Maastricht University
Publicatie met editorial in Journal of Proteome Research
Maastrichtse onderzoekers ontrafelen jojo-effect op celniveau

Mensen met overgewicht die in korte tijd veel gewicht kwijtraken zijn daarna vaak snel weer terug op hun oude gewicht. Onderzoekers van de universiteiten van Maastricht en Hasselt hebben dit rebound effect onderzocht met behulp van proteomics methoden. De resultaten van hun onderzoek verschijnen binnenkort in het Journal of Proteomic Research. Uit deze studie blijkt dat vetcellen zich sterk conditioneren om opnieuw vet te gaan stapelen. Met deze studie is voor het eerst op moleculair celniveau inzicht verkregen in het onderliggende mechanisme. Het tijdschrift wijdde aan deze publicatie ook een editorial ('very low calorie diet makes adipocytes scream') die het belang van de onderzoeksresultaten en de kwaliteit van de onderzoeksopzet onderstreept.

Uit vorige studies was al bekend dat vetcellen hun vet niet graag afstaan. Prof. dr. Edwin Mariman, hoogleraar Functionele Genetica aan de Universiteit Maastricht en laatste auteur van de publicatie: "Vetcellen zijn ervoor gebouwd om vet op te slaan en doen dus hun uiterste best om die taak zo goed mogelijk te vervullen. We denken dat de vetcellen na sterk afvallen stress ondervinden, die ze zo snel mogelijk willen kwijtraken door weer vet te gaan stapelen. Daardoor is hun vetzuur- en glucoseopname verhoogd. Wel zien we verschil van persoon tot persoon. Van sommige personen lijken de vetcellen geneigd om meer vet te verbranden dan van andere personen."

Het onderzoek is uitgevoerd bij acht proefpersonen met overgewicht, die gedurende vijf weken een calorie-arm dieet volgden waardoor zij gemiddeld bijna tien kilo afvielen. Drie weken daarna werd een biopt genomen van hun vetweefsel. Met behulp van proteomics methoden werden zoveel mogelijk eiwitconcentraties in de vetcellen gemeten, als maat voor de genactiviteit in deze cellen. Met deze analyse werden significante verschillen gemeten in de concentratie van zes eiwitten, die onder meer wijzen op cellulaire stress.