Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

7 december 2009

Antwoorden op kamervragen over illegale drankketen op Urk

Antwoorden van de minister ad interim, mede namens de minister van VWS en de minister voor Jeugd en Gezin, op kamervragen van het lid Bouwmeester (PvdA) over illegale drankketen op Urk. Ingezonden op 22 oktober 2009 onder kenmerk 2009Z19441,

2009Z19441
Vragen van het lid Bouwmeester (PvdA) aan de ministers van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over illegale drankketen
op Urk. (Ingezonden 22 oktober 2009)
Vraag 1
Bent u bekend met het artikel "Groeiend aantal jeugdhonken op industrieterrein"? 1)
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Hoe beoordeelt u de uitspraak van de burgemeester van Urk dat hij een bestuurlijke
boete uitdeelt aan eigenaren van jeugdhonken waar zich illegale praktijken afspelen,
zoals alcoholverstrekking aan jeugdigen, omdat dit makkelijker is dan sluiting?
Antwoord 2
De burgemeester kan op basis van de Drank- en Horecawet geen bestuurlijke boetes
opleggen. De Voedsel en Waren Autoriteit (VWA) is hier als toezichthouder op de
Drank- en Horecawet wel toe bevoegd.
Uit het ambtsbericht van de gemeente Urk blijkt ook dat er geen sprake is van het
opleggen van een bestuurlijke boete aan eigenaren van jeugdhonken waar zich
illegale praktijken afspelen. Recent is door de gemeente Urk wel een dwangsom
opgelegd aan de eigenaar van een bedrijfskantine die buiten de openingstijden is
gebruikt om een bruiloft te organiseren. Het ging hierbij om illegale commerciële
activiteiten.
De gemeente Urk is voornemens om het middel van preventieve dwangsom toe te
passen op jeugdhonken in Urk waar illegale commerciële activiteiten worden
ontplooid. Indien blijkt dat dit middel niet leidt tot beëindiging van de illegale
praktijken, zal bestuursdwang worden toegepast. Uiteindelijk leidt dit tot sluiting van
de jeugdhonken waar zich blijvend illegale praktijken afspelen.
Vraag 3
Bent u het eens met de uitspraak van de burgemeester dat hij voor de makkelijkste
weg kiest en niet de meest effectieve? Zo ja, waarom? Zo nee, wat gaat u hieraan
doen?
Antwoord 3
Uit het ambtsbericht van de gemeente Urk blijkt dat, indien het opleggen van een
dwangsom aan de jeugdhonken waar zich illegale praktijken afspelen niet leidt tot het
gewenste effect, bestuursdwang zal worden toegepast. In het geval van een blijvende
overtreding zal dit leiden tot sluiting van de illegale jeugdhonken. Op deze manier
wordt er een einde gemaakt aan illegale praktijken in de jeugdhonken. Dit is mijn
inziens de meest effectieve weg. Bovendien stelt de gemeente Urk op basis van
bestaande wet- en regelgeving nadere criteria aan jeugdhonken. Op de naleving van
deze criteria wordt eens per week gecontroleerd.
Vraag 4
Mag de burgemeester een plek waar zich illegale praktijken afspelen openhouden en
slechts een bestuurlijke boete geven? Zo ja, waarom? Zo nee, waarom doet de
burgemeester dit?
Antwoord 4
Zoals aangegeven in het antwoord op vraag 2 is het opleggen van een bestuurlijke
boete op basis van de Drank- en Horecawet niet aan de orde.
Vraag 5
Heeft de burgemeester voldoende instrumenten om bij illegale praktijken zoals illegale
verkoop van alcohol een jeugdhonk te sluiten? Zo ja, waarom gebruikt hij deze niet?
Zo nee, hoe kan het de burgemeester makkelijker worden gemaakt om bij illegale
praktijken strikt te handhaven?
Antwoord 5
Op grond van de wet- en regelgeving hebben burgemeester en/of het college van
burgemeester en wethouders voldoende instrumenten om een jeugdhonk te kunnen
sluiten of personen de toegang tot een ruimte te ontzeggen als er sprake zou zijn van
