Ministerie van Buitenlandse Zaken

NAR-ministeriële te Brussel op 3 en 4 december 2009

Verslag NAR-ministeriële te Brussel op 3 en 4 december 2009

Kamerbrief | 6 januari 2010

Graag bied ik u hierbij als bijlage het verslag van de ministeriële bijeenkomst van de Noord-Atlantische Raad (NAR) te Brussel op 3 en 4 december 2009.

Drs. M.J.M. Verhagen

Minister van Buitenlandse Zaken

Agenda

Op 3 en 4 december j.l. vond te Brussel de jaarlijkse formele bijeenkomst plaats van de Noord-Atlantische Raad (NAR) in de samenstelling van ministers van Buitenlandse Zaken. Onderwerpen van overleg waren de NAVO-operatie in Afghanistan, de aanvragen van Montenegro en Bosnië-Herzegovina voor een Membership Action Plan (MAP), het herzieningsproces van het Strategisch Concept en raketverdediging. Ook vonden een NAVO Oekraïne Commissie, een NAVO Georgië Commissie en een NAVO Rusland Raad plaats.

Afghanistan

De ministers van Buitenlandse Zaken van alle ISAF partners (zowel NAVO leden als niet-NAVO leden) bespraken op 4 december de situatie in Afghanistan. De nieuwe aanpak van de commandant van ISAF, de Amerikaanse generaal McChrystal, werd breed omarmd. Speciale aandacht ging uit naar de eerder die week door president Obama aangekondigde 30.000 extra Amerikaanse troepen.

In totaal vijfentwintig landen zegden extra bijdragen toe, hetgeen neerkomt op bijna 7000 extra troepen naast de Amerikaanse bijdrage. De aankondiging van president Obama dat na 18 maanden de eerste Amerikaanse troepen zouden beginnen met terugtrekken, kreeg eveneens veel steun. Ik heb aangegeven dat deze elementen zullen worden meegenomen in de Nederlandse afweging over de Nederlandse inzet in Afghanistan na 2010. Daarbij heb ik de complexiteit van het vraagstuk benadrukt. Tevens heb ik aangegeven dat Nederland in 2010

EUR 12 miljoen zal bijdragen aan het NAVO trustfund ter ondersteuning van het Afghaanse leger. Ik was verheugd te constateren dat er algemene overeenstemming onder de ISAF-landen was dat de civiel-militaire coördinatie versterking behoeft en dat de leidende rol van UNAMA buiten kijf stond. Ook de coördinatie binnen ISAF zal verder versterkt worden. Op de door premier Brown aangekondigde Afghanistan conferentie in Londen op 28 januari a.s. zal hier verder over gesproken worden. De conferentie in Londen, zo lichtte de Britse minister van Buitenlandse Zaken Miliband toe, moet leiden tot stevige afspraken met de Afghaanse regering inzake goed bestuur, bestrijding van corruptie, naleving van mensenrechten en het leveren van basisdiensten aan de bevolking. Ook het belang van de regionale dimensie en samenwerking op regionaal niveau zal aan de orde komen. Tenslotte stelden de ministers van Buitenlandse Zaken de ISAF-inzet t.a.v. reïntegratie en verzoening vast en werd benadrukt dat dit proces zeer belangrijk was de komende periode en dat een Afghaanse leidende rol essentieel was.

Montenegro en Bosnië-Herzegovina

De NAVO-ministers besloten Montenegro MAP (Membership Action Plan)-status te verlenen. Over Bosnië-Herzegovina is langdurig gesproken. Een spoedige MAP-verlening wordt door voorstanders gezien als belangrijk signaal van aanmoediging voor hervormingsgezinde krachten in het land. Meer terughoudende bondgenoten erkennen dit argument, maar menen dat Bosnië-Herzegovina meer tijd nodig heeft om zich voor te bereiden op MAP. Ik heb in deze richting geïntervenieerd.

Besloten is dat Bosnië-Herzegovina aan MAP zal deelnemen zodra het land de noodzakelijke voortgang bereikt in hervormingen. Essentie van dit besluit is dat de NAVO het eens is over MAP als volgende stap, maar dat het exacte tijdstip van een positief besluit van de Noord-Atlantische Raad in handen ligt van de leiders in Bosnië-Herzegovina zelf. De NAVO-ambassadeurs hebben de opdracht gekregen de voortgang die Bosnië-Herzegovina boekt op het gebied van hervormingen actief te blijven volgen. Bondgenoten zullen hun steun voor hervormingen in Bosnië-Herzegovina voortzetten.

