Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Antwoorden op kamervragen over ouderen die mogelijk in problemen komen bij de stembus

12 februari 2010

Schriftelijke vragen van de leden Smilde, Knops en Willemse-van der Ploeg (allen CDA) aan de staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties Vraag 1 Hebt u kennisgenomen van het bericht van de Unie KBO, "Ouderen mogelijk in problemen bij de stembus"? (1) Antwoord Ja. Vraag 2 Hoe kan een kiesgerechtigde die geen geldig legitimatiebewijs heeft, toch zijn of haar stem uitbrengen? Antwoord Een kiesgerechtigde zonder geldig identiteitsdocument kan niet in persoon aan de stemming deelnemen tenzij hij of zij tijdig bij de gemeente een nieuw identiteitsdocument aanvraagt. Wel kan de kiezer tot uiterlijk op de 14e dag voor de stemming (in casu 17 februari 2010) een schriftelijk verzoek indienen bij de gemeente om een andere kiezer te machtigen om voor hem of haar te stemmen. Formulieren voor een schriftelijke volmacht zijn bij de gemeente verkrijgbaar. Daarbij hoeft geen kopie van het identiteitsdocument te worden overlegd. De gemeente controleert namelijk de identiteit van de kiesgerechtigde aan de hand van de gegevens in de gemeentelijke administratie. Bij een overdracht van de stempas (de zogeheten onderhandse volmacht) moet er wel een kopie van een geldig identiteitsdocument worden overlegd. In de landelijke voorlichtingscampagne, dat in opdracht van het ministerie van BZK wordt uitgevoerd, wordt nadrukkelijk gewezen op de identificatieplicht bij het stemmen en bij het geven van een onderhandse volmacht. Aan de gemeenten is gevraagd in de eigen voorlichting hier aandacht aan te besteden. Daarnaast heeft het ministerie van BZK gemeenten verzocht om kiezers die in het geheel niet beschikken over een paspoort of Nederlandse identiteitskaart een brief te sturen en deze kiezers daarop te wijzen. De gemeenten krijgen de kosten hiervan vergoed. Vraag 3 Is het bericht juist, dat Nederlandse gemeenten in de regel inwoners niet op de hoogte brengen van het verstrijken van de geldigheidsdatum van hun identiteitsbewijs? Zo ja, bent u bereid om gemeenten daartoe aan te sporen? Antwoord De houder van paspoort of een Nederlandse identiteitskaart is in de eerste plaats zelf verantwoordelijk om er zorg voor te dragen dat hij of zij tijdig een nieuw document aanvraagt indien de geldigheidsduur verloopt. Onverminderd deze eigen verantwoordelijkheid is in de paspoortregelgeving bepaald dat de burgemeester bij wijze van faciliteit de houder van een document waarvan de geldigheidsduur binnenkort zal verlopen, hierover schriftelijk moet informeren. Mijn beeld is niet dat de burgemeesters deze verplichting naast zich neerleggen. Vraag 4 Bent u op de hoogte van de praktische problemen bij het aanvragen van een identiteitsdocument, waarmee met name mensen te maken hebben, die in een verpleeghuis wonen en niet mobiel zijn? Welke maatregelen neemt u, om deze praktische problemen zoveel mogelijk op te lossen? Antwoord Het is bekend dat het voor een aanvrager van een reisdocument soms moeilijk is om persoonlijk aan de balie van het gemeentehuis te verschijnen, bijvoorbeeld vanwege de fysieke gesteldheid. In de paspoortregelgeving is dan ook geregeld dat indien van de aanvrager om zwaarwegende redenen niet kan worden gevergd dat hij in persoon aan de balie verschijnt, een ambtenaar van de gemeente naar de aanvrager toegaat. Gemeenten zijn vanwege deze mogelijkheid speciaal voorzien van apparatuur om op locatie vingerafdrukken op te nemen. Het is aan de gemeente om bepalen of een aanvrager wel of niet persoonlijk aan de balie moet verschijnen. Met het oog op de verkiezingen zijn de gemeenten, reeds begin januari 2010, nog eens gewezen op de ruimte die de regelgeving biedt om ouderen op locatie een aanvraag te laten indienen. Vraag 5 Kunt u deze vragen zo spoedig mogelijk beantwoorden, zodat gemeenten hun kiesgerechtigden nog vóór de gemeenteraadsverkiezingen kunnen informeren? (1) Website Unie KBO, 4 februari 2010 Antwoord Ja