Datum 9 maart 2010
Betreft Vragen van de leden De Nerée tot Babberich en Omtzigt (beiden
CDA) over de dividendnota
Ons kenmerk
DGB 2010-898
Uw brief (kenmerk)
28-1-2010/2010Z01747
Bijlagen
1
Geachte voorzitter,
Hierbij doe ik u toekomen de antwoorden op de schriftelijke vragen van
de leden De Nerée tot Babberich en Omtzigt (beiden CDA) over de
dividendnota.
Hoogachtend,
de minister van Financiën,
mr. drs. J.C. de Jager
Antwoorden naar aanleiding van de schriftelijke vragen van de leden De
Nerée tot Babberich en Omtzigt (beiden CDA) over de dividendnota
(ingezonden 28 januari 2010).
Vraag 1
Kunt u bevestigen dat onder de wettelijke regeling tot 1 januari 2010
bij het uitbetalen van dividend een dividendnota moest worden
uitgereikt en dat het niet, onjuist of onvolledig uitreiken daarvan op
grond van artikel 68 Algemene wet inzake rijksbelastingen als een
strafbaar feit werd aangemerkt? In hoeveel gevallen is wegens het niet
uitbrengen van een dividendnota gedurende de afgelopen vijf jaar een
vervolging ingesteld? Meer in zijn algemeenheid, is er enig inzicht in
hoeveel gevallen er in het recente verleden nog dividendnota's werden
uitgebracht?
Het is juist dat het niet, onjuist of onvolledig uitreiken van een
dividendnota tot 1 januari 2010 als een strafbaar feit werd aangemerkt
op grond van artikel 68 Algemene wet inzake rijksbelastingen. De
Belastingdienst heeft mij laten weten niet bekend te zijn met enige
vervolging in de afgelopen jaren voor deze feiten.
In zijn algemeenheid is er geen inzicht in de aantallen dividendnota's
die worden uitgereikt. Het uitreiken van dividendnota's vindt over het
algemeen plaats door financiële instellingen die dividend uitkeren aan
cliënten waarvan de aandelen door de bank in depot worden gehouden.
Dit speelt zich buiten het gezichtsveld van de fiscus af. Van een van
de grote Nederlandse banken is bekend dat deze jaarlijks enkele
miljoenen dividendnota's uitreikt.
Vraag 2
Kunt u bevestigen dat door een wetswijziging per 1 januari 2010 het
niet, onjuist of onvolledig uitreiken van een dividendnota een
beboetbaar feit is geworden? Is er, gezien de ervaringen uit het
verleden en mede naar aanleiding van herhaalde uitlatingen van de
zijde van uw ambtsvoorgangers dat het uitreiken van een dividendnota
gedateerd is en aan herijking toe is, nog aanleiding vast te houden
aan het vereiste om bij het uitbetalen van dividend een dividendnota
uit te reiken?
De huidige dividendnota kan worden gemoderniseerd. Ik heb daarom
besloten dat de dividendnota elektronisch kan worden verstrekt. Met de
e-dividendnota wordt bij financiële instellingen een aanzienlijke
administratieve lastenverlichting bereikt.
Verder heb ik ook besloten dat er geen dividendnota meer hoeft te
worden uitgereikt aan de directeur-grootaandeelhouder en in de
situaties dat de deelnemingsvrijstelling of een fiscale eenheid van
toepassing is. Deze versoepelingen hebben tot gevolg dat in deze
situaties geen boetes zullen worden opgelegd.
Aan de dividendnota kan nog steeds een rol worden toegekend. De
voorwaarden zullen echter, bij komende wetgeving, nader worden bezien
en daar waar mogelijk versoepeld.
Vraag 3
Kunt u bevestigen dat er overgangsrecht in het leven is geroepen bij
deze wetswijziging, inhoudende dat de nieuwe regels ook gelden voor de
`verzuimen' ter zake van het niet, onjuist of onvolledig uitreiken van
een dividendnota die hebben plaats gehad vóór 1 januari 2010? Is er
aanleiding om aan deze materieel terugwerkende kracht vast te houden?
Voor een verzuim begaan vóór 1 januari 2010 wordt de strafrechtelijke
afdoening slechts voortgezet indien strafvervolging is ingesteld en
het onderzoek ter terechtzitting een aanvang heeft genomen. Zoals
vermeld in het antwoord op vraag 1 heeft de Belastingdienst mij echter
laten weten niet bekend te zijn met enige vervolging voor deze feiten
in de afgelopen jaren. In alle andere gevallen volgen verzuimen begaan
vóór 1 januari 2010 het nieuwe bestuurlijke traject. Aan de materieel
terugwerkende kracht voor deze gevallen wordt vastgehouden, omdat deze
gunstiger is voor belanghebbende. Los van het verschil in
strafrechtelijke en bestuurlijke afdoening is de nieuwe bestuurlijke
boete namelijk lager.
Meer informatie
Zie het origineel
* DGB 2010-898 Kamervragen van de leden De Nerée tot Babberich en
Omtzigt (beiden CDA) over de dividendnota
09-03-2010 | PDF bestand, 23 Kb
Zie het origineel
Ministerie van Financiën