INLIA
Bihari niet langer statenloos 28/01/2010
In een onlangs verschenen rapport van de UNHCR wordt vermeld dat
Biharis uit Bangladesh naar aanleiding van een uitspraak van het
Hooggerechtshof van mei 2008 niet langer statenloos zijn. Zij
hebben vanaf nu recht op een bengalees paspoort. Biharis
waren decennia lang statenloos in Bangladesh. Bangladesh beschouwde
hen als gestrande Pakistani en sinds de bloedige
onafhankelijkheidsoorlog van 1971 waarbij Bangladesh zich van Pakistan
afscheidde, werden deze gestrande Pakistani jarenlang gedwongen om in
vluchtelingenkampen als tweederangs burgers te leven.
In 1997 heeft de Stichting INLIA onderzoek (een zogenaamde fact
finding mission) gedaan naar de positie van Biharis. Ook een van de
deelnemers van het door INLIA samen met de Raad van kerken in
Nederland georganiseerde tentenkamp voor technisch onverwijderbare
vreemdelingen in Dwingeloo in 1997, was een Bihari uit Bangladesh. Het
dossier van deze Bihari werd zelfs tot in de Tweede Kamer toe
besproken. Ondanks dat uit het rapport van INLIA, dat werd opgemaakt
naar aanleiding van het onderzoek in Bangladesh, duidelijk kon worden
opgemaakt dat de betreffende Bihari statenloos was en het voor
hem onmogelijk was om terug te keren, heeft het nog tot in 2003
geduurd voordat de IND dit ook erkende. Gedurende deze jaren had de
betreffende Bihari geen recht meer op opvang. Met de hulp van INLIA
was hij, zoals ook een aantal anderen, echter gelukkig in staat om te
overleven.
Ook in het huidige beleid is het nog steeds voor technisch
onverwijderbare vreemdelingen vaak onmogelijk om aan te tonen dat men
buiten zijn schuld niet aan reisdocumenten ten behoeve van de
terugkeer kan komen. De bewijslast voor een verblijfsvergunning op
grond van het buiten-schuld criterium is namelijk bijzonder hoog. Zo
lang men nog niet aan deze bijzonder hoge bewijslast heeft voldaan,
heeft men bovendien nog steeds geen recht op opvang.