Herzieningsproces Strategisch Concept

Ministers werden geïnformeerd over de voortgang van de Groep van Experts die voorbereidend werk doet voor de herziening van het Strategisch Concept. Nederland ziet graag dat in dit verband ook aandacht wordt besteed aan de vraag hoe de NAVO kan bijdragen aan ontwapening en non-proliferatie. Ik heb aangekondigd dat Nederland het initiatief neemt om gezamenlijk met de Benelux, Duitsland en Noorwegen een bijdrage aan de discussie over de herziening van het Strategisch Concept te leveren over dit onderwerp. Ook andere Bondgenoten gaven aan belang te hechten aan een actieve agenda van de NAVO en aan nauw overleg over ontwapening, wapenbeheersing en non-proliferatie.

Raketverdediging

Naar aanleiding van het verzoek van het Lid Van Bommel tijdens het voorbereidende Algemeen Overleg over de NAVO Ministeriële op 25 november jl. zal ik hieronder uitgebreider ingaan op het onderwerp raketverdediging.

De herziene raketverdedigingsplannen van de VS werden unaniem verwelkomd door de ministers van Buitenlandse Zaken. Defensie-ministers deden dit eerder al in Bratislava op 22 en 23 oktober jl. Deze positieve grondhouding hangt samen met het feit dat de discussie over een raketverdedigingssysteem weer in de NAVO als geheel wordt gevoerd en niet slechts in bilaterale onderhandelingen tussen enkele bondgenoten.

Secretaris-Generaal Rasmussen wilde tijdens deze NAVO ministeriële mogelijke besluitvorming voorbereiden over het ontwikkelen van een NAVO raketverdedigingssysteem in Europa ter bescherming van bevolking en grondgebied. Die besluitvorming zou dan eind 2010 in Lissabon zijn beslag moeten krijgen. De plannen van de VS zijn een belangrijk onderdeel van dit NAVO systeem.

De VS ziet raketverdediging als een "appropriate and viable" missie voor het bondgenootschap en wil daaraan middels de "phased adaptive approach" graag een nationale bijdrage leveren. De VS voorziet vier fases in de ontplooiing van haar kant van het systeem:
* In fase één (vanaf 2011) wordt raketverdediging verzorgd vanaf één of meer Amerikaanse marineschepen in de oostelijke Middellandse Zee die gebruik maken van een (mobiele) radar op een nader te bepalen locatie in Zuid Europa. Deze systemen zijn operationeel en hebben reeds hun effectiviteit bewezen. Het aantal schepen kan eenvoudig aan het dreigingniveau worden aangepast.
* In fase twee (2015) wordt het netwerk van radars en sensoren op het land uitgebreid en wordt in Zuid-Europa een onderscheppinglocatie met Amerikaanse raketten ingericht.
* In fase drie (2018) wordt in Noord-Europa een locatie met Amerikaanse onderscheppingsraketten ingericht en wordt het sensornetwerk verbeterd.

* In fase vier (2020) komen onderscheppingsraketten beschikbaar voor de verdediging tegen intercontinentale ballistische raketten. In verband daarmee zal het sensornetwerk dan nogmaals aangepast worden.

Niet alle bondgenoten delen de zienswijze van de VS dat raketverdediging een missie van de NAVO is. Zij vinden bijvoorbeeld dat raketverdediging niet op zichzelf staat en onderdeel zou moeten uitmaken van een pakket van defensieve middelen. Tijdens de NAVO ministeriële werd ook gewezen op het risico van een onbedoelde wapenwedloop. Wel is er overeenstemming dat raketverdediging noodzakelijk is om de bescherming tegen de dreiging die uitgaat van de ballistische raketprogramma's vanuit Iran en Syrië te vergroten. Voldoende transparantie en openheid, ook ten aanzien van Rusland, is van belang, ook gezien de politieke gevoeligheid van raketverdediging. De NAVO wil op het gebied van raketverdediging meer samenwerken met Rusland. Tijdens de NAVO-bijeenkomst gaven Bondgenoten aan dat er nog een aantal financiële en technische vragen moesten worden beantwoord voordat een besluit over een NAVO raketverdedigingssysteem in Europa kon worden genomen. De financiële crisis zorgt voor beperkte middelen en het was van belang om voor de Top in Lissabon inzicht te krijgen in de kosten van een dergelijk systeem. Geconcludeerd werd dat als het Bondgenootschap besluit tot een raketverdedigingssysteem in Europa, de capaciteiten van de VS hieraan een waardevolle bijdrage zouden kunnen leveren.

