaat van goed Datum
gastouderschap. Om de kwaliteit van deze route te waarborgen, zal de 23 november 2009
Inspectie van het Onderwijs verscherpt toezicht houden. Onze referentie
· Gebruikers van gastouderopvang. Bovenbeschreven maatregelen hebben KO /172282
geen gevolgen voor gebruikers van gastouderopvang. Dit laat onverlet dat
ouders in 2010 alleen nog recht hebben op kinderopvangtoeslag als het
gastouderbureau de gastouder voor 1 september 2010 aanmeldt bij de
gemeente en de gastouder voor 1 januari 2011 in het landelijk register staat.
Een gastouder kan pas worden aangemeld als hij of zij voldoet aan
bovengenoemde deskundigheidseisen.
6. Financiële consequenties
Onze aanpak heeft financiële consequenties tot en met 2012. Tot nu toe werd het
aantal gastouders dat zich zal kwalificeren geschat op minimaal 8000. Dat aantal
kan echter veel hoger uitvallen. De financiële gevolgen van de
overheidsbekostiging van maximaal 675 per succesvol certificaat of diploma,
zullen worden gedekt binnen de OCW-begroting.
de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
mede namens de staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, Marja
van Bijsterveldt-Vliegenthart,
Sharon A.M. Dijksma
Pagina 6 van 8
Lijst met diploma's Datum
23 november 2009
Diploma's op mbo-2 niveau: KO /172282
a. Helpende Zorg en Welzijn 2
b. Helpende welzijn 2
c. Helpende breed 2
d. Helpende sociaal agogisch werk 2
Diploma's op mbo-3 of -4 niveau:
a. Sociaal Pedagogisch Werker 3 (SPW-3)
b. Sociaal Pedagogisch Werker 4 (SPW4)
c. Pedagogisch Werker niveau 3
d. Pedagogisch Werker 3 Kinderopvang
e. Pedagogisch Werker niveau 4
f. Pedagogisch Werker 4 Kinderopvang
g. Onderwijsassistent
h. Onderwijsassistent PO/SO (primair onderwijs/speciaal onderwijs)
i. Sociaal-Cultureel Werker (SCW)
j. Sport- en bewegingsleider
k. Sport en bewegingscoördinator
l. Sport en Bewegen
m. A-Verpleegkundige
n. Activiteitenbegeleiding (AB)
o. Activiteitenbegeleider (AB)
p. Agogisch Werk (AW)
q. akte hoofdleidster kleuteronderwijs
r. akte Kleuterleidster A
s. akte Kleuterleidster B
t. Arbeidstherapie (AT)
u. B-Verpleegkundige
v. Cultureel werk (CW)
w. Extramurale gezondheidszorg (EMGZ)
x. Inrichtingswerk (IW)
y. Kinderbescherming A
z. Kinderbescherming B
aa. Kinderverzorging en Opvoeding
bb. Kinderverzorging/Jeugdverzorging (KV/JV)
cc. Kinderverzorgster (KV)
dd. Kinderverzorgster van de centraleraad voor de kinderuitzending
ee. Kultureel werk (KW)
ff. Leidster Kindercentra van de OVDB
gg. Residentieel Werk (RW)
hh. Sociaal Dienstverlener (SD)
ii. Sociale Arbeid (SA of SA2)
jj. Sociale Dienstverlening (SD, SA of SA1)
kk. Vakopleiding Leidster kindercentra (conform de WEB)
ll. Verdere Scholing in Dienstverband (VSID) richting kinderdagverblijven
mm. Verpleegkunde
nn. Verpleegkundige
oo. Verpleging (VP)
pp. Verzorgende
qq. Verzorgende beroepen (VZ)
Pagina 7 van 8
rr. Verzorgende Individuele Gezondheidszorg (VIG) Datum
ss. Verzorging (VZ) 23 november 2009
tt. Z-Verpleegkundige
KO /172282
Diploma's op hbo niveau:
a. Leraar basisonderwijs (aan Hogeschool, PABO of IPABO)
b. Pedagogiek (HBO-bachelor)
c. Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH)
d. Culturele en Maatschappelijke vorming (CMV)
e. Leraar lichamelijke oefening (ALO)
f. Kunstzinnig vormende opleiding op HBO-niveau (docentenrichting binnen
kunstonderwijs of kunstzinnige richting binnen lerarenopleiding)
g. Akte Lager onderwijs zonder hoofdakte (oude kweekschoolopleiding)
h. Applicatiecursus leraar basisonderwijs (als vervolg op en in combinatie
met kleuterakte A/B)
i. Creatieve therapie (waaronder Mikojel)
j. Cultureel Werk (CW)
k. docent Dans
l. docent Drama
m. Educatieve therapie (Mikojel)
n. Inrichtingswerk (IW)
o. Jeugdhulpverlening
p. Kunstzinnige therapie
q. Lerarenopleiding Omgangskunde
r. Lerarenopleiding Verzorging/Gezondheidskunde
s. Lerarenopleiding Verzorging/Huishoudkunde
t. Maatschappelijk Werk (MW)
u. Maatschappelijk Werk en Dienstverlening (MWD)
v. NXX (volgens de Wet op het voortgezet onderwijs)
w. Pedagogiek MO-A of kandidaatsexamen Pedagogiek
x. Pedagogische Academie
y. Verpleegkunde
Pagina 8 van 8