Motie over pleidooi Europees verbod op de verrijkte kooi voor leghennen
Geachte Voorzitter,
In mijn brief van 6 oktober jl. aan uw Kamer over de stand van zaken moties en
toezeggingen (TK 32123 XIV, nr 21) heb ik aangegeven dat ik u voor het
begrotingsdebat zal informeren over de uitvoering van de motie van het lid
Ouwehand (PvdD), waarin de regering wordt verzocht zich in te zetten voor een
Europees verbod op de verrijkte kooi (Kamerstukken II, 2008/09, 21501-32, nr.
348).
De Europese regelgeving op het terrein van het welzijn voor leghennen (Richtlijn
nr. 1999/74/EG) en de handelsnormen voor eieren (Verordening (EG) nr. 589/
2008) kent geen onderverdeling binnen de categorie verrijkte kooi als huisves-
tingssysteem. De koloniehuisvesting valt Europees gezien binnen deze categorie.
Een Europees verbod op de verrijkte kooi impliceert de facto dan ook een verbod
op de koloniehuisvesting. De Tweede Kamer heeft nu juist verzocht om het
systeem van de koloniehuisvesting mogelijk te maken. De koloniehuisvesting
onderscheidt zich van de Europese eisen aan de verrijkte kooi door een grotere
oppervlakte per dier, hogere kooien, meer zitstokken en grotere groepen. Ik
interpreteer uw motie in dat licht dan ook als een verzoek aan de regering, om in
Brussel te pleiten voor een aanscherping van de Europese eisen voor de verrijkte
kooi tot het niveau van de Nederlandse eisen voor de koloniehuisvesting (en de
Duitse Kleingruppenhaltung).
Bij de wijze van uitvoering en de timing van mijn inzet in Europa, zal ik rekening
houden met de gevolgen voor het verbod op het gebruik van de legbatterij per 1
januari 2012. Zoals u weet, is een volledige implementatie van het verbod op de
legbatterij één van mijn prioriteiten van de Europese inzet, conform de motie van
het lid Atsma (Kamerstukken II, 2008/09, 21501-32, nr. 346). Ik wil voorkomen
dat een nieuwe discussie over de eisen van de verrijkte kooi of een verbod op de
verrijkte kooi, het tijdig realiseren van een uitfasering van de legbatterij in Europa
in de weg staat.
Hierbij wijs ik erop dat Nederland recent samen met gelijkgezinde lidstaten de
Europese Commissie heeft aangeschreven om het belang van een adequate
uitfasering van de legbatterij te onderstrepen, waarbij suggesties zijn gedaan voor
een betere uitfasering. Dit heeft geleid tot een agendering van het onderwerp in
Brussel.
DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN
VOEDSELKWALITEIT,
G. Verburg
---- --