De Nederlandse Bank

Speech president Wellink 'Over systeemrisico's en risicosystemen'

Speech

Datum 25 november 2009
Tijd 16:27 uur
Lokatie Nivra Accountantsdag, Rai te Amsterdam
Spreker Dr. A.H.E.M. Wellink, president van de Nederlandsche Bank

Ik ga het hebben over systeemrisico's en risicosystemen. De huidige crisis, de grootste financiële crisis sinds de jaren dertig, heeft het gevaar van systeemrisico's op ondubbelzinnige wijze gedemonstreerd. Ook is gebleken dat de risicosystemen van instellingen de onverwachte gebeurtenissen die tot de crisis leidden op onvoldoende wijze hebben ingeschat. Het thema van deze dag refereert aan het oog van de RA; scenario's voor andere tijden. De vraag die we ons dan ook kunnen stellen is, hadden accountants en toezichthouders meer kunnen doen om de huidige crisis te voorkomen? En hoe gaan we ons voorbereiden op de toekomst zodat een crisis van deze omvang hopelijk niet meer voorkomt? Ik zal u mijn visie vertellen. De belangrijkste boodschap wil ik u echter niet onthouden. Toezichthouders, waaronder DNB, maar ook u, accountants, dienen alert te zijn op verborgen grote risico's. Samenwerking is hiervoor cruciaal.

Visie op de crisis

Zoals de titel van dit seminar al aangeeft, ben ik hier om vooruit te kijken. Maar om verder te kunnen gaan, moeten we soms even terugblikken. Ik zal starten bij het begin. De crisis. Naar mijn idee heeft een groot aantal factoren en verschillende spelers bijgedragen aan de omstandigheden die tot deze uitzonderlijke financiële en economische crisis hebben geleid. Hoewel al deze factoren los van elkaar wel waren gesignaleerd, is de wisselwerking ervan onderschat. De snelheid en wijze waarop de crisis om zich heen heeft gegrepen, heeft velen verrast.

Allereerst was in de jaren '90 van de vorige eeuw en de eerste jaren van deze eeuw sprake van een zeer gunstige economische ontwikkeling. Wereldwijd stegen de aandelenkoersen, daalde de werkloosheid, en was sprake van een ongekende economische groei. Deze groei werd onder meer gestimuleerd door een lage rente, waardoor liquiditeit in ruime mate beschikbaar was. Als gevolg hiervan daalden echter ook de rendementen op traditionele beleggingen, en gingen instellingen op zoek naar meer renderende investeringsmogelijkheden. Dit wordt ook wel de 'search for yield' genoemd. Let op: hier werd dus al een expliciete afweging gemaakt tussen rendement en risico. Dit is een belangrijke onderliggend kenmerk van de crisis. Tegelijkertijd leidde technologische innovatie, hiertoe aangezet door hoge bonussen, tot de ontwikkeling van complexe financiële producten. Securitisaties zijn hier slechts één voorbeeld van. In een aantal landen boden verslaggevingsregels en toezichtregels de ruimte om deze producten buiten de balans te houden, of om lagere buffers aan te houden. Al deze ontwikkelingen samen leidden tot het ontstaan van het zogenaamde `originate to distribute' bedrijfsmodel. In dit model verstrekken banken kredieten en verkopen deze vervolgens via special purpose vehicles aan beleggers. Op die manier wordt kredietrisico overgedragen, en hoeven banken dus minder of zelfs geen kapitaal meer aan te houden voor deze kredieten. Ook investeerden banken zelf in deze securitisatie-producten.

Veel van de op deze wijze verkochte kredieten betroffen Amerikaanse hypotheken. Toen in de VS de rente steeg, raakte daardoor een aanzienlijk aantal Amerikaanse huishoudens in de problemen. Zij konden hun hypotheekschulden niet meer voldoen. Dit heeft direct zijn weerslag op de waarde van de securitisaties gebaseerd op deze hypotheken. Deze securitisaties waren echter zo zeer verspreid onder beleggers, dat onduidelijk was welke producten nu wel en welke niet waren geraakt. Als reactie daarop daalde de waarde van al deze producten, en fors ook. Als gevolg van, een voor u relevant punt, de accountingregels, moesten instellingen de waardedaling van de securitisatie-producten weergeven in hun balans en winst- en verliesrekening. Instellingen moesten fors afboeken. Met grote gevolgen voor de kapitaalbuffers die meestal niet waren meegegroeid met de gestegen risicoprofielen. Uit angst dat een tegenpartij niet meer aan zijn verplichtingen kon voldoen, durfden banken ook niet meer aan elkaar uit te lenen. De gevolgen van de ontwikkelingen hebben we het afgelopen jaar kunnen zien: instellingen leenden massaal bij de centrale bank, gingen failliet of hadden staatssteun nodig.

