Fiscale nieuwsflits 2 december 2009
Nieuwsbericht | 02-12-2009 | Kostprijsverhogende belastingen
Deze fiscale nieuwsflits bevat twee berichten. In de eerste ziet de
staatssecretaris af van beroep in cassatie over omzetbelasting en en
de tweede gaat over besluit eigenwoningregeling waarin een
verschrijving wordt hersteld.
OB: verhuur bagagekluisjes school zelfstandige dienst
De staatssecretaris laat weten waarom hij afziet van cassatie tegen
het oordeel van het hof dat de verhuur van bagagekluisjes door een
onderwijsinstelling een zelfstandige prestatie vormt en niet een
nevenprestatie is.
Stichting Z, een onderwijsinstelling, verhuurt bagagekluisjes aan
leerlingen. In geschil is of de kluisjesverhuur een zelfstandige
belaste dienst is dan wel een nevenprestatie vormt die deelt in de
onderwijsvrijstelling. Indien sprake is van een zelfstandige dienst is
niet in geschil dat het bedrag van de teruggaaf EUR 39 493 bedraagt. Z
heeft echter EUR 5 031 op aangifte voldaan.
Anders dan de rechtbank is het hof, gelet op Europees rechtelijke
jurisprudentie, van oordeel dat de verhuur van de kluisjes een
zelfstandige dienst is, omdat niet is voldaan aan de voorwaarde dat
deze dienst onontbeerlijk is voor het verrichten van de vrijgestelde
onderwijshandelingen. Vervolgens concludeert het hof dat op grond van
een strikte toepassing van de nationale wet niet meer omzetbelasting
kan worden teruggeven dan op aangifte is voldaan. Het hof acht echter
de wettelijke termijn van een maand voor het indienen van een
teruggaafverzoek in strijd met het Europees rechtelijke voorschrift
dat effectief gebruik moet kunnen worden gemaakt van het recht op
teruggaaf. Daarom verleent het hof teruggaaf aan Z van het bedrag van
EUR 39 493.
De staatssecretaris laat weten dat hij afziet van cassatie. Volgens
hem geeft de uitspraak, gelet op de analyse van het hof, geen blijk
van een onjuiste rechtsopvatting. Hij wijst daarbij op een drietal
arresten van het Hof van Justitie, waaronder dat van 14 juni 2007, nr.
C-434/2005 (Horizon College). Verder merkt de staatssecretaris op dat
er voorlopig geen aanleiding is om het beleidsbesluit van 23 december
2002, nr. CPP2002/3260M te wijzigen. De door het hof Arnhem en het Hof
van Justitie gevolgde methodiek moet namelijk uitdrukkelijk worden
geplaatst in de context van het bepaalde in art. 13, A, lid 2, sub b,
eerste streepje van de Zesde richtlijn (thans: art. 134, onder a
btw-richtlijn 2006/112 EG).
Toelichting staatssecretaris van 20 november 2009 nr. DGB 2009-5338
n.a.v. uitspraak Hof Arnhem van 13 oktober 2009, 01-01-2005 t/m
31-12-2005, 6e Rl 13 A en Btw-Rl 2006/112/EG 134
IB: eigenwoningregeling
In dit besluit wordt het besluit van 2 november 2009, nr. CPP2009/998M
aangepast. De verschrijving (voorafgaande jaren) in de goedkeuring in
onderdeel 3.6. is verbeterd in daaropvolgende jaren.
In de Beeldkrant van 10 november 2009 is een besluit opgenomen over de
toepassing van de eigenwoningregeling. In onderdeel 3.6. van dat
besluit, 'Nieuwe woning te koop gezet' is een goedkeuring opgenomen.
In de slotzin staat echter een verschrijving. Deze is in dit besluit
verbeterd. De tekst luidt nu:
'De goedkeuring geldt voor het kalenderjaar waarin de nieuwe woning is
gekocht en de twee daaropvolgende jaren.'
Dit besluit treedt in werking met ingang van de dag na de datum van
uitgifte van de Staatscourant waarin het is geplaatst
(stcrt-2009-18386).
Besluit van 24 november 2009, nr. CPP2009/2342M, , Wet IB 2001 3.111
t/m 3.115
Meer informatie
* Toelichting staatssecretaris 20 november 2009 nr. DGB09-5338
02-11-2009 | PDF bestand, 7 Kb
* Inkomstenbelasting. Eigenwoningregeling
Besluit / beleidsregel | 24-11-2009 | Belastingen op inkomen,
winst en vermogen
* Besluit van 23 december 2002, nr. CPP2002/3260M
Besluit / beleidsregel | 23-12-2002 | PDF bestand, 9 Kb
* Arrest Hof van Justitie 14 juni 2007, nr. C-434/2005 (Horizon
college)
Ministerie van Financiën