Kamervragen Subsidiestelsel Natuur en Landschapsbeheer
26 november 2009 - kamerstuk
Kamerbrief waarin de minister vragen beantwoordt over de advertenties
van het nieuwe Subsidiestelsel voor Natuur en Landschap. De provincies
voeren samen met de uitvoerende diensten van LNV dit stelsel in.
Datum 26 november 2009
Betreft Kamervragen over de advertentie voor een nieuw Subsidiestelsel Natuuren
Landschapsbeheer
Geachte Voorzitter,
Naar aanleiding van het verschijnen van de advertenties van het nieuwe Stelsel
voor Natuur en Landschap stelt Kamerlid Pieper (CDA) mij een aantal vragen.
1
Kent u de advertentie van Dienst Regelingen 'Nieuw Subsidiestelsel Natuur- en
Landschapsbeheer' zoals deze afgelopen weken in diverse bladen is gepubliceerd?
Ja.
2
Hoe staat deze advertentie in verhouding tot de toezeggingen aan de Tweede
Kamer om betrokken te blijven bij het proces rondom de totstandkoming van
Programma Beheer? Hoe staat dit in verhouding tot de eerder gedane
toezeggingen vlak voor het zomerreces rondom pacht en financiën?
Met mijn brief van begin november aan uw Kamer (Tweede Kamer, vergaderjaar
2009-2010, 30 825, nr. 52) heb ik u geïnformeerd over de laatste stand van
zaken van het nieuwe Stelsel voor Natuur- en Landschapsbeheer (SNL).
Wat betreft mijn eerdere toezeggingen rondom pacht en financiën kan ik u melden
dat de problematiek met betrekking tot pacht bij de provincies bekend is en dat zij
zich nog beraden op de mogelijke oplossingen voor dit probleem.
Daarnaast kan ik u melden dat ik met de provincies tot overeenstemming ben
gekomen over de financiering van het nieuwe stelstel binnen de financiële kaders
van het ILG. In de Midtermreview van het ILG zal de financiering van het SNL
opnieuw worden besproken.
3
Wat houdt het nieuwe Subsidiestelsel Natuur- en Landschapsbeheer in? Wat is het
verschil met het oude stelsel natuur- en landschapsbeheer?
Uitgangspunt voor het nieuwe stelsel is dat het stelsel eenvoudiger is in gebruik
en effectiever voor de natuur. Daarbij is aangesloten op de gebiedgerichte aanpak
van het ILG. Vooraf is duidelijk welke doelen de provincies nastreven. Deze zijn
met behulp van de index voor Natuur en Landschap door de provincies
opgenomen in de provinciale natuurbeheerplannen. De huidige natuur- en
landschapsdoelen van Rijk en provincie, zoals vastgelegd in de ILG-bestuursovereenkomsten,
zijn daarmee beleidsneutraal doorvertaald.
Deze natuurbeheerplannen vormen de basis voor de subsidieverlening. Dit stelsel
zal nog worden uitgebreid met een monitoringsysteem voor natuurkwaliteit.
Belangrijk uitgangspunt in het nieuwe stelsel, is het geven van meer vertrouwen
in de beheerder. Dit door certificering mogelijk te maken en controles te
vereenvoudigen.
Die vereenvoudiging is mede mogelijk doordat beheerders niet meer worden
afgerekend op resultaatsverplichtingen, maar op de beheermaatregelen die zij
hebben ondernomen. In samenhang met een vereenvoudigd en modern (digitaal)
aanvraagproces worden de administratieve en uitvoeringslasten verminderd. Voor
meer informatie verwijs ik naar de eerder genoemde brief (Tweede Kamer,
vergaderjaar 2009-2010, 30 825, nr. 52).
4
Met wie is over het nieuwe stelsel overlegd en wat waren de reacties?
De regie voor het ontwikkelen van het SNL is namens de provincies belegd bij het
IPO. Vanaf de start van het ontwikkelen van het nieuwe stelsel, in april 2007,
heeft het IPO landelijke vertegenwoordigers van terreinbeheerders, particuliere
beheerders en agrariërs nauw betrokken bij het ontwikkelingsproces. Deze
vertegenwoordigers hebben zitting in een stuurgroep en hebben gedurende het
gehele project deelgenomen in diverse werkgroepen. Daarnaast zijn er door de
provincies op diverse momenten (regionale) informatiebijeenkomsten
georganiseerd en heeft er voorlichting plaatsgevonden. De provincies werken bij
de inrichting van het nieuwe stelsel nauw samen met mijn uitvoerende diensten.
5
Welke consequenties heeft dit nieuwe subsidiestelsel voor de agrariërs en op
welke wijze worden zij geïnformeerd over de inhoud van het stelsel?
De provincies hebben gekozen voor een landelijke uniforme regeling. De Dienst
Regelingen blijft voor de agrariërs het loket, mede in verband met de uitvoering
en stroomlijning van de uitvoering met andere landbouwregelingen. Voor agrariërs
heeft de SNL procedureel weinig consequenties.
Binnen de kaders van de EU-regelgeving is tot een vereenvoudiging van de
beheerpakketten besloten en is meer flexibiliteit gebracht in met name het weideen
akkervogelbeheer. Bovendien is de resultaatverplichting komen te vervallen en
zal één dienst, de AID, alle controles verrichten ten behoeve van het agrarisch
natuurbeheer.
Agrariërs worden geïnformeerd tijdens door de provincies georganiseerde
bijeenkomsten. Dit in nauwe samenwerking met DR, DLG en de agrarische
natuurverenigingen. Ook is de informatie beschikbaar via brochures en websites.
(zie bijvoorbeeld: http://www.natuurbeheersubsidie.nl/)
Is met het nieuwe stelsel de gewenste vereenvoudiging in de regelgeving en de
uitvoering bereikt? Is de flexibiliteit en duidelijkheid richting boeren vergroot?
Ja, het aanvragen wordt een stuk eenvoudiger en kan online geschieden. De
duidelijkheid zal richting agrariërs worden vergroot. Door bijvoorbeeld de
invoering van collectief beheer voor weide- en akkervogels, waarbij gebruik wordt
gemaakt van gecertificeerde gebiedscoördinatoren, wordt zowel de effectiviteit
van het weidevogelbeleid versterkt als de flexibiliteit en duidelijkheid naar boeren
vergroot. Tevens leidt dit tot een efficiëntere uitvoering, omdat de gebiedscoördinator
samen met de agrariërs (jaarlijks) een collectief beheerplan opstelt.
Het collectieve beheerplan is de basis voor de jaarlijkse betalingsaanvraag,
waardoor wordt geborgd dat deze aanvraag volledig en correct is.
Daarnaast wordt de resultaatverplichting omgezet in een maatregelverplichting.
Deze maatregelen hebben allen tot doel de duidelijkheid richting agrariërs te
vergroten.
7
Is de genoemde nieuwe regeling al ter goedkeuring in Brussel voorgelegd? Zo ja,
wat waren de reacties uit Brussel en welke aanpassingen zijn er eventueel
doorgevoerd?
Ja, deze is voorgelegd. Ik heb u daarover al geinformeerd (Tweede Kamer,
vergaderjaar 2009-2010, 30 825, nr. 52).
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit