Klimaattop mislukt, gemeenten voeren landelijk CO2-beleid niet uit

31/12/2009 13:58

Stichting Overheid en Kwaliteit

Gemeenten voeren het landelijk vastgestelde energiebeleid niet of slecht uit. De instrumenten die de Wet milieubeheer hiervoor biedt, worden onvoldoende toegepast. De komst van algemene regels die voor grote delen van de bedrijven geldt, heeft hier geen verbetering in aangebracht. De indruk bestaat dat de algemene regels juist een negatief effect hebben op het juist toepassen van het energiebeleid en de transparantie en inzichtelijkheid van besluitvorming. Uit het onderzoek van de Stichting Kwaliteit en Overheid blijkt verder dat het slecht gesteld is met de openbaarheid van milieu-informatie die voortvloeit uit de verplichtingen van het verdrag van Aarhus.

Energie, CO2-reductie en burgervertrouwen

Bedrijven met een meer dan gemiddeld energieverbruik zijn via de bepalingen in de Wet milieubeheer verplicht energiebesparende maatregelen te treffen en eventueel een energieonderzoek uit te voeren. Uit de dossiers die de Stichting bij tien gemeenten heeft onderzocht, blijkt dat gemeenten hier nagenoeg niets mee doen. Of dat terecht is (want ook dat kan) is uit de dossiers niet op te maken. De mee-controlerende burger kan dus uit de gemeentelijke dossiergegevens niet zelfstandig opmaken op welke gronden geen energiemaatregelen zijn gevraagd. Dit is niet alleen slecht voor het realiseren van energie (en dus CO2) doelstellingen maar ook slecht voor het vertrouwen van de burger in de overheid. Door onvoldoende gegevens is de transparantie van het overheidshandelen ver te zoeken. Het gebrek aan transparantie maakt het onmogelijk de aanpak van gemeenten te controleren. Dit is belangrijk, omdat hiermee het vertrouwen van de burger in de overheid in het geding komt.

Geen actie bij kleinverbruikers

Bij de bedrijven die behoren tot de groep kleinverbruikers worden geen (economisch rendabele) energiebesparende maatregelen voorgeschreven. Een gemiste kans en ook nog eens in strijd met de wet. Zo kan het gebeuren dat duizenden bedrijven niet verplicht worden hun oude gloeilampen te vervangen door spaar- of ledverlichting en hun verouderde verwarmingsketels te vervangen door nieuwe met een hoog rendement. Het besparingspotentieel dat op deze wijze blijft liggen is aanzienlijk. In de Wet milieubeheer is een algemeen geldende zorgplicht vastgelegd. Voor veel bedrijven is het activiteitenbesluit van toepassing. In deze algemene regels is eveneens een zorgplicht vastgelegd die expliciet ook voor energiegebruik van toepassing is. Dit juridisch instrument wordt niet ingezet en mogelijk zelfs genegeerd. Ook het ministerie gaat in dit geval niet vrijuit. Het publiceert op het internet voorlichtingsmateriaal voor gemeenten. Hierin propageert het Ministerie van VROM het toepassen van stimuleringsmaatregelen voor kleinverbruikers en laat de regulerende instrumenten zelfs geheel buiten beschouwing. Het voorschrijven van best beschikbare technieken ten aanzien van energiemaatregelen -zoals de wet dat vraagt- komt te weinig voor. Ook dit juridisch instrument blijft bij kleinverbruikers (maar ook bij grootverbruikers) onderbenut.

Milieu-informatie

Actieve openbaarheid van milieu-informatie is één van de pijlers van het verdrag van Aarhus. Van de tien gemeenten is er slechts één waar deze informatie (voor een beperkt deel) actief beschikbaar is. Deze gemeente heeft vergunningen op het internet gezet. Geen van de gemeenten publiceert nieuwe vergunningen op haar internetsite. Het fysiek verstrekken van gegevens wordt door een aantal van de onderzochte gemeenten als lastig ervaren. Er was soms geen medewerking en de kosten voor kopieën liepen op tot E 0,55 per kopie. Er was zelfs een gemeente die de kosten van de begeleidend ambtenaar per kwartier in rekening wilde brengen. De Stichting Overheid en Kwaliteit is van mening dat het verdrag van Aarhus vier jaar na inwerkingtreding onvoldoende wordt nageleefd.

Vraagtekens bij de rol van de Minister

De rol van de VROM-inspectie roept in dezen ook vraagtekens op. Zij licht gemeenten door op het goed functioneren, maar het effect daarvan is blijkens het onderzoek nihil. Blijkbaar heeft energiebesparing minder prioriteit dan de minister doet voorkomen. Landelijk blijft een belangrijk deel aan energie- en CO2-besparing onbenut. Met betrekking tot het naleven van het verdrag van Aarhus is het opvallend dat gemeenten niet eerder door de inspectie daarop zijn aangesproken.