Partij van de Arbeid
PvdA-Voorlichting

29 januari 2009

PvdA wethouder bepleit slimmer straffen criminele jongeren

Criminele draaideurjongeren moeten slimmer worden gestraft. Als jongeren opnieuw de fout in gaan of weigeren een opgelegde sanctie uit te voeren, moeten zij lik op stuk krijgen. Dat betekent niet terug naar de rechter, maar direct een strafmaatregel.

Dat bepleit PvdA-wethouder Rinda den Besten uit Utrecht vandaag in een tien puntenplan tegen jeugdcriminaliteit, dat zij heeft aangeboden aan de PvdA-fractie in de Tweede Kamer. Met deze maatregelen wil ze de grote mate van recidive onder jongeren tegen gaan.

Dit kabinet heeft ervoor gezorgd dat een rechter jongeren naast een celstraf ook een gedragsmaatregel opleggen. De rechter zou volgens Den Besten ook vooraf moeten bepalen welke strafmaatregel er genomen moet worden als de jongere zich onttrekt aan de opgelegde gedragsmaatregel of proeftijd. Dan kan reclassering direct in actie komen en is een nieuwe gang naar de rechter niet nodig.

,,Nu geven jongeren elkaar tips hoe ze hun straf kunnen uitstellen of zelfs ontlopen´´, aldus wethouder Den Besten. ,,Met een dreigende strafmaatregel zullen ze zich wel twee keer bedenken.´´

In het plan benoemt Den Besten een aantal gedragsmaatregelen: crimininele jongeren moeten een opleiding volgen, een baan accepteren, of bijvoorbeeld een straatverbod opgelegd krijgen. Verder moeten er wijkrechters komen die beter zicht hebben op de jongeren. Ook moeten jongere criminelen die keer op keer de fout in gaan een wijkverbod kunnen krijgen. Ouders moeten verplicht op de rechtszitting van hun kinderen verschijnen, zodat ze beseffen wat hun kind heeft gedaan.

,,Jongeren vervallen na hun straf te hebben uitgezeten te snel in hun oude gewoontes'', aldus Den Besten. ,,Daarom moeten we hen slimmer gaan straffen. Harder straffen is niet altijd de oplossing, belangrijker is dat we effectief straffen.''

De tien voorstellen van Den Besten luiden als volgt:


1. Lik op stuk als jongeren naast hun straf een gedragsmaatregel weigeren. Direct een strafmaatregel, niet terug naar de rechter.
2. Invoering van wijkrechters, die zaken in één buurt afhandelen, van leerplicht tot diefstal.
3. De Eerste Kamer moet de voetbalwet met voorrang behandelen.
4. Kinderen onder de 12 jaar vallen niet onder het strafrecht, daarom moeten de ouders verplicht worden om zorg of opvoedingsondersteuning te accepteren.
5. Als je je goed gedraagt moet je sneller je verklaring van goed gedrag kunnen krijgen. Dan kan je weer aan het werk komen. De beste manier om op het rechte pad te blijven.
6. Jongeren mogen niet op vrije voeten voordat afspraken zijn gemaakt met school, thuis en het Veiligheidshuis.
7. Wijkverbod voor jongeren die hun wijk herhaaldelijk in herhaling zijn gevallen
8. Jongeren moeten zichtbaar in hun eigen wijk hun straf uitvoeren en bijvoorbeeld herstellen wat ze kapot hebben gemaakt.
9. Ouders moeten verplicht in de rechtszaak verschijnen als hun kind voor de rechter staat.
10. Als een jongere een tweede keer in de fout gaat, past het openbaar ministerie supersnelrecht toe.

In een eerste reactie laat PvdAfractievoorzitter Mariëtte Hamer weten het plan om slimmer te straffen op alle punten te steunen. "Vaak gaan jongeren als boefjes de gevangenis in om er als criminelen weer uit te komen. Met maatwerk kunnen problemen effectiever worden aangepakt. De gereedschapskoffer voor rechter en Openbaar Ministerie moet daarvoor worden aangepast. In de tweede Kamer zal de PvdAfractie zich sterk maken voor meer flexibiliteit in de rechtspraak",

Den Besten roept de Tweede Kamer op om haast te maken met de aanpak van jeugdcrimininaliteit.


---

Bijlage:

Slimmer straffen!