Nu bevinden we ons in een fragiele positie. Enerzijds zijn er signalen die er op lijken te wijzen dat het dieptepunt van de crisis achter ons ligt. Anderzijds is het herstel nog broos en met grote onzekerheden omgeven. De financiële sector bevindt zich nog middenin een fors aanpassingsproces, waarbij instellingen hun balansen saneren en risico's afbouwen. In deze omgeving blijft het risico bestaan dat nieuwe schokken optreden. De crisis heeft laten zien hoe onvoorspelbaar de gebeurtenissen zijn.

Lessen van de crisis: Stress testen

Dit brengt mij bij de toekomst. De crisis heeft een aantal tekortkomingen in het internationale beleid- en regelgevingproces blootgelegd. Al tijdens de crisis zijn beleidsmakers en toezichthouders aan de slag gegaan met het trekken van lessen. Zo werken DNB en andere toezichthouders, bijvoorbeeld in het Bazels Comité, aan plannen om kapitaaleisen te versterken en op termijn te verhogen. Maar een van de belangrijkste lessen sluit aan op de onvoorspelbaarheid van gebeurtenissen. Hoe voorkom je dat zo'n onverwachte gebeurtenis alle buffers wegslaat en tot steun noodzaakt? De huidige risicosystemen onder Bazel 2 zijn in belangrijke mate gericht op het voorspellen van risico's binnen een bepaald betrouwbaarheidsinterval van de gemodelleerde werkelijkheid. Echter, de crisis heeft laten zien dat risico's zich niet altijd laten vangen binnen dit betrouwbaarheidsinterval. Hoe kunnen we ons toch voorbereiden op deze onzekerheden? Een belangrijk deel van de oplossing van dit probleem is volgens DNB gelegen in: stress testen. Stress testen helpen bij het bepalen van de gewenste omvang van het kapitaal voor onverwachte gebeurtenissen. Door het doorrekenen van een aantal extreme, maar plausibele scenario's worden instellingen geprikkeld om buiten de standaard kaders te denken. Zo kunnen ze zich beter voorbereiden op het onverwachte. Denk bijvoorbeeld aan het verhogen van de kapitaalbuffers, het verminderen van de risico's of andere maatregelen. Veel instellingen voerden de afgelopen jaren inderdaad stress testen uit. Toch waren veel instellingen verrast door de omvang van de huidige kredietcrisis. De stress testen die instellingen uitvoerden waren namelijk niet streng genoeg! Door de aanhoudende groei in de jaren voorafgaand aan de crisis, werd de kans op een instorting van de economie onderschat, en niet meegenomen in de stress scenario's. Deze crisis toont aan dat extreme situaties plausibeler zijn dan ooit gedacht. Meer, betere, en strengere stress testen is daarom een van de lessen van de huidige crisis. Het Bazels Comité heeft in reactie hierop al richtlijnen uitgebracht voor het uitvoeren van stress testen door instellingen.

Ook DNB is actief bezig met stress testen, als instrument voor het financiële stabiliteitsbeleid en het prudentiële toezicht. In het lopende toezicht wordt van instellingen gevraagd dat zij regelmatig stress testen uitvoeren voor hun risicobeoordeling. De uitkomsten worden door de toezichthouders naast andere informatie gelegd om een oordeel te vormen over de stabiliteit van de instellingen, en eventueel benodigde toezichtsmaatregelen. Daarnaast wordt - vooral de grotere - instellingen regelmatig gevraagd om deel te nemen aan macro-stresstesten als onderdeel van de macro-prudentiële analyse. Bij macro-stresstesten berekenen de instellingen de effecten van uniforme scenario's op hun uitzettingen. DNB toetst daarbij of de berekeningen voldoende recht doen aan de ernst van de macro-economische scenario's. Dit proces vindt plaats in dialoog met de instellingen. Dit draagt bij aan hun risicobewustzijn en aan het inzicht van DNB in de financiële risico's. De uitkomsten van de macro-stresstest geven een algemeen beeld van het weerstandvermogen van de financiële sector en van mogelijke systeemrisico's. Bij de toepassing en in de follow-up van de resultaten in het toezicht past DNB echter maatwerk toe. Dit betekent dat het risicoprofiel en de risicomitigerende elementen, inclusief de kapitalisatie, bij iedere instelling afzonderlijk worden beoordeeld, waarbij de uitkomsten van de macro-stresstest één van de informatiebronnen is. Afgelopen zomer heeft DNB weer zo'n macro stress test uitgevoerd onder banken en verzekeraars. Uit deze stress test blijkt dat de Nederlandse financiële sector, ook na de zware schokken in het fictieve scenario, ruim boven de minimum kapitaalnormen blijft.

