Rechtbank Breda


Kantonrechter weigert ontslag op staande voet stadionbeheerder NAC

Breda, 22 december 2009 - NAC moet Ton van Eenennaam binnen 10 werkdagen weer aan het werk laten gaan in de functie van stadionbeheerder, op straffe van een dwangsom van EUR250 per dag. Dat is de uitspraak van de kantonrechter in Breda in een kort geding dat Van Eenennaam tegen de voetbalclub had aangespannen, nadat hij op 5 oktober 2009 op staande voet was ontslagen. Naar het voorlopige oordeel van de kantonrechter was er geen reden voor dit ontslag.

De kantonrechter heeft onvoldoende bewijs gevonden voor de ontslaggronden die NAC heeft aangevoerd: fraude met de administratie van taakstraffen, het achterhouden van opbrengsten van metaalafval, aangeschaft gereedschap en verf, het zonder toestemming weggeven van NAC-kleding en het ter beschikking stellen van sponsorkaarten aan het bedrijf Pontmeijer.

Van een aantal feiten was NAC al langere tijd op de hoogte zonder daarmee iets te hebben gedaan. In dat verband vindt de kantonrechter het aan NAC te verwijten dat het Van Eenennaam al vanaf medio mei maandenlang liet observeren, zonder op enigerlei wijze over de verdenkingen met hem in gesprek te gaan. Weliswaar riep het handelen van Van Eenennaam op sommige punten vragen op en verdiende het niet altijd een schoonheidsprijs, maar het was beter geweest daarover eerst indringend met elkaar te spreken en niet direct de zwaarst denkbare sanctie te treffen. Voor ontslag op staande voet was onvoldoende basis.

De kantonrechter neemt bij zijn beoordeling in aanmerking dat Van Eenennaam al vele jaren aan NAC verbonden was, waarbij op één incident na nooit is gebleken van enig probleem met zijn functioneren. Van Eenennaam verrichtte zijn werkzaamheden in een cultuur waarbij creatieve oplossingen werden gezocht voor het terugkerend probleem van geldgebrek bij NAC en waarbij vriendendiensten vaak voorkwamen. Ook binnen de club werd wel een beroep op hem gedaan, waaruit instemming met de manier van werken zou kunnen blijken.

Voor wat betreft de fraude met de urenregistratie van taakgestraften heeft de kantonrechter niet kunnen vaststellen dat Van Eenennaam bewust een verkeerde opgave van uren heeft gedaan. Bovendien lag de verantwoordelijkheid voor een juiste uitvoering en registratie van taakstraffen volgens de kantonrechter als eerste bij de Reclassering. Zij was al eind juli bekend met de foutieve urenregistratie, maar ondernam lange tijd niets.

NAC moet aan Van Eenennaam ook alsnog het loon uitbetalen vanaf de ontslagdatum en zijn proceskosten vergoeden. Het verzoek om een rectificatie is afgewezen, omdat niet is gebleken dat NAC de media actief heeft benaderd over deze kwestie.