Commissariaat voor de Media

31 december 2009

Aanwijzing 2.42-omroepen voor de periode 2010-2015

Het Commissariaat voor de Media heeft besluiten genomen over de aanvragen van kerkgenootschappen en genootschappen op geestelijke grondslag (2.42-omroepen) voor een aanwijzing voor de periode september 2010 tot 31 december 2015.

De bestaande organisaties voor de hoofdstromingen van het Boeddhisme, het Hindoeïsme, het Humanisme, het Jodendom, het Katholicisme en het Protestantisme worden ook voor de nieuwe aanwijzingsperiode aangewezen voor het verzorgen van media-aanbod op religieus of levensbeschouwelijk terrein voor de landelijke publieke mediadienst.

Bij de beoordeling van de aanvragen heeft het Commissariaat goed gelet op goed bestuur en op functiescheiding bij de administratieve organisatie. Bij een aantal instellingen wordt het op orde brengen hiervan als voorwaarde gesteld voor de aanwijzing. Voor 1 juni 2010 dienen zij ten genoegen van het Commissariaat aan te tonen dat de bestuurlijke en administratieve organisatie op orde zijn.

Voor de Islam wordt de Stichting Moslim Omroep Nederland (SMON) aangewezen. De aanvragen van de Stichting Moslimomroep (SMO) en de Stichting Verenigde Moslimomroep (VMO) worden afgewezen. Alle drie de aanvragers kunnen representatief worden geacht voor de hoofdstroming Islam. De VMO heeft de kleinste achterban en valt daarmee af. Ten aanzien van de SMO en de SMON valt niet goed objectief vast te stellen welke van de twee de grootste achterban heeft. Naar het oordeel van het Commissariaat biedt de SMON de meeste garanties dat naast de eerste generatie moslims ook de tweede en derde generatie als doelgroep worden betrokken in het publieke bestel. Verder biedt het bestuursmodel van de SMON voldoende waarborgen om herhaling van de conflicten die de moslimomroepen in het verleden hebben gekenmerkt, te voorkomen. Commissaris Jan van Cuilenburg: "Het omroepbedrijf van de SMON heeft programmatische zelfstandigheid en kan programma's verzorgen die recht doen aan de gehele diversiteit van de Islam." Bij de SMO bestaat daarentegen door het bestuursmodel en de deelnemende genootschappen een redelijke kans dat opnieuw een onwerkbare situatie ontstaat. Ten slotte heeft bij het besluit van het Commissariaat meegespeeld dat de SMON een duidelijke scheiding heeft aangebracht tussen toezicht en dagelijkse leiding en dat de administratie zodanig is ingericht dat een rechtmatige besteding van middelen kan worden gegarandeerd.

De hoeveelheid uren die jaarlijks voor de genootschappen gezamenlijk beschikbaar is, bedraagt 1057 uur voor radio en 351 uur voor televisie. Deze uren worden over de genootschappen verdeeld: 25 procent van het totale aantal beschikbare uren wordt gelijk over de organisaties verdeeld en 75 procent van de uren wordt verdeeld naar rato van de omvang van de achterban. De omvang is onderverdeeld in drie grootteklassen. Het Humanisme gaat van grootteklasse C (aanhang van minder dan 500.000) naar grootteklasse B (aanhang van minder dan 2.000.000 en meer dan 500.000 personen). De andere stromingen blijven in dezelfde grootteklasse waarin ze al zaten.

De Boeddhistische Unie Nederland (BUN), de Organisatie voor Hindoe Media (OHM) en de Joodse Omroep krijgen ieder per jaar 23 uur op televisie en 70 uur op de radio.
De SMON en het Humanisme (HUMAN en De Vrije Gedachte) krijgen elk per jaar 58 uur op televisie en 175 uur op de radio. Het Rooms Katholiek Kerkgenootschap (RKK) en de Stichting Verzorging Kerkelijke Zendtijd (IKON en ZvK) krijgen elk per jaar 83 uur op televisie en 249 uur op de radio.

De aanwijzingsaanvraag van de Enige en Universele Rokerskerk van God wordt afgewezen. Naar het oordeel van het Commissariaat heeft de Rokerskerk met een door haar gemelde aanhang van nog geen 3000 personen een te kleine achterban om de religie als een hoofdstroming in de Nederlandse samenleving te beschouwen.
Ook de aanvraag van de Stichting Afro-Caribische levensbeschouwing en spiritualiteit wordt afgewezen. De Afro-Caribische levensbeschouwing en spiritualiteit kan volgens het Commissariaat niet worden aangemerkt als een zelfstandige geestelijke hoofdstroming in de Nederlandse samenleving.

Besluit Stichting Verzorging Kerkelijke Zendtijd Besluit AfroCaribische Levensbeschouwing
Besluit Boeddhistische Unie
Besluit Hindoe Media
Besluit Humanistisch Verbond
Besluit Joodse Omroep
Besluit Moslimomroep
Besluit Rokerskerk
Besluit Rooms-Katholiek Kerkgenootschap