Technische Universiteit Eindhoven

Aftrap aanloop Internationale Wiskunde Olympiade

Geplaatst: 28 januari, 2010

Amsterdam en Eindhoven zijn in juli 2011 de gaststeden voor de Internationale Wiskunde Olympiade. Staatssecretaris Van Bijsterveldt ontsteekt morgen, vrijdagmiddag 29 januari, de digitale Olympische vlam, als startschot voor de aanloop naar dit evenement. Het is voor het eerst dat de olympiade in Nederland gehouden wordt.

Naast de staatssecretaris van onderwijs zal ook prof.dr. Robbert Dijkgraaf aanwezig zijn, president van de KNAW en voorzitter van de International Mathematical Olympiad (IMO) 2011. De aftrap vindt plaats in Science Center NEMO te Amsterdam.

De olympiade is een prestigieuze wiskundewedstrijd voor middelbare scholieren. Aan het jaarlijkse evenement doen zo'n honderd landen mee; elk land heeft een team van maximaal zes deelnemers. Die krijgen tijdens de wedstrijddagen zes wiskundige problemen voorgelegd. Het gaat om pittige vraagstukken, waar menig professioneel wiskundige een flinke kluif aan heeft.

"Een van de doelen van de IMO is wiskunde promoten", vertelt dr. Quintijn Puite van de TU/e, een van de hoofdorganisatoren. "We willen laten zien dat het ook gewoon leuk is om probleempjes op te lossen." De wedstrijden van de IMO zullen plaats vinden in Amsterdam. De jury wordt ondergebracht op een geheime locatie in de regio Eindhoven. Volgens Puite leveren de wedstrijden "een enorme stapel nakijkwerk" op.

Er zijn daarom een kleine tweehonderd nakijkers, verdeeld over twee groepen. De eerste groep bestaat uit de teamleiders van de deelnemende landen; een groep van zo'n tachtig Nederlandse medewerkers van universiteiten doet de tweede correctie. Voorzitter van de jury is TU/e-rector prof.dr.ir. Hans van Duijn.

De organisatie is in handen van vijf partijen: de Vrije Universiteit Amsterdam, de Technische Universiteit Eindhoven, Universiteit Leiden, het Nederlands Forensisch Institituut en het bedrijf Ortec, met een hoofdrol voor de eerste twee. Hoofdsponsors zijn het ministerie van OCW en het Platform Bèta Techniek.