ChristenUnie


De derde weg tussen populisten en elitisten

De derde weg tussen populisten en elitisten

geertjanspijker woensdag 10 maart 2010 17:21 "De politieke verhoudingen verscherpen. Twee perspectieven lijken lijnrecht tegenover elkaar te staan: dat van de populisten tegenover dat van de elitisten, de onderbuik van de massa tegenover de redelijkheid van de `progressieven'." Geert Jan Spijker, WI medewerker, zet in het blad Ellips vraagtekens bij die benadering en onderzoekt wat een derde optie kan inhouden.

Dit artikel verscheen in 'Ellips' van januari 2010 onder titel: 'Hart, hoofd en onderbuik'

Als student woonde ik lange tijd - naar alle tevredenheid - in een achterstandswijk in Rotterdam-west. Met mijn huisgenoten had ik weinig last van omwonenden - zij meer van ons vermoedelijk - en met criminaliteit kwamen wij weinig in aanraking. Bovendien profiteerden we van de multiculturele omgeving, vooral in culinair opzicht.

Onze bejaarde buurvrouw was echter aanzienlijk minder te spreken over onze veelkleurige leefomgeving. `Die buitenlanders' hadden heel haar wijk in enkele decennia veranderd van een beschaafde, blanke buurt tot een criminele, verwaarloosde wijk, vol drugspanden en hangjongeren.

Vanuit haar perspectief was de opkomst van Pim Fortuyn een verademing. Zijn `Leefbaren' benoemden de problemen eindelijk eens, zij erkenden de reëel bestaande angstgevoelens, zij pakten de verloedering met daadkracht aan. Zij zouden van Nederland weer een thuis maken, iets waar de gevestigde elite in had gefaald. Veel anderen - inderdaad die elite - vonden de benadering van Leefbaar veel te ver gaan: ze demoniseerden moslims, beschouwden alle jonge Marokkanen als criminelen en waren dus onverdraagzaam. Het `multiculturele drama' moest niet worden overdreven.

In dit artikel zet ik beide perspectieven tegenover elkaar: dat van de populisten tegenover dat van de elitisten, de onderbuik van de massa tegenover de redelijkheid van de `progressieven'. Na een vergelijking beantwoord ik de vraag of deze tegenstelling wel helemaal recht doet aan de werkelijkheid en wat een derde optie kan inhouden.

De onderbuik

Populisme is een ontaarding van democratie. Waar democratie op een gezonde manier volksinvloed tracht te regelen en recht wil doen aan een ingewikkelde werkelijkheid met veel verschillende meningen, daar blinkt het populisme uit in simplisme. Populisten pretenderen in korte tijd ingewikkelde politieke problemen op te kunnen lossen. Problemen in de zorg? Als de SP aan de macht is zullen die zo opgelost zijn. Het integratievraagstuk? Als de PVV regeert, lost zij het in een paar jaar tijd op (als ze niet door lastige democratische partijen en vervelende compromissen wordt gefrustreerd...).

Om de benodigde oplossingen te bereiken is niet alleen de partij van belang, maar vooral de Grote Leider. Deze charismatische figuur vertegenwoordigt het volk en weet wat de burgers willen. Bovendien doet hij recht aan hun angst. Angst waarvoor? Voor verlies van houvast, voor toename van het vreemde, voor allochtonen, moslims, de EU, de wereld - kortom: het bedreigende andere. Het is een gevoel van onbehagen, van verlies van overzichtelijkheid. Dit overkwam mijn oude buurvrouw. Zij verloor alle overzicht en houvast: de vriendelijke bakker op de hoek verdween, de kruidenier werd Surinaams, het vlees werd halal, de tramconducteur slecht verstaanbaar, etc. Waar was haar Nederland gebleven?

Tegelijk overheerst bij populisten het idee dat de huidige politiek niks doet om iets te verbeteren aan de situatie. De gevestigde partijen hebben alleen oog voor eigen gewin. Politici zijn `zakkenvullers' die niet om het volk geven. Kortom: het volk koestert scepsis jegens de elite. Er is een kloof tussen burger en bestuur.

Het beeld dat de overheid - de elite - het volk minacht en elkaar baantjes toeschuift, wordt sterk gestimuleerd door de media. Kranten en TV laten alleen slecht nieuws zien en voeden het idee dat het slecht gaat met de samenleving en dat de politiek hiervoor de hoofdverantwoordelijke is - in ieder geval niet de machteloze burger zelf. Pas als de populist aan de macht is dan zal `het volk' werkelijk weer invloed hebben, dan wordt echt geluisterd naar de `gewone man'. Dan lossen de problemen zich wel op...