Volgens Nederland is besluitvorming over raketverdediging eind 2010 tijdens de Top van Lissabon mogelijk als de technische randvoorwaarden en financiering goed zijn uitgewerkt. In de benadering die Nederland tot nu toe altijd heeft uitgedragen past dit ook: voortbouwen op reeds bestaande structuren, om zo integratie van een NAVO raketverdedigingssysteem met de huidige middelen (zoals bijvoorbeeld de Nederlandse Patriots) te faciliteren. De Amerikaanse lijn voor de ontwikkeling van een raketverdedigingssysteem in fases komt hiermee overeen. De Nederlandse beleidslijn blijft dat raketverdediging een wezenlijke bijdrage kan leveren aan de veiligheid van NAVO landen, mits er goede afstemming is tussen de verschillende programma's en systemen. De ondeelbaarheid van veiligheid van het Bondgenootschap moet voorop staan.

Gezamenlijk met de Minister van Defensie zal ik u voor de zomer van 2010 een beleidsnotitie doen toekomen ter actualisering van de notitie over raketverdediging van 25 maart 2008 (TK 28676, nr. 52), dit mede in het licht van de voorziene besluitvorming over raketverdediging tijdens de Top van Lissabon.

Oekraïne en Georgië

Tijdens de NAVO Oekraïne en NAVO Georgië Commissies is de voortgang van politieke en defensie-hervormingen in beide landen besproken.

Bondgenoten spraken steun uit voor voortgezette inspanningen van Oekraïne op het gebied van rechtszekerheid, defensiehervormingen en democratie. In het licht van de beperkte middelen werd aandacht gevraagd voor een realistische planning en goede financiële onderbouwing. Er was veel waardering voor de Oekraïnse bijdrage aan alle NAVO-operaties.

De NAVO onderstreepte de territoriale integriteit en souvereiniteit van Georgië. Bondgenoten benadrukten het belang van voortgezette inspanningen van Georgië op het gebied van democratie, rechtszekerheid, persvrijheid en hervormingen van de veiligheidssector. Er was waardering voor de voorgenomen uitbreiding van de Georgische bijdrage aan ISAF met 750 militairen.

Rusland

De NAVO Rusland Raad, voor het eerst formeel bijeen op ministerieel niveau na de oorlog in Georgië, is begonnen aan een nieuw hoofdstuk. Ministers van de 28 bondgenoten en Rusland gaven hun goedkeuring aan hervorming van de NAVO Rusland Raad, aan het werkprogramma voor 2010 en aan het opstellen van een gezamenlijke analyse van gemeenschappelijke veiligheidsdreigingen. Daarnaast zal worden ingezet op voortgezette praktische samenwerking ten aanzien van o.a. Afghanistan, drugsbestrijding, terrorisme, piraterij, raketverdediging, non-proliferatie, wapenbeheersing en ontwapening. Tijdens de NAVO-Rusland Raad kwamen ook onderwerpen aan de orde waarover de NAVO-bondgenoten met Rusland van mening verschillen, zoals de territoriale integriteit en souvereiniteit van Georgië, het Verdrag inzake Conventionele Strijdkrachten in Europa en de militaire oefeningen die in Wit-Rusland en Rusland werden gehouden eerder dit jaar. Rusland uitte de wens in de NAVO Rusland Raad te spreken over Europese veiligheid en een mogelijke overeenkomst op dit gebied. Nederland wil dat met Rusland niet alleen over "harde" veiligheid, maar ook over "zachte" veiligheid als mensenrechten, rechtsstaat en democratie wordt gesproken. Besprekingen in de NAVO Rusland Raad kunnen een bijdrage leveren aan overleggen in OVSE verband. Voorstellen van Rusland voor een verdrag op het gebied van Europese veiligheid zullen serieus door Nederland worden bestudeerd.

Bijgevoegd: Final Statement en Statement on Afghanistan d.d. 4 december 2009

Zie het origineel
Pagina 5 van 5