Accountantscontrole

De toezichthouder maakt dus onder meer gebruik van stress testen om tijdig maatregelen te kunnen treffen tegen onverwachte gebeurtenissen. Ook accountants hebben te maken met onverwachte gebeurtenissen, denk bijvoorbeeld maar aan Enron of Ahold. De kredietcrisis heeft aangetoond dat de verslaggeving, risicobeheersing en controle beter moeten. Grotere risico's vragen om stringentere risicobeheersing. Bij de controle van de jaarrekening moet de accountant rekening houden met deze onverwachte grote risico's en de daarbij behorende robuustheid van het risicomanagement. Dit volgt heel principaal al uit de veronderstelling dat zij een jaarrekening controleren op going concern basis. Dus of er sprake is van een levensvatbaar bedrijf. De jaarrekening kan een getrouw beeld geven op de balansdatum, maar toch kolossale risico's herbergen. Dat hebben we gezien. Bij banken kan het liquiditeitsaspect voor de nodige hoofdbrekens zorgen. Het is duidelijk dat ook de accountant inzicht moet hebben in de verwachte en onverwachte risico's voor het voortbestaan van het bedrijf.

Stress testen kunnen daarin ook een rol spelen. Bij het opstellen van de jaarrekening wordt gewerkt met 'best estimates'. Bij het bepalen van fair values of voorzieningen bijvoorbeeld. Fair values zijn gebaseerd op, zoals de IASB dat definieert: 'actieve en liquide markten'. Maar wat als die best estimates niet uitkomen? Wat als de markten in één keer opdrogen en er geen betrouwbare marktprijzen meer zijn? Kan een instelling dan terugvallen op eigen modelschattingen van de waarde? En wat als de inschatting van toekomstige kasstromen uit hypotheken bij modelwaarderingen helemaal verkeerd blijkt te zijn, doordat Amerikaanse huishoudens massaal in betalingsproblemen komen? Een voorbeeld wat dichter bij huis en zeer actueel is: de waardering van commercieel vastgoed. De waarde van het commercieel vastgoed in Nederland is de afgelopen twee jaar met een kwart gedaald. Banken zoeken naar oplossingen als betaling van rente of aflossing uitblijft, bijvoorbeeld door uitstel van betaling te verlenen. Tegelijkertijd kent de markt momenteel weinig transacties. Hoe vertaalt zich dat in de waardering van vastgoedleningen van banken? Of de waardering van investeringen in commercieel vastgoed door pensioenfondsen? Hierin zien wij een belangrijke rol voor u als accountant. Enerzijds bij het bepalen van een objectieve, betrouwbare best estimate, doordat u bij meerdere instellingen over de vloer komt. Anderzijds door, naast het bepalen van best estimates, ook in onverwachte scenario´s te denken. Dit zou verder ontwikkeld kunnen worden.

Naast financial auditing is operational auditing zeer belangrijk. Het draait immers om het functioneren van de organisatie als geheel. En spelen vragen als: in welke mate dragen processen bij aan het realiseren van de ondernemingsdoelstelling? In welke mate is er sprake van een integere en beheerste bedrijfsvoering? Dat laatste is weer voor DNB een belangrijk speerpunt. We zijn vooral geïnteresseerd in de relatie tussen risicoprofiel en bijpassende beheersorganisatie. Het begint bij een goede administratie. Is bijvoorbeeld het onderpand bij een lening wel goed vastgelegd? Kijk maar naar de hypotheekmarkt. Enkele tijd geleden werd bekend dat 30% van de claims van instellingen op de Nationale Hypotheek Garantie wordt afgekeurd. Dat gaat om aanzienlijke bedragen, die van grote invloed kunnen zijn op de financiële positie van een instelling. Dus ook in de operational auditing kan het denken in onverwachte scenario's zeer nuttig zijn.

Tripartite overleg

Zowel instellingen, toezichthouders en accountants hebben in hun werk dus te maken hebben met het onverwachte, met risico's. Ieder vanuit haar eigen verantwoordelijkheid. De instelling voor het behalen van ondernemingsdoelstellingen. De accountants voor de getrouwheid van de jaarrekening. En DNB voor de soliditeit van een instelling en voor financiële stabiliteit. Dit zijn grote verantwoordelijkheden. Alle partijen zijn er bij gebaat de risico's te minimaliseren. En dat is waar we ons voordeel kunnen behalen. Door samenwerking. Op basis van vertrouwen, openheid en gelijkwaardigheid. Niet voor niets heeft DNB, zoals aanbevolen in het rapport van de Commissie Maas, aangekondigd themasessies met accountants te gaan organiseren. DNB, accountants en instellingen hebben voordeel van sterker aangezette tripartite overlegstructuren. Waar denkt DNB in concreto aan bij het sterker aanzetten van de tripartite overlegstructuren? DNB heeft twee lijnen voor ogen. Ten eerste tripartite overleg op sectorniveau, en ten tweede op instellingsniveau.

