Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Antwoorden op kamervragen over geweld in de Amsterdamse wijk de Bijlmer

8 december 2009

Antwoorden van de minister, mede namens de minister van Justitie, op kamervragen van het lid Çörüz over geweld in de Amsterdamse wijk de Bijlmer. Ingezonden op 7 oktober onder kenmerk 2009Z18264.

2009Z18264 Beantwoording Kamervragen van het lid Çörüz (CDA) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en van Justitie over de Amsterdamse wijk de Bijlmer. (Ingezonden 7 oktober 2009) Vraag 1 Heeft u kennisgenomen van het programma NOVA1, waarin werd bericht over de Amsterdamse wijk de Bijlmer, waar het een wildwest schijnt te zijn van een niet te stoppen geweld (in één jaar 22 schietincidenten waarvan drie met dodelijke afloop) en waar een vuurwapen als beste oplossing zou worden gezien ter verdediging? Ja. Vraag 2 Hoe kijkt u tegen de gemelde problematiek aan? Vraag 3 Wat heeft u ondernomen of gaat u ondernemen om het geweld te stoppen? Vraag 4 Wat is er aan extra bevoegdheden al ingezet om het geweld en wapenbezit tegen te gaan? Zijn er noodverordeningen/noodmaatregelen uitgevaardigd? Antwoord vraag 2,3 en 4 Wij nemen de problematiek zeer serieus. De incidenten zijn volstrekt onacceptabel. Wij ondersteunen gemeente, politie en justitie door het juridische en bestuurlijke instrumentarium te bieden, waarmee de problemen stevig kunnen worden aangepakt. Dat gebeurt onder meer met het programma geweld in het (semi-)publieke domein, dat zowel preventieve als repressieve maatregelen omvat. Daarin worden maatregelen getroffen tegen geweldpleging onder invloed van alcohol en wapenbezit. De invoering (voorzien per 2010) van een landelijke politieregistratie van alcoholgebruik bij geweld biedt de basis om bij het bepalen van de strafmaat een op het alcoholgebruik gerichte interventie op te leggen. Personen die onder invloed van alcohol geweld plegen kunnen bovendien een hogere strafeis tegemoet zien. Om het wapenbezit tegen te gaan zal per 1 juli 2010 een wettelijk verbod2 op alle stiletto's, vlinder- en valmessen in werking treden. Daarnaast wordt de lokale samenwerking bij de preventieve aanpak van wapens gestimuleerd. Met daarvoor ontwikkelde checklijsten kunnen lokale partijen gerichte afspraken maken. Verder wordt gewerkt aan een persoonsgerichte aanpak van geweldplegers met als doel herhalingscriminaliteit terug te dringen. Kernelementen van deze aanpak zijn de verhoging van de pakkans, effectieve straffen en betere informatievoorziening over geweldplegers. Uiteraard is de aanpak van de veiligheidssituatie in Amsterdam Zuidoost primair de verantwoordelijkheid van de lokale driehoek van burgemeester, hoofdofficier van justitie en korpschef. Over de situatie in Amsterdam Zuidoost en de aanpak van de problematiek, is in de Amsterdamse gemeenteraad een debat gevoerd. De lokale driehoek heeft diverse maatregelen ingezet om de problemen aan te pakken. Deels gaat het om een intensivering van al
1 NOVA, 3 oktober 2009
2 TK 2007-2008, 28 684, nr. 132 beschikbare bevoegdheden, deels om nieuwe maatregelen. Het politietoezicht op straat is geïntensiveerd. Tevens is de recherche-inzet geïntensiveerd en zijn er inmiddels 30 aanhoudingen verricht. Op korte termijn worden vier buurtveiligheidsteams opgericht in Zuidoost; in deze teams houden politie en BOA's samen toezicht op straat. De afgelopen periode is er veelvuldig gefouilleerd in Zuidoost, waarbij diverse wapens in beslag zijn genomen en aanhoudingen zijn verricht. Gekeken wordt naar mogelijkheden om gerichter preventief fouilleren in te zetten. Sinds 1 oktober jongstleden zijn enkele gebieden binnen Zuidoost aangewezen als zogenaamd dealeroverlastgebied. Dealers kunnen voor de duur van
