Oranjewoud

Achterstanden en capaciteitstekort: Nederlandse gemeenten niet overtuigd van Wro

Met de invoering van de Wet ruimtelijke ordening (Wro) per 1 juli 2008 zijn verschillende procedures veranderd. Uit onderzoek van Advies- en ingenieursbureau Oranjewoud blijkt dat gemeenten een grote achterstand hebben met de vaststelling van hun structuurvisies, een derde heeft haar bestemmingsplannenbestand niet op orde en er is sprake van een structureel capaciteitstekort.

De Wro schrijft voor dat bestemmingsplannen niet ouder mogen zijn dan 10 jaar. Ook moeten zij vanaf 1 januari 2010 digitaal raadpleegbaar zijn voor burgers. Uit het onderzoek blijkt dat bij 35% van de gemeenten het bestemmingsplannenbestand nog niet voldoet. In vergelijking met 2008 (53%) is dit aantal wel verminderd.

Capaciteitsproblemen
Een belangrijke waarneming is dat de gemeenten kampen met permanente capaciteitsproblemen om zelf bestemmingsplannen op te stellen. Evenals in 2008 stelt slechts een tiende van alle gemeenten zelf haar bestemmingsplannen op. Met de vaststelling van structuurvisie(s) loopt driekwart van de gemeenten achter ten opzichte van 81% in 2008. Opmerkelijk is dat geen van de grootste gemeenten over een structuurvisie conform de nieuwe regels beschikt.

Opvalllend is ook het oordeel van de overzichtelijkheid van de Wro. In 2008 vond 35% van de ondervraagden de nieuwe wet overzichtelijker, in 2009 bedraagt het percentage 19%. Veel gemeenten missen het instrument van de oude Artikel 19 WRO. Het projectbesluit wordt niet gezien als een gelijkwaardig alternatief. Daarnaast is de beeldvorming dat procedures sneller kunnen worden doorlopen, terwijl gemeenten dit in de praktijk niet ervaren.

Conclusie
Kortom, de Nederlandse gemeenten zijn op weg om de verplichtingen die de Wro stelt na te komen. Hierbij gaat het digitaliseren van bestemmingsplannen vlotter dan het opstellen van structuurvisies. De uitbestedingstrend zet zich onverminderd voort, waarmee het vasthouden van de expertise binnen de gemeentelijke organisatie onder druk staat.

Over het onderzoek
Het onderzoek is eind 2009 uitgevoerd onder 100 gemeentelijke beleidsmedewerkers van de afdelingen Ruimtelijke Ordening. De respondenten zijn grotendeels gelijk gehouden ten opzichte van het onderzoek uit 2008. Zodoende zijn de resultaten goed vergelijkbaar. Tijdens het onderzoek is onderscheid gemaakt in kleine (tot 15.000 inwoners), middelgrote (15.000 - 40.000 inwoners), grote (40.000 - 100.000 inwoners) en de grootste gemeenten (meer dan 100.000 inwoners).