Voor de themasessies op sectorniveau is kennisdeling tussen instellingen, toezichthouder, externe en interne accountants van belang. De bedoeling van DNB is om de macro boodschappen die DNB signaleert in haar Overzicht Financiële Stabiliteit, zoals de risico´s van complexe financiële producten, meer handen en voeten te geven. Zodat hier op microniveau wat mee gedaan kan worden. Andersom komen externe accountants bij veel financiële instellingen over de vloer. En zien zij misschien dezelfde issues steeds terug komen bij hun controles. Met deze kennis moet iets worden gedaan. NIVRA pakt dit nu op met het project Kennisdelen. Hierbij worden bottom-up ervaringen en signalen van controlerende accountants geaggregeerd tot bevindingen die met het maatschappelijk verkeer uitgewisseld moeten worden. Ik begrijp dat u bent geïnformeerd over de eerste resultaten. Deze bevindingen zijn uitermate belangrijk voor het toezicht en de stabiliteit van het systeem. Ook de interne accountant heeft uitstekend inzicht in de administratieve organisatie en risicobeheersings-systemen, en mogelijke tekortkomingen daarin. Het is belangrijk om al deze kennis samen te brengen, en vervolgens ook actiepunten te formuleren. Dit is echter makkelijker gezegd dan gedaan. Met behulp van workshops proberen we hier invulling aan te geven. De interne accountant kan dan zijn kennis van interne controle processen en beheerste bedrijfvoering bij instellingen inbrengen. De rol van de externe accountant is het delen van de observaties en inzichten die hij heeft opgedaan bij zijn jaarrekeningcontrole. En DNB kan vanuit haar risicogebaseerde toezicht aangeven waar zij accenten ziet. Het plan is om aparte themasessies voor verzekeraars en banken te organiseren. De pensioensector vergeten we niet, onze toezichthouders hebben al diverse contacten die we vooral willen continueren. Zo is het inmiddels een goede gewoonte om jaarlijks een accountantsdag binnen die sector te organiseren.

Op instellingsniveau heeft DNB in samenwerking met het NIVRA op 10 juni een aantal principes geformuleerd. Het tripartite overleg moet proactiever, gerichter en frequenter zijn. Het idee is om één keer in het najaar en één keer in het voorjaar een gericht overleg te voeren. Dit is frequenter dan wat we nu meestal gewend zijn te doen. In het gunstigste geval wordt er éénmaal per jaar een gezamenlijk gesprek tussen de toezichthouder, de externe accountant en de instelling gevoerd. Ook is de nieuwe opzet proactiever, want door in het najaar te overleggen, kunnen bevindingen meegenomen worden in de controleaanpak van de accountant. Vervolgens voert de accountant zijn controles uit en kan in het voorjaar een evaluatie plaatsvinden. Tot slot kan het overleg gerichter gemaakt worden door het vanuit een bepaald onderwerp aan te vliegen. Bijvoorbeeld de beheersorganisatie van portfolio's van financiële instrumenten. Dit is een onderwerp waar alle drie de partijen belang bij hebben en aan kunnen bijdragen vanuit hun specifieke rol en kennis. Uw input is dus belangrijk!

Ook interessant voor het tripartite overleg is, dat de drie partijen een verschillende invalshoek hebben, als het gaat om risico. De toezichthouder kijkt naar het risico voor de soliditeit van de instelling. De accountant naar het risico als hij materiële fouten in de verslaggeving niet ontdekt. En voor de instelling is de relatie tussen risicoprofiel, rendement en bijbehorende beheersorganisatie weer van belang. Immers, zonder risico ook geen rendement. De combinatie van deze verschillende invalshoeken en kennisgebieden leidt tot nieuwe inzichten en conclusies.

Slot

Via een blik op het verleden en enkele overwegingen bij het ontstaan en voortwoeden van de crisis, ben ik bij de toekomst aanbeland. Een onderdeel daarvan is het verder werken aan en verbeteren van stress testen door instellingen. Voor de toezichthouder is dit van belang om meer zicht te krijgen op systeemrisico's. En voor accountants om grip te krijgen op risicosystemen. Een tweede boodschap is het versterken van het tripartite overleg tussen toezichthouder, accountant en instelling. We verwachten daarvoor uw steun en bijdrage. Het bij elkaar brengen van verschillende invalshoeken en kennisgebieden helpt ons tot nieuwe inzichten te komen. Deze inzichten zijn onontbeerlijk voor het in het vizier krijgen van onverwachte risico's. Immers, elk van ons ziet slechts een deel van de werkelijkheid. Alleen samen zijn we in staat om het grotere geheel te zien!

---