CNV Onderwijs

28 januari 2010

Duidelijkheid over inhouding salaris bij stakingen vo

Categorie: Voortgezet onderwijs, cao voortgezet onderwijs

Gezamenlijke verklaring van de VO-raad en de vakbonden

Zoals bekend zijn er proefprocessen gevoerd om duidelijkheid te verkrijgen over de wijze van inhouding van salaris van docenten bij deelname aan stakingsacties. De rechters hebben in de voorgelegde zaken de lijn van de bonden gevolgd. Dat betekent dat voortaan de ingeroosterde tijd (plus voor- en nazorg) mag worden ingehouden.

Al vele jaren bestaat er onduidelijkheid over de wijze van inhouding van het salaris van stakende docenten. De bonden bepleiten een systeem waarbij niet meer dan salaris voor de ingeroosterde tijd wordt ingehouden, plus eventueel voor de tijd voor voor- en nazorg. Het idee daarbij is dat de docent de overige werkzaamheden op ieder ander moment kan en zal doen. De VO-raad bepleit een systeem waarbij de inhouding genormeerd wordt op basis van het inzetbaarheidsschema (artikel 6.2 CAO VO 2008-2010). Een fulltimer wordt daarbij geacht 10 dagdelen beschikbaar te zijn voor werkzaamheden. Een dag staken betekent dan een dag niet beschikbaar en dus een dag inhouden.

In beide nu besliste zaken (een derde is daarom niet meer nodig) kiezen de rechters voor een strikte uitleg van art. 17.2 lid 6 CAO VO 2008-2009 (18.2 lid 6 in de huidige CAO). Korting vindt plaats over de tijd waarin de werknemer in strijd met zijn verplichtingen opzettelijk heeft nagelaten zijn werkzaamheden te verrichten. In de ogen van de rechter is dat dus de ingeroosterde tijd, al dan niet met een opslag voor voor- en nazorg. Dit is waar alle partijen het in ieder geval over eens waren. Voor meer is geen grond, de CAO moet strikt worden uitgelegd. Het werk van docenten is anders georganiseerd dan dat van ondersteunend personeel dat immers tijd- en plaatsgebonden is. Nu in beide zaken blijkt dat niet gesteld kan worden dat de betreffende werkgever wel zeggenschap uitoefent over de tijd waarop andere dan ingeroosterde werkzaamheden worden verricht kan voor die werkzaamheden dan ook niet worden gekort.

Voordeel van de ontstane situatie is dat nu door alle betrokken partijen eenzelfde wijze van inhouding zal worden geadviseerd bij stakingen. Samengevat komt dat neer op het volgende:
1. Salaris voor de ingeroosterde tijd mag worden ingehouden.
2. Daarbovenop mag eventueel opgeteld worden de tijd voor voor- en nazorg.

3. In die gevallen dat er een ruimere afspraak is over de tijd waarop de werkzaamheden worden verricht (in het uiterste geval een tijd- en plaatsgebonden weektaak) mag ook de tijd die daarmee is gemoeid worden ingehouden. Het moet hierbij dus gaan om uren waarin aantoonbaar niet wordt gewerkt.

Aan de schoolbesturen die salaris hebben ingehouden volgens het model van het inzetbaarheidsschema wordt nu geadviseerd om de berekening te herzien en het teveel ingehouden salaris alsnog aan de betreffende docenten terug te betalen.

Wij adviseren leden bij wie salaris is gekort over de uren waarop zij geen ingeroosterde lessen of andere plaats- en tijdgebonden werkzaamheden hadden op de stakingsdag, hun werkgever schriftelijk te verzoeken het ingehouden salaris alsnog uit te betalen. Heeft u hierover nadere vragen, dan kunt u contact opnemen met de afdeling Individuele Belangenbehartiging via
belangenbehartiging@remove-this.cnvo.nl of 030 7511003
---