illegale praktijken.
Artikel 36 van de Drank- en Horecawet biedt het college van burgemeester en
wethouders de bevoegdheid om personen de toegang tot een ruimte te ontzeggen
indien in strijd met deze wet alcoholhoudende drank wordt verstrekt in deze ruimte.
De overtreding moet zijn geconstateerd door de bevoegde toezichthouder. In de
huidige Drank- en Horecawet is dit de VWA. Overigens kan de toegang tot de ruimte
niet worden ontzegd aan eventuele bewoners van die ruimte.
Het college van burgemeester en wethouders kan op basis van andere regelgeving
dan de Drank- en Horecawet overgaan tot sluiting van een keet. Zo kan het college,
indien er strijd is met bouwregelgeving, onder aanzegging van bestuursdwang een
keet sluiten. De burgemeester kan eveneens een keet sluiten als de openbare orde
ernstig wordt verstoord.
Gemeenten dienen bij de handhaving rekening te houden met de algemene
beginselen van behoorlijk bestuur. Dit betekent dat de handhavingmaatregelen qua
zwaarte en effectiviteit dienen te passen bij de ernst van de overtreding.
In het antwoord op vraag 2 is aangegeven welke instrumenten de burgemeester van
Urk specifiek inzet om een einde te maken aan illegale praktijken in jeugdhonken.
Vraag 6
Heeft de Voedsel en Waren Autoriteit (VWA), nadat de burgemeester vorig jaar heeft
aangegeven dat er geen illegale bars op Urk zijn terwijl raadsleden en
jongerenwerkers dit tegenspreken, op basis van deze onduidelijkheid het afgelopen
jaar controles naar illegale drankketen/ bars op Urk uitgevoerd? Zo ja, wat zijn de
resultaten? Zo nee, waarom niet en bent u van plan de VWA alsnog een onderzoek te
laten instellen?
Antwoord 6
Het afgelopen jaar heeft de VWA geen controles uitgevoerd op Urk. Eind 2006 heeft
de VWA de situatie op Urk nog geïnventariseerd, waarbij is onderzocht of er sprake
was van illegale horeca. In het kader van deze inventarisatie zijn toen geen
ongeregeldheden geconstateerd.
Er wordt op dit moment door het onderzoeks- en adviesbureau Intraval een
inventarisatie uitgevoerd naar de hokken en keten bij gemeenten. Het overzicht van
de hokken en keten zal worden verstrekt aan de VWA, ten behoeve van de
handhaving. De verwachting is dat deze inventarisatie begin 2010 zal zijn afgerond.
Vraag 7
Hebben gemeenten voldoende mogelijkheden om jongeren onder de 16 jaar die veel
drinken een alternatief te bieden? Zo ja, gebeurt dit ook? Zo nee, waarom niet?
Antwoord 7
Gemeenten hebben het beste zicht op de lokale alcoholproblematiek en hebben
daarom de regie bij het kiezen van een passende aanpak en het bieden van
alternatieven voor schadelijk alcoholgebruik onder jongeren. Zij doen dit op diverse
manieren. De gemeente Urk kent bijvoorbeeld een alcoholmatigingsbeleid. Tussen de
gemeente, de politie en de plaatselijke horecaondernemers is een convenant
afgesloten met daarin maatregelen gericht op een verantwoorde verstrekking van
alcoholhoudende dranken en het stimuleren, speciaal bij jongeren, van het gebruik
van niet-alcoholhoudende dranken.
De minister voor Jeugd en Gezin heeft in de notitie "Onze jeugd van tegenwoordig,
leefwereld en leefstijl van jongeren" van 15 juni 2009 aangegeven dat het creëren
van voldoende uitgaansgelegenheden voor de jeugd onder de nadrukkelijke aandacht
van gemeenten zou worden gebracht. Inmiddels is hier op diverse manieren richting
de VNG en gemeenten aandacht aan besteed.
Vraag 8
Herinnert u zich de beantwoording van de Kamervragen van het lid Bouwmeester 2)
waarin u aangeeft dat er geen enkele reden is om illegale horeca in keten/ bars of
waar ook toe te staan of te gedogen?
Antwoord 8
Ja.