Tien punten om jeugdcriminaliteit tegen te gaan

Iedereen moet zich thuis en veilig voelen op straat. Criminele jongeren denken daar anders over. Zij terroriseren de straat, maken mensen bang of pesten ze zelfs weg. Vaak zijn het snotneuzen van nauwelijks 12 jaar. Als ze al de gevangenis ingaan, staan ze vaak na 3 maanden weer in de wijk. Een veel te groot deel van deze jongeren leren weinig van hun straf. Na hun straf vervallen ze gewoon weer in hun oude fouten, dat zien we aan de recidivecijfers.

Politie-agenten vertellen me dat jongeren uit Zuilen en Kanaleneiland als kleine boefjes de gevangenis ingaan en er als grote criminelen weer uitkomen. Met het bijbehorende aanzien in de buurt. Dit is een onwenselijke situatie, niet alleen voor de buurt die na 3 maanden een nog grotere boef ziet terugkeren in de wijk, maar ook voor de jongere zelf: hij ervaart zijn straf vaak niet als straf en weet vaak nauwelijks voor welk vergrijp hij precies 'heeft gezeten'.

Daar moet verandering in komen. Dat kan door slimmer te straffen. In de politieke discussies gaat het vaak over harder straffen, maar belangrijker is dat we effectief straffen. Als wethouder van jeugd in Utrecht zie ik dat dat niet gaat zonder hulp vanuit Den Haag.

Daarom wil ik van Den Haag de volgende maatregelen:


1. Gedragsbevel.
Als jongeren gestraft worden kan de rechter (door wetswijziging van dit kabinet) naast een straf ook gedragsmaatregelen opleggen. Dus een jongere verplichten om bepaald gedrag wél of juist níet te laten zien. Voorbeelden van gedragsmaatregelen: een opleiding volgen, een baan of accepteren, een heropvoedingscursus volgen, een straatverbod, deelnemen aan een werkproject. Te vaak knikken de jongeren in de rechtbank ja, maar vervallen ze al snel weer in hun oude fout. Er moet lik op stuk komen als jongeren zich onttrekken aan die gedragsmaatregel. Hetzelfde geldt voor de proeftijd. Niet eerst weer naar de rechter. Nee, de rechter moet vooraf vastleggen welke strafmaatregel er genomen wordt als de jongeren zich onttrekt aan de door de rechter (naast de gevangenis) opgelegde gedragsmaatregel of proeftijd. Dan kan reclassering direct met lik op stuk in actie komen. En wat ze ook vaak doen is na de veroordeling in hoger beroep gaan. Dan ben je zo weer een jaar verder. Dus moeten ze in hoger beroep altijd met grote voorrang worden behandeld. Daar moet de officier van die wijk of stad op toezien.

De jeugdreclassering en de politie moeten werkelijk in de gaten houden of die gedragsmaatregelen ook worden nageleefd en of de jongere niet weer in de oude fouten vervalt. OM moet veel vaker proeftijd opnemen in strafeis. Daar mag alleen gemotiveerd van worden afgezien.


2. Wijkrechters. Dezelfde rechter moet de zaken in één buurt afhandelen; van leerplicht tot diefstal. Dan ziet de rechter keer op keer dezelfde jongere (of zijn kleine broertje(s)) voor zich verschijnen. De rechter heeft dan beter zicht op de impact van de wandaden in de buurt en wordt minder snel om de tuin geleid. Hij kan dan beter zien of de verhalen over spijt gemeend zijn en gerichter straffen. De gemeente en het OM moeten er dan gezamenlijk voor zorgen dat ze de volledige informatie aan de rechter voorleggen.


3. In de Voetbalwet is het mogelijk jongeren die over de schreef gaan een gebiedsverbod, een gedragscontract of een meldplicht te geven. Deze wet ligt al veel te lang in de Eerste Kamer. En dat is zonde, want we verliezen met deze groep kostbare tijd. Ik roep de Eerste Kamer op deze wet snel te behandelen.


4. Ik maak me heel veel zorgen om de twaalf-minners; het zogenoemde 'aanstormende talent' in de jeugdcriminaliteit. Ze worden gebruikt als 'runners', mogen voor de grote jongens op de uitkijk staan en worden zo al heel jong het zware criminele circuit ingetrokken. Ze vallen nog niet onder het strafrecht. Maar dat wil niet zeggen dat we niets kunnen doen als ze strafbare feiten plegen. Als kinderen van onder de 12 over de schreef gaan, stel ik voor dat dit gemeld wordt aan het OM, en dat ouders daarmee verplicht worden om zorg of opvoedingsondersteuning te accepteren.


5. Als je je goed gedraagt moet je sneller je verklaring van goed gedrag kunnen krijgen. Dan kan je weer aan het werk komen. De beste manier om op het rechte pad te blijven


6. Jongeren die gevangen worden gezet, verdwijnen volledig uit het beeld van de jeugdhulpverlening en het sociale netwerk in de wijk. Vaak weet de jongerenwerker of schooldirecteur niet eens in welke Jeugd Justitiële Inrichting de jongen opgesloten is, laat staan wat er met hem gebeurt of wanneer hij weer vrij komt. Daarom pleit ik ervoor dat jongeren minstens het laatste deel van hun straf (1/3 bv) bij de gevangenis in de buurt uitzitten en dat dit wordt gemeld aan de gemeente waar de jongen woont. Bovendien moet al in de gevangenis begonnen worden met hulpverlening en het contact met de wijk waar hij straks naar terug moet. Jongeren mogen niet vrijkomen voordat er goede afspraken gemaakt zijn met school, thuis en het Veiligheidshuis. Ook daar is die proeftijd voor nodig en informatieverstrekking aan de gemeente.


7. Sommige criminele jongeren vervallen herhaaldelijk meteen bij terugkeer uit de gevangenis in hun wijk in de oude fout. Ze nemen hun oude positie weer in en gaan gewoon verder. De rechter moet dit soort jongeren een wijkverbod op kunnen leggen, geen straf meer zonder proeftijd. Als het een minderjarige betreft moet de rechter het hele gezin kunnen dwingen te verhuizen. In het belang van de opvoeding van die kinderen en in het belang van de rust in de buurt.


8. Slimmer straffen betekent ook dat straf echt als straf ervaren moet worden. Jongeren moeten zichtbaar in hun eigen wijk hun straf uitvoeren en bijvoorbeeld herstellen wat ze kapot gemaakt hebben. Slimmer straffen betekent ook het afpakken van het met criminaliteit verdiende geld en de goederen (zogenoemde 'Pluk ze-maatregelen').


9. Als jongeren voor de rechter verschijnen, schitteren de ouders/opvoeders vaak door afwezigheid. Dat moet veranderen. Een Utrechtse pilot om ouders verplicht naar de zitting te laten komen, had grote impact: ouders schrokken zich vaak rot. Om deze reden, maar ook om ouders weer in positie te brengen, mogen ouders gewoon nooit ontbreken op een zitting. Verplicht laten komen, in alle gevallen, zou mijn advies zijn.


10. Als een jongere een tweede keer in de fout gaat, past het OM supersupersnelrecht toe, dus geen zaken die jaren op zich laten wachten, maar lik op stuk beleid. Voor de 2e keer de fout in? Dan binnen een week voor de rechter! Dit geldt ook voor het instellen van Hoger Beroep. Onder jongeren circuleren tips om onder straf uit te komen, waaronder het instellen van Hoger Beroep. Daar word ik nou moedeloos van. En voor het gezag van politie, officier en rechter is dit desastreus. Jongeren die 4 of meer Hoger Beroepszaken hebben lopen, zijn meer regel dan uitzondering onder de veelplegers. Een Hoger Beroep duurt al gauw weer 2 jaar! Er moet daarom ook voor deze zaken permanent een rechter beschikbaar zijn om ze met voorrang af te handelen. Daar moet de Officier van die wijk of stad op toezien.

Is dit stoere taal, nieuw flinks of een rechts geluid? Nee, want veel te vaak horen we het geluid van harder straffen. Ik pleit voor slimmer straffen. Omdat criminaliteit onze samenleving handenvol geld kost, onze buurten onveilig maakt en jongeren hun toekomst vergooien. Omdat het effect van onze preventieve aanpak, op scholen, met opvoedingsondersteuning, welzijnswerk etc. dan ook veel groter wordt.

Als Partij van de Arbeid kiezen wij altijd voor de leefbaarheid op straat, maar met deze tien maatregelen ook voor de jongeren zélf. Zij hebben er immers niets aan als ze door onze systemen de verkeerde in plaats van de goede kant op geduwd worden.