Gemeente Den Haag

Nieuws

Letterkundig Museum na 3 jaar weer open

Gemeente Den Haag

Papier en multimedia brengen schrijvers tot leven


* Gepubliceerd: 04 maart 2010

* Laatste wijziging: 04 maart 2010

Harry Mulisch opent 4 maart het vernieuwde Letterkundig Museum. Geen steen is in de afgelopen 3 jaar onberoerd gebleven, zegt directeur Aad Meinderts. Onder andere een bonte galerij schrijversportretten, een `Pantheon' van 100 dode schrijvers, wisselende tentoonstellingen en het magazine `Letter' brengen de rijkdom van de literatuur dichterbij de bezoeker.
Het Pantheon (foto Lodewijk Duijvesteijn)

Meinderts vindt dat het museum toegankelijker is geworden zonder populariserend te worden. Die toegankelijkheid zit zowel in het gebouw als in de presentatie. Er is een centrale trap gekomen, meer ruimtes hebben daglicht gekregen, en er is 500 vierkante meter extra tentoonstellingsruimte. De studiezalen hebben in het digitale tijdperk juist minder oppervlak nodig.

Kathedraal van A4-tjes

`Kiezen is het droefst verliezen,' zei de dichter J.C. Bloem al, en wie een collectie presenteert moet ook keuzes maken. Het Letterkundig Museum heeft zich niet gericht op stromingen en stijlen, maar op individuele schrijvers en hun wereld. Daarbij is gezocht naar de balans tussen papier en multimedia. `Het is hier een kathedraal van A4-tjes, een ode aan het handschrift,' mijmert Joris Kwast, ontwerper van het Pantheon, hardop. `Dat wil je laten zien, het gevoel geven dat je over de schouder van de schrijvers mee kijkt.'

Geen Wolkers maar Verhoeven

Van 100 overleden schrijvers vanaf de Middeleeuwen tot nu wordt in het Pantheon een multimediapresentatie getoond. Daar is goed over nagedacht. `Hoe presenteer je beeldend iets wat gelezen moet worden?' vroeg Kwast zich af. `De film Turks Fruit is niet Wolkers, maar Verhoeven. En van recente schrijvers hebben we wel filmmateriaal, maar hoe doe je dat met de Beatrijs?'

Uniek is dat de schrijvers in het Pantheon de letteren uit Nederland én Vlaanderen vertegenwoordigen. Op het eerste gezicht lijkt Vlaanderen er bekaaid afgekomen met 22 van de 100 schrijvers, maar dat is niet het geval, benadrukt Meinderts: `Je kunt eigenlijk pas van onderscheid spreken vanaf 1830.'

Anne Frank en Marten Toonder

Opvallend is ook dat het Pantheon een `literair-culturele canon' is, die breder kijkt dan alleen naar de `schone letteren'. De selectiecommissie nam bijvoorbeeld Anne Frank, Vincent van Gogh en Marten Toonder op, meer om hun grote betekenis voor de literatuur dan om hun eigen literaire talent. Ook Erasmus, die alleen in het Latijn schreef, en Belle van Zuylen - in het Frans - zijn van de partij.

De vaste opstelling toont naast het Pantheon de Nationale Schrijversgalerij, waar de schilderijen tegen alle kunsthistorische uitgangspunten in op alfabetische volgorde hangen. In de bonte mengeling van oude naast nieuwe portretten vindt iedereen snel zijn favoriete schrijver.

Ezelsproces

Vier opstellingen laten specifieke kanten van de literatuur zien. Zo is er aandacht voor literaire rellen (denk aan het ezelsproces van Gerard Reve) en voor persoonlijke eigendommen van schrijvers. Ook hier is de individuele schrijver het uitgangspunt: vanuit de wereld van vijf auteurs worden parafernalia van veel meer literaire grootheden getoond.

De eerste wisseltentoonstelling besteedt vanaf april aandacht aan Charlotte Mutsaers, die dit jaar de PC Hooftprijs krijgt. In het najaar, voorafgaand aan de Kinderboekenweek, heropent ook het Kinderboekenmuseum.

De laatste stap om literatuur dichter bij mensen te brengen, is natuurlijk de stap buiten de grenzen van het museum. Daarom ondernam Meinderts de afgelopen tijd een reis langs de graven van alle 100 Pantheon-auteurs. Op ieder graf legde hij een witte roos en vroeg een passant werk van de schrijver voor te dragen. Dit project is te volgen op www.wievolgt.com.

Het Den Haag van Siebelink en van Crossing Border

Bij de nieuwe opstelling heeft het museum een magazine uitgebracht, `Letter', waarin schrijvers als Jan Siebelink, Anna Enquist en Hella Haasse hun kijk op literatuur geven. Siebelink neemt ons mee door Den Haag, stad van Couperus en Bordewijk, maar ook de stad waar hij zelf verschillende romans situeerde. Ook Aad Meinderts ziet Den Haag als literaire stad en wil daar in de toekomst meer mee doen: `Den Haag is een belangrijke festivalstad, ik wil graag samenwerken met Dichter aan Huis en Crossing Border.'

Het museum is vanaf 5 maart voor publiek geopend aan de Prins Willem Alexanderhof 5, vlakbij station Den Haag Centraal. Kijk ook eens op de vernieuwde website www.letterkundigmuseum.nl.
De Schrijversgalerij (foto Netty Mamahit)