Antwoord op Kamervragen over Prins Bernhard
Kamerstuk | 04-03-2010
Minister-president Balkenende heeft antwoord gegeven op vragen van
Tweede Kamerleden Van der Ham (D66) en Halsema (GroenLinks) naar
aanleiding van het boek 'ZKH' over Prins Bernhard.
Hierbij bied ik u de antwoorden aan op de vragen van de leden Van der
Ham (D66) en Halsema (GroenLinks) d.d. 11 februari 2010, nr.
2010Z02732.
DE MINISTER-PRESIDENT, Minister van Algemene Zaken,
mr. dr. J.P. Balkenende
---
Vragen
2010Z02732
Vragen van de leden Van der Ham (D66) en Halsema (Groenlinks) aan de
minister-president, minister van Algemene Zaken, over een publicatie
over prins Bernhard. (Ingezonden 11 februari 2010)
1.
Wat is uw reactie op de beweringen in het boek "ZKH" inzake wijlen
prins Bernhard van Lippe-Biesterfeld? 1)
2.
Deelt u de opvatting dat alle documenten uit het Koninklijk
Huisarchief die op deze kwestie betrekking hebben van een zodanig
staatkundige en historische betekenis zijn dat deze verplaatst moeten
worden naar een openbaar archief waar ze worden opengesteld voor
historici? 2)
3.
Zijn er nog documenten in het bezit van Koninklijk Huisarchief en/of
de archieven van de Marit, de Lucht- en landmacht Inlichtingendienst,
de MID/MIVD, het ministerie van Justitie, het ministerie van
Buitenlandse Zaken, het ministerie van Algemene Zaken, de BVD/AIVD, de
Centrale Veiligheidsdienst, met betrekking tot de in het boek
aangehaalde kwestie, die nog niet geopenbaard zijn?
4.
Wat gaat u ondernemen om binnen deze kwestie te gaan voldoen aan het
in de motie Kalsbeek verwoorde verzoek om stukken die betrekking
hebben op het functioneren van het staatshoofd (en overige leden van
het Koninklijk Huis) over te brengen naar het Nationaal Archief, zodat
deze vallen onder de Archiefwet? 3)
5.
Deelt u de mening dat het openbaren van stukken thans te vraaggestuurd
is -Don't ask, don't tell- en dit de transparantie van het bestuur
niet ten gunste komt?
6.
Bent u bereid de Archiefwet zodanig aan te passen dat er naar Brits
voorbeeld inventarislijsten worden gepubliceerd van archiefstukken uit
overheidsarchieven, ook van stukken die nog onder embargo staan?
7.
Bent u bereid het Nederlands Instituut voor Oorlogsdocumentatie (NIOD)
onderzoek te laten doen naar de in het boek aangezwengelde kwestie?
1) ZKH - Hoog spel aan het hof van Zijne Koninklijk Hoogheid, Gopher
B.V., 30 november 2009
2) Netwerk, 30 november 2009
3) Motie Kalsbeek over het Koninklijk Huisarchief (29 800 III, nr. 17)
Antwoorden
1.
De beweringen in de publicatie geven geen aanleiding tot een reactie.
2.
Het Koninklijk Huisarchief is een particulier archief. De toegang tot
stukken die berusten in het Koninklijk Huisarchief is nader toegelicht
in de brief aan de Kamer van 25 april 2005 (Kamerstukken II 2004/5,
29800 III, nr. 23, p.3).
3.
Hierover berusten geen documenten bij het ministerie van Algemene
Zaken.
Zie voorts het antwoord op vraag 2. Ten aanzien van de overige
archieven gelden specifieke regelingen en wettelijke procedures voor
de toegang tot documenten die er berusten.
4.
Zie het antwoord op de vragen 2 en 3.
5.
Openbaarmaking van stukken van de overheid vindt plaats volgens de
hiervoor geldende wet- en regelgeving, waaronder de Wet openbaarheid
van bestuur.
6.
Er is geen aanleiding de Archiefwet aan te passen. De Wet openbaarheid
van bestuur biedt de mogelijkheid inventarislijsten te publiceren
indien er geen wettelijke bepalingen, regelingen of gronden zijn die
zich hiertegen verzetten.
7.
Zie het antwoord op vraag 1.
Ministerie van Algemene Zaken