Vrije Universiteit Amsterdam
Hippocampus atrofie metingen in dementie
* Startdatum: 27-11-2009
* Tijd: 10.45
* Locatie: Aula
* Titel: Hippocampus atrofie metingen in dementie
* Spreker: W.J.P. Henneman
* Promotor: prof.dr. F. Barkhof prof.dr. Ph. Scheltens
* Onderdeel: VU medisch centrum
* Wetenschapsgebied: Medisch
* Evenementtype: Promotie
Naast andere biomarkers, zal neuroimaging in de toekomst een
belangrijke rol spelen bij het vroeg signaleren en volgen van
dementie. Dit blijkt uit het promotieonderzoek van Wouter Henneman.
Het doel van Hennemans onderzoek was om de kennis in de klinische rol
van neuroimaging in dementie te vergroten. De nadruk van zijn
proefschrift ligt op longitudinale metingen van hippocampus atrofie
door het gebruik van MRI. Met name met mogelijk uitzicht op therapieën
die aangrijpen op ziektespecifieke processen, kan neuroimaging een
belangrijke rol spelen.
Zowel metingen van totaal breinvolume als specifiek hippocampusvolume
zijn bekende aanduidingen van ziekteverloop in dementie. Henneman
vergeleek de klinische toepassing van deze twee markers, en liet zien
dat ze onafhankelijk van elkaar het verloop van de ziekte voorspellen.
Meer specifiek liet hij zien dat het meten van hippocampus atrofie een
sterkere voorspeller van voortgang is in een vroege fase, terwijl het
totaal breinvolume achteruitgang voorspelt in een latere fase van het
ziekteproces.
Ook liet Hennemans zien dat met de huidige beschikbaarheid van
hoge-resolutie CT-scanners, CT een goed alternatief kan zijn in de
klinische evaluatie van dementie. Een belangrijk aspect van
neuroimaging is het vermogen om verandering in de tijd te meten. Hij
gebruikte hippocampus atrofie als een surrogaatmarker van
ziekteverloop en liet zien dat informatie van verschillende
modaliteiten (liquor biomarkers, neuropsychologische karakteristieken,
MRI maten op baseline) onafhankelijke waarde hebben in het voorspellen
van hippocampusatrofie. Dit suggereert dat het combineren van
informatie van deze verschillende modaliteiten een goede aanpak kan
zijn om tot een diagnose te komen zo vroeg mogelijk in het
ziekteproces.
© Copyright Vrije Universiteit Amsterdam