3 maanden een gebiedsverbod opgelegd krijgen, bij recidive 6 maanden. Inmiddels is een aantal gebiedsverboden opgelegd. Daarnaast is het veiligheidsrisicogebied Zuidoost per 15 oktober 2009 uitgebreid met een gebied waar geweldsincidenten plaatshadden. Het OM ziet strak toe op de uniformiteit van de strafeis bij wapenbezit en past bovendien zoveel mogelijk snelrecht toe. Ook wordt in Zuidoost de 'patseraanpak' toegepast, waarbij 'ogenschijnlijk onverklaarbaar vermogen' wordt aangepakt. De aanpak van het illegale gebruik van woningen wordt geïntensiveerd. Verder wordt een brede persoonsgerichte aanpak gestart waarbij potentiële daders in beeld worden gebracht en met alle mogelijke betrokken instanties (zoals de Dienst Werk en Inkomen, woningbouwcorporaties en belastingdienst) wordt gekeken welke interventies kunnen worden gepleegd. De korpsbeheerder heeft ons in een ambtsbericht laten weten het inzetten van een noodbevoegdheid niet noodzakelijk te vinden, gelet op de reeds in gang gezette acties. Dit komt naar zijn mening overeen met de uitkomst van het debat in de gemeenteraad over de problematiek in Amsterdam Zuidoost. Uiteraard worden de voortgang en resultaten van de maatregelen door de lokale driehoek goed in de gaten gehouden. Indien daartoe aanleiding is, zal de driehoek de mogelijkheid van het inzetten van noodmaatregelen opnieuw afwegen. Vraag 5 Waarom registreert de politie alleen op "voltooide levensdelicten" en niet op (uitsluitend) schietincidenten? Zou registratie op schietincidenten wellicht aan te bevelen zijn om inzicht te krijgen in het aantal en de omstandigheden van schietincidenten? De basisregistratie bij de politie is primair bedoeld ter ondersteuning van de handhaving en de opsporing. De rubricering 'schietincident' is hierbij onvoldoende eenduidig om voor de ondersteuning van deze taken bruikbaar te zijn. Het Vuurwapen Data Systeem (VDS) maakt het echter voor de politiekorpsen wel mogelijk om naast vuurwapens ook schietincidenten te registreren en eventueel te analyseren. Voor het beoordelen en registreren van schietincidenten en de daarbij betrokken wapens is deskundigheid vereist. Om wapenexpertise binnen de politiekorpsen te borgen, is in 1999 door de Raad van Hoofdcommissarissen besloten bij elk politiekorps een Regionaal Bureau Wapens en Munitie (RBWM) in te richten. Dit is in 2008 nogmaals bevestigd. De mate van vulling van het VDS en de beschikbare deskundigheid verschilt echter nog per korps. Momenteel wordt er door de Voorziening tot samenwerking Politie Nederland gewerkt aan het integreren van het VDS in de Basisvoorziening Handhaving (BVH) en per 1 januari 2010 wordt er bij het OM en de politie een nieuw werkproces ingevoerd met betrekking tot de registratie en routing van vuurwapens. De juiste beoordeling, beschrijving en registratie van vuurwapens is in het nieuwe proces geborgd doordat vuurwapenexperts vanuit een RBWM een centrale rol zullen vervullen in het verzamelen en registreren van informatie rondom vuurwapens. Door deze twee ontwikkelingen wordt het complexe proces van het verzamelen en registreren van informatie rondom vuurwapens vergemakkelijkt en beter geborgd. Dit zal naar verwachting tevens leiden tot een betere registratie van het aantal en de omstandigheden van schietincidenten. Vraag 6 Hoeveel wijkagenten krijgt de Bijlmer van de 500 extra wijkagenten, die dit kabinet heeft toegezegd? Met het korps Amsterdam-Amstelland is afgesproken dat eind 2010 518 wijkagenten actief zijn in het korps, dat is een stijging met 65 wijkagenten ten opzichte van eind 2007. De verdeling van de extra wijkagenten binnen het korps is de verantwoordelijkheid van het Regionaal College en de lokale driehoek. Zoals aangegeven, heeft de lokale driehoek naar aanleiding van de gebeurtenissen besloten extra politie in te zetten in stadsdeel Zuidoost. Vraag 7 In hoeverre spelen rapteksten een agressie bevorderende rol in het geweld in de Bijlmer? Kunnen de teksten worden gezien als een vorm van "aanzetten tot haat, discriminatie en geweld"? Rapteksten zijn niet per definitie agressiebevorderend. Echter, wanneer in beeld dan wel woord wapenbezit als 'normaal' of zelfs 'stoer' wordt gezien, kan dat onwenselijke effecten hebben. Het is bekend dat artiesten een rolmodel kunnen zijn, juist ook voor jongeren. Daarom moet het heel duidelijk zijn dat het abnormaal is om een wapen te dragen, laat staan een ruzie te beslechten