Het hoofd

D66 en GroenLinks nemen het duidelijkst en het hardst stelling tegen het populisme. De nadruk op Nederlandse identiteit en hang naar het verleden riekt volgens hen naar eng nationalisme, bekrompen kneuterigheid, beknellende jaren '50. Terugkeer is achteruitgang. `Zin in de toekomst', is de leus van GroenLinks komende verkiezingen. `Europa: Ja', aldus D66 bij de afgelopen Europese verkiezingen. De hoogopgeleide elite - niet zelden woonachtig in Amsterdam - gelooft in openheid en verdraagzaamheid. Men vindt Europa mooi, de wereld nog mooier. Globalisering en flexibilisering zijn toe te juichen. Kennismaking met culturen leert ons relativeren. En dat is plezierig.

Een ding wordt niet gerelativeerd: onze redelijkheid. Als we als verstandige mensen met elkaar blijven discussiëren dan lossen conflicten zich wel op. Van argumenten verwachten deze `progressieven' het heil. Botsingen van culturen en stromingen gaan voorbij. Ideologische veren moeten we afschudden. Het geloof in de Verlichting is groot - durf zelf te denken! Geloof in God daarentegen moeten we wantrouwen. Dat geloof is een voedingsbodem voor allerlei irrationele en nare dingen, zoals kruistochten. Religie moeten we buiten het publieke domein houden. Zodra mensen hun - orthodoxe - geloofsovertuiging mee naar buiten nemen, wordt het gevaarlijk. Waar populisten alleen de islam uit het publieke domein willen verwijderen, wil de elite dat dus met alle religie doen - uitzonderingen als Job Cohen daargelaten.

Is daarmee het maatschappelijk probleem opgelost? Door een redelijk en open maatschappelijk debat tussen de diverse bevolkingsgroepen komt men vanzelf nader tot elkaar. En de kloof tussen burger en bestuur zullen we dichten door bestuurlijke vernieuwing - het aloude kroonjuweel van D66. Meer (directe) democratie is de oplossing. En anders neemt de elite het volk wel bij de hand en leidt het naar het nieuw vrijzinnig vaderland. Als iedereen maar VPRO en VARA kijkt, dan worden we vanzelf duurzaam en `verschillig'.

Het hart

Beide stromingen - die van massa en elite - staan niet alleen maar tegenover elkaar. Er zijn belangrijke overeenkomsten. Beide hebben een angst voor het vreemde. Bij populisten is die angst met name gericht op de islam, als niet-westerse, intolerante godsdienst. Bij de elite is men bang voor religie in het algemeen en orthodoxe varianten in het bijzonder. Met man en macht probeert men geloof uit het publieke domein te weren. Beide richtingen kennen dus maar betrekkelijke waarde toe aan de godsdienstvrijheid.

Een tweede, meer fundamentele overeenkomst is dat de mens het begin- en eindpunt is van politieke besluitvorming. In het hart zetelt de overtuiging dat de mens heer en meester is van deze wereld. Die overtuiging leidt tot een verabsolutering van de stem van het volk. De mens is de hoogste instantie, zijn wil is wet. In het hart wortelen geloof en ongeloof (lees: geloof in redelijkheid, in vrijzinnigheid).

Het feit dat de mens de maatstaf is, is niet zonder gevaar. Groen van Prinsterer stelt: "De grond van mijn klacht is dat wat vroeger omschreven en bevestigd werd door onveranderlijke wetten en inzettingen van God nu afhankelijk is van het goedvinden van de staat. Het is afhankelijk van de wil van de veranderlijke mensen en gaat dus in wezen teniet. Er is vrijheid voor zover het mogelijk, nuttig en wenselijk is." Willekeur ligt dus op de loer. Want hoe betrouwbaar is het volk als `schepper' van de rechtsorde? Hoezeer kunnen wij vertrouwen op de wisselende meerderheden? Hoe willen zij zichzelf begrenzen?

Een alternatief

Juist onderworpenheid aan God stelt grenzen aan de uitoefening van overheidsgezag. Een samenleving heeft behoefte aan hogere waarden als vrijheid en gelijkwaardigheid, aan gegeven rechtsbeginselen. Gods perspectief en normen zijn goed voor alle burgers, zij zijn de beste garantie tegen willekeur door de overheid. Ook