Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie

onderwerp Zorgverzekeringswet, AO op 15 december 2009

Geachte dames en heren

Op 15 december 2009 heeft uw commissie een Algemeen Overleg met de minister van VWS over de Zorgverzekeringswet (Zvw).
Naast de al geagendeerde onderwerpen ­ zoals risicoverevening ­ kan de evaluatie van de Zvw een onderwerp van beraad kan zijn. Drie aandachtspunten willen wij aan u voorleggen.

De evaluatie zelf: een onvolledig verhaal
Het kabinet heeft in samenhang met een eigen standpunt twee rapporten aan de Kamer gezonden: (1) Evaluatie Zorgverzekeringswet en Wet op de zorgtoeslag., (2) Evaluatie Wet Marktordening Gezondheidszorg.
De evaluatie van de Zvw bevat twee conclusies: enerzijds een overwegend positief beeld, anderzijds enkele ernstige knelpunten en problemen.

Wat is positief?
De NPCF onderschrijft dat een positief beeld stellig vermeld mag worden. Dit heeft dan vooral te maken met de ­ wat ons betreft ­ onbetwiste pijlers van ons stelsel: een breed basispakket,
premiesolidariteit (ongeacht gezondheid of leeftijd, betaalt iedereen mee), keuzevrijheid voor verzekerden (kiezen van verzekeraar, kiezen binnen het zorgaanbod), acceptatieplicht en zorgplicht voor de zorgverzekeraar.

Recente Europese overzichten van nationale zorgstelsels ­ zoals de Euro Health Consumer Index ­ laten zien dan het Nederlandse stelsel hoog scoort vanuit patiëntenperspectief. De combinatie van een breed basispakket met een hoog voorzieningenniveau is een sterk punt. In de evaluatie is met dit soort inzichten nog weinig gedaan.

Welke knelpunten?
De evaluatie noemt allerlei knelpunten. Maar het onderscheid tussen reële problemen en theoretische risico's is lang niet overal helder. Bijvoorbeeld over zorgplicht, risicoselectie bij aanvullende verzekeringen (onderzoek toont dat chronisch zieken ook kunnen overstappen). Een meer fundamentele tekortkoming van de evaluatie is dat nog te weinig inzicht bestaat in de betekenis van de zorghervormingen voor de verzekerden en de patiënten. Gezamenlijke patiëntenorganisaties zouden graag zelf meer het voortouw willen nemen bij een dergelijke evaluatie, maar het ontbreekt daartoe aan de middelen.




kenmerk: 2009-870/DSB/01.01.01/JC/aje datum: 8 12 09 blad: 2 van 2

Problemen van de Zvw
De evaluatie van de Zvw trekt op dit moment aandacht vanwege een discussie over de hoogte van de nominale premie. De onderzoekers doen de aanbeveling om die premie te verlagen, mede om het brede gebruik van de zorgtoeslag omlaag te brengen. Het kabinet stelt er tegenover dat een hoge nominale premie gekozen is om de burgers meer kostenbewust te maken. Zij moeten zich realiseren "dat zorg niet gratis is". Een overtuigend argument is dat niet. Ter vergelijking: bij de AWBZ ziet de burger op het loonstrookje de maandelijkse premie (veel hoger dan de nominale premie Zvw) maar dit heeft geen effect op keuzes die burgers maken.

Wellicht wil de Tweede Kamer een debat over de premiestructuur voeren. Onze suggestie: maak dat debat niet te smal tot een discussie over de zorgverzekeringswet; betrek bij het debat de samenhang van Zvw en AWBZ, ook in het licht van veranderingen die op het raakvlak van de twee ziektekostenverzekeringen ontstaan in komende jaren; verbreed het beraad naar opbrengsten voor patiënten die met premiemiddelen worden gerealiseerd (niet elke euro is welbesteed).

Kansen in de Zvw
De evaluatie maakt duidelijk dat een vraaggerichte zorginkoop al duidelijk gestalte krijgt, teerwijl er tegelijk nog veel moet gebeuren.
De onderzoekers kiezen voor versterking van `selectieve contractering'; en zijn verbaasd dat de verzekeraars niet doorpakken. De NPCF is geen voorstander van deze aanbeveling; het werkt zo niet in de praktijk.
We deden een recente peiling onder meer dan 2000 mensen ­ waarbinnen veel mensen met een chronische ziekte. De bevindingen wijzen in een andere richting: mensen willen de ruimte hebben om uit verschillende zorgaanbieders te kiezen; de zorgverzekeraar moet daartoe goede informatie geven over kwaliteit van zorg; de verzekeraar kan prikkels geven aan aanbieders die innovatief zijn en die zorg bieden op basis van kwaliteitscriteria die patiënten aanreiken.

Versterking van de inbreng van patiëntenorganisaties bij zorginkoop is daartoe een vereiste. Dit is een aandachtspunt in de evaluatie dat op de voorgrond moet komen. Hiermee hebben we enkele aandachtspunten benoemd. Er valt veel meer te zeggen; daartoe willen we graag met u tot samenspraak komen.

Met vriendelijke groet,
Nederlandse Patiënten Consumenten Federatie

Mw. A.L. Schipaanboord,
Directeur Beleid & Innovatie

cc. Ministerie van VWS, minister, de heer A. Klink De heer Drs. ing. A.H.J. Moerkamp, directeur Curatieve Zorg 2