Universiteit Nyenrode

PERSBERICHT

Aantal familiebedrijven veel hoger dan gedacht

Den Haag/Breukelen, 26 januari 2010 - Ruim tweederde van de Nederlandse bedrijven met personeel (69%) blijkt een familiebedrijf te zijn. Dat percentage is veel hoger dan tot nu toe werd aangenomen. Dat blijkt uit onderzoek van het Nyenrode Center for Entrepreneurship. Het onderzoeksrapport "Family business in the Netherlands. Characteristics and success factors" is aangeboden aan de Minister van Economische Zaken, Maria van der Hoeven.

Niet eerder werd op een dergelijke manier het belang van familiebedrijven in de Nederlandse economie onderzocht. Familiebedrijven zijn verantwoordelijk voor 53% van het Bruto Nationaal Product en voor 49% van de werkgelegenheid in Nederland - 4,3 miljoen mensen werken daarmee voor een familiebedrijf.

Prof.dr. Roberto Flören, hoogleraar Familiebedrijven en Bedrijfsoverdracht van Nyenrode: "Nederlandse familiebedrijven zijn de laatste jaren in een positiever daglicht komen te staan. Ze blijken succesvoller te zijn dan niet-familiebedrijven en in deze tijden van economische neergang blijken ze beter bestand tegen de gevolgen van de crisis. Ook zullen zij eerder interen op hun eigen vermogen dan werknemers ontslaan, waarmee ze een betere garantie vormen voor werkgelegenheid."

Belangrijke verklaringen voor het succes van familiebedrijven zijn onder andere de langetermijn visie van soms wel een hele generatie; de kleine groep aandeelhouders; en de grote betrokkenheid en directe aanwezigheid van de directeur en meewerkende familieleden. Ook kenmerken familiebedrijven zich door een hoge solvabiliteit, vele zijn voor het overgrote gedeelte gefinancierd met eigen vermogen. Het gebrek aan een formele governance lijkt geen invloed te hebben op de financiële prestaties van familiebedrijven.

Op de Landelijke Dag voor het Familiebedrijf, op vrijdag 29 januari, wordt dieper ingegaan op de onderzoeksresultaten. Het onderzoek "Family business in the Netherlands. Characteristics and success factors" is uitgevoerd onder leiding van prof.dr. Roberto Flören en prof.dr. Lorraine Uhlaner, beiden verbonden aan Nyenrode.

EINDE BERICHT

Noot voor de redactie (