29/01/2010
Productschappen Akkerbouw & Diervoerder presenteren Agenda 2020
Uitdagingen voor Nederlandse akkerbouw zijn groot
Om te komen tot een dynamisch akkerbouwcluster in 2020 dient de
Nederlandse akkerbouw serieus werk te maken van verbeteringen. Die
liggen op het vlak van risicomanagement, ketenoptimalisatie,
ketensamenwerking en duurzaamheid. Bovendien is het nodig dat
ondernemers gericht werk gaan maken van strategische keuzes. Hierover
hielden de Productschappen Akkerbouw en Diervoeder en de Rabobank met
hun gasten op 26 januari het akkerbouwcongres Kiezen is de Kunst.
De Nederlandse akkerbouw (teelt, handel en verwerking) vormt een sterk
en omvangrijk complex van activiteiten. De sector, waarin 70.000
mensen werkzaam zijn, genereert een toegevoegde waarde in de
Nederlandse economie van bijna EUR 10 miljard. De sector is betrokken
bij een grote variëteit aan producten voor de Nederlandse consument:
van frites tot biofuels, van kleding tot medicijnen, van het ontbijt
tot het biertje 's avonds. Anno 2010 hebben de belangrijkste
productiekolommen (graan, aardappelen en suiker) sterke punten met
duidelijke competitieve voordelen ten opzichte van andere landen, maar
ook aspecten die beslist versterkt moeten worden. De Nederlandse
producten zijn van goede kwaliteit. In en rond de productiekolommen
bestaat een goede kennisinfrastructuur met korte lijnen naar de
wetenschap, er is veel kennis van de teelt, veredeling, processen en
applicaties. Vervoer over het water biedt een duurzaam competitief
voordeel. In combinatie met een sterke exportinfrastructuur versterkt
dit de kolommen fundamenteel.
Er zijn echter ook zwakke punten te noemen. Zo is de variatie in
inkomens tussen telers groot, een verschil dat vooral wordt
veroorzaakt door de managementkwaliteiten binnen de ondernemingen.
Voor alle bedrijven in de keten geldt dat focus op maximale winst voor
de korte termijn concurreert met continuïteit op lange termijn. De
lange termijnperspectieven verdienen meer aandacht. De handel staat
steeds meer onder druk door sterke koerswisselingen en het ontbreken
van toegevoegde waarde. De verwerkende industrie, die steeds vaker
kiest voor rechtstreekse afname van de grondstoffen, heeft te maken
met heftige internationale concurrentie. Het is van belang om qua
kosten concurrerend te blijven en om de kennis van mensen vast te
houden en te ontwikkelen. Overcapaciteit moet worden voorkomen en er
moet meer gezocht worden naar productonderscheiding (differentiatie).
De Nederlandse aardappelverwerkende industrie heeft in toenemende mate
te maken met concurrentie uit omringende landen. Het is voor Nederland
daarom van het grootste belang om de keten en de fabrieken verder te
optimaliseren. Wat betreft de suiker in Nederland zien we dat die nog
voldoende opbrengt, vooral door de efficiency van de fabrieken. In
een aantal Europese landen wordt weliswaar meer suiker per ha
geoogst, maar Nederland maakt een inhaalslag en in Nederland is de
verwerking grootschaliger en zeer efficiënt. Zodra Nederlandse telers
echter voor korte termijnwinsten zouden gaan (een marktpiek), bij
voorbeeld door tijdelijk de suikerbiet uit het bouwplan te halen, gaat
de industrie dit direct merken, met de nadelige gevolgen die daarbij
horen voor de hele keten.
In het congres op 26 januari is besproken dat de volgende punten een
gemeenschappelijke akkerbouwagenda moeten vormen wil er in 2020 sprake
zijn van een dynamisch akkerbouwcluster: realisatie van betere marge
door risicomanagement, optimalisering van de keten, communicatie in de
keten, public relations, duurzaamheid, strategische keuzes van
individuele ondernemers, kennis en onderzoek, logistiek en een
faciliterende overheid op het gebied van ruimtelijke ordening,
onderzoek/innovatie en modern ondersteunend landbouwbeleid.
Productschap Diervoeder