Q-koorts, plaagdieren en de noodzaak van duurzame stallen

22/12/2009 08:38

Kennis- en Adviescentrum Dierplagen

De bacterie Coxiella burnetii, de veroorzaker van Q-koorts, kan bij vrijwel alle diersoorten voorkomen. De twee grootste kringlopen waarbinnen de bacterie circuleert, zijn wilde knaagdieren (zoals ratten en muizen) en anderzijds 'landbouwhuisdieren', zoals rund, schaap en geit. (Bron: Rijks Instituut voor Volksgezondheid en Milieu, RIVM). In geitenstallen zijn vaak ratten en muizen aanwezig, die na de ruiming voor overlast en eventuele verspreiding van Q-koorts verantwoordelijk kunnen zijn. Hieraan wordt in het ruimingsprotocol, dat door het Ministerie van LNV werd opgesteld, geen aandacht besteed. Het Kenniscentrum Dierplagen (KAD) pleit voor rat- en muisvrije stallen op basis van preventie of tijdige bestrijding wanneer het voor preventie te laat is.

Als het kalf verdronken is, dempt men de put. De overheid loopt opnieuw achter de feiten aan. Bij de MKZ-ruiming werd destijds veel aandacht besteed aan het plaatsen van rattenlokdozen rondom stallen. Zo kon worden verhinderd dat knaagdieren het virus verder verspreiden. Waarom wordt de bestrijding van plaagdieren pas aangepakt op het moment dat uitbraak van een dierziekte al een feit is? Waarom is de aanwezigheid van een plaagdierbeheersplan op agrarische bedrijven nog steeds niet verplicht?

In het voorjaar van 2009 heeft minister Verburg plannen ontvouwd voor de bouw van duurzame stallen. Het mag duidelijk zijn dat stallen, waar ratten en muizen vrij kunnen rondlopen, onmogelijk duurzaam kunnen zijn. Preventie van knaagdieren beperkt niet alleen de verspreiding van ziektekiemen (waaronder ook MRSA) maar minimaliseert ook de noodzaak van bestrijdingsmiddelen, schade aan isolatiematerialen en voorkomt onnodig dierenleed. Ratten en muizen zijn niet zelden oorzaak van brand in stallen. Ook dan is het leed niet te overzien.

Nico Vonk, directeur van het KAD te Wageningen (KAD) stelt: "Het wordt tijd dat de overheid ernst gaat maken met het verplicht stellen van een goed functionerend plaagdierbeheersplan bij agrarische bedrijven. Zo kunnen overheid en agrariërs calamiteiten vóór zijn." Het KAD, hèt landelijk kenniscentrum op gebied van duurzaam plaagdierbeheer, berichtte in haar vakblad Dierplagen Informatie (herfst 2008) al over Q-koorts en over de urgentie van te nemen maatregelen voor dierplaagbeheersers. Ook de WHO roept in een lijvig rapport van juli 2008 de Europese overheden op om preventie meer dan serieus te nemen. Het KAD verzorgt opleidingen 'Dierplaagbeheersing en gezondheidsrisico's' en 'Preventie en bestrijding van plaagdieren bij agrarische bedrijven'.

Vonk: "In april 2009 heeft het KAD per brief aan minister Verburg de vraag gesteld, hoe het toch mogelijk is dat over 'duurzame stallen' beleid wordt gesproken terwijl er geheel niet wordt gerept over plaagdieren, terwijl plaagdieren een reëel en zelfs steeds nijpender probleem vormen. Anno december 2009 hebben we nog geen antwoord van de minister mogen ontvangen."