met een wapen. Of een tekst in strafrechtelijke zin aanzet tot haat, discriminatie of geweld, kan alleen van geval tot geval worden beoordeeld aan de hand van de exacte feiten en omstandigheden van de casus. Daarover is in zijn algemeenheid geen uitspraak te doen. Bij de incidenten in de Bijlmer is niet gebleken van het strafbaar aanzetten tot haat, discriminatie of geweld in rapteksten. Vraag 8 Wat wordt er uitgegeven aan jongerenwerk in de Bijlmer? Bestaat er zicht op de effectiviteit? Binnen het stadsdeel Zuidoost lopen verschillende preventieve projecten, die geheel of deels gericht zijn op de jeugd, waaronder drugspreventie, opvoedingsondersteuning, sociaal wijkbeheer en onderwijs en scholing. Daarbij wordt door gemeente, stadsdeel en diverse welzijnsinstellingen en andere organisaties samengewerkt. Een globale schatting van de met deze projecten in het stadsdeel Zuidoost gemoeide kosten is ruim ¤ 9 miljoen per jaar. Over de resultaten van deze projecten legt het lokale bestuur verantwoording af aan de gemeenteraad, respectievelijk stadsdeelraad. De projecten worden periodiek geëvalueerd en indien nodig bijgesteld. De afgelopen jaren is de veiligheidssituatie in Zuidoost verbeterd, zo blijkt uit de jaarlijkse veiligheidsindex. De indexcijfers geven aan hoe veilig de buurt is ten opzichte van de eerste meting in 2003. Voor de verschillende buurten in het stadsdeel Zuidoost zijn de indexcijfers vanaf 2003 flink verbeterd. Dat neemt niet weg dat er nog gebieden zijn met stevige problemen. In deze gebieden past een stevige aanpak, zoals hierboven aangegeven. De invloed van afzonderlijke projecten op het verbeteren van de veiligheid is evenwel lastig te meten. Vraag 9 Is er in de Bijlmer een dadergerichte aanpak? Ja, in het Regionaal Veiligheidsplan Amsterdam-Amstelland 2007-2010/11 staat een gebiedsgerichte én een dadergerichte aanpak in de regio centraal. Binnen deze aanpak worden specifiek op individuele daders toegesneden maatregelen toegepast (persoonsgerichte aanpak). Mede naar aanleiding van de schietincidenten is gestart met een brede persoonsgerichte aanpak. Hiervoor is op basis van de hotspots qua criminaliteit en overlast een top 50-groep in kaart gebracht door de politie. Met alle betrokken instanties wordt afgesproken welke interventies moeten worden gepleegd. Dit kunnen zowel strafrechtelijke interventies zijn als interventies op het terrein van wonen, werken en onderwijs. Deze aanpak wordt geregisseerd vanuit de ketenunit, het Amsterdamse Veiligheidshuis. Vraag 10 Wat valt er te zeggen over de nazorg na een detentieperiode? Bestaat er inzicht in de resultaten? In juli 2009 hebben de VNG en de minister van Justitie het Samenwerkingsmodel Nazorg volwassen (ex)-gedetineerde burgers ondertekend. De inzet hiervan is dat er eind 2010 (regionale) afspraken zijn tussen gemeenten, penitentiaire inrichtingen en maatschappelijke partners over de samenwerking op het gebied van nazorg. Deze afspraken hebben betrekking op vijf leefgebieden (identiteitsbewijs, huisvesting, werk/inkomen, schulden, zorg). Tevens is de minister van Justitie met de VNG overeengekomen dat er in 2010 en 2011 additioneel ¤6 miljoen per jaar beschikbaar komt voor de versterking van gemeentelijke taken op het gebied van nazorg. In de gemeente Amsterdam wordt nazorg actief opgepakt. De uitwisseling van informatie tussen de Penitentiaire Inrichtingen (PI's) en de gemeente verloopt via het Digitaal Platform Nazorg. Het streven is om informatie tijdig in het digitale platform te verwerken zodat snel na ontslag uit detentie tot verdere acties kan worden overgegaan. Amsterdamse gedetineerden zullen (zoveel mogelijk) regionaal worden geplaatst, dit bevordert de re-integratie. Om de resultaten van deze aanpak van nazorg inzichtelijk te maken wordt door het WODC een recidivemonitor ontwikkeld die een beeld van de situatie op de vijf leefgebieden voor, tijdens en na detentie zal opleveren. Naar verwachting zullen in het voorjaar van 2011 de eerste resultaten beschikbaar zijn. Vraag 11 Is/wordt er gebruik gemaakt van mobiele politieposten? Ja.