Ministerie van Verkeer en Waterstaat


- Datum 16 februari 2010

Onderwerp Luchthaven Twente -

Geachte voorzitter,

Tijdens de procedurevergadering d.d. 11 februari 2010 van uw vaste commissie voor Verkeer en Waterstaat heeft u mij verzocht een reactie te geven over het besluit in Overijssel inzake vliegveld Twente en wat hiervan de eventuele consequenties zijn voor het Rijk. Middels deze brief wil ik ingaan op uw verzoek.

Zoals ik u per brief1 heb aangegeven, hebben de Provinciale Staten van Overijssel op 10 februari gesproken over de gebiedsontwikkeling van de luchthaven Twente. Een ruime meerderheid heeft tijdens deze vergadering ingestemd met een doorstart van de Luchthaven Twente, onder voorwaarde dat Gedeputeerde Staten een aantal aanpassingen nader uitwerkt.

Deze aanpassingen van Provinciale Staten waar Gedeputeerde Staten nog op moeten beslissen hebben o.a. betrekking op:

1. De gebiedsontwikkeling en de realisatie van de EHS als onderdeel daarvan, vindt onafhankelijk van de tender van de luchthavenexploitatie plaats, onder regie van provincie Overijssel en de gemeente Enschede.
2. De leisure-activiteiten moeten passen in schaal en omvang van het gebied. Bovendien is een luchthaven in dit plan "een kans", géén doel op zich, maar een middel tot economische ontwikkeling van het gebied.
3. Daarnaast moet de onduidelijkheid rondom de passagiersaantallen worden opgelost.

4. De geluidscontour moet worden teruggebracht van 38km2 naar 8 km2 kilometer. Met dien verstande dat aangegeven is dat een gebied van ruim 10,6 km2 ruimtelijk wordt gereserveerd als gebied waarin ontwikkeling van woningbouw ongewenst is.

5. Verder behoort militair medegebruik tot de mogelijkheden, mits dat de exploitatie van de luchthaven vergroot en de economische ontwikkeling niet in de weg zit.

6. De nodige bestuursrechtelijke voorstellen voor implementatie van deze uitgangspunten in het kader van de WRO voor te bereiden.

1 31 936 nr 22
a
agina 1 van 2 P





Provinciale Staten hebben Gedeputeerde Staten verzocht om met de gemeente Datum Enschede en het Rijk nader overleg te voeren over de implementatie van deze 16 februari 2010

aanpassingen. Het Rijk wacht, uitgaande van haar eerder ingenomen positie, de Ons kenmerk standpuntbepaling van het college van Gedeputeerde Staten en nader overleg VENW/DGLM-2010/562 met de regio met belangstelling af. Uitgaande van de gebiedsontwikkeling met luchthaven zoals die eind vorig jaar in de regionale structuurvisie is geschetst, is het Rijk van mening dat de beleidsmatige ambities van het Rijk kunnen worden ingevuld. Dit is zoals eerder gemeld verbonden aan enkele voorwaarden.

Na het besluit van Gedeputeerde Staten zullen de volgende stappen nog moeten worden gezet alvorens tot definitieve heropening van de luchthaven Twente kan worden overgegaan:

- het mogelijk verwerken van de aanpassingen in de bestuursovereenkomst en de structuurvisie. Dit is afhankelijk van het besluit van Gedeputeerde Staten;
- De structuurvisie kent juridisch geen directe doorwerking. Dat betekent dat de structuurvisie vervolgens moet worden verwerkt in gemeentelijke bestemmingsplannen;

- het voorbereiden en starten van de aanbestedingsprocedure voor de luchthavenexploitatie;

- et starten van de wettelijke (RBML) procedure tot het vaststellen van een h
luchthavenbesluit. Hierbij zal een aanvraag moeten worden ingediend door de initiatiefnemer en zal volgens de daarvoor geldende wettelijke procedure een MER-procedure inclusief inspraak worden doorlopen waarbij middels een voorhangprocedure ook de Tweede Kamer zal worden betrokken.

Op dit moment ben ik in afwachting van de wijze waarop Gedeputeerde Staten van Overijssel omgaat met het verzoek van de Provinciale Staten. Gedeputeerde Staten verwachten hierover binnenkort meer helderheid te geven. Zodra er meer duidelijk is over de positie van Gedeputeerde Staten en de consequenties voor de gebiedsontwikkeling zal er gekeken moeten worden wat dit betekent voor de positie van het Rijk en in hoeverre dit nog in lijn is met de kansen op het realiseren van het beleidsmatige doel en de voorwaarden gesteld door het Rijk. Hierover zal ik u op dat moment nader informeren.

Ik hoop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.

Hoogachtend,

DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT,

ir. Camiel Eurlings

agina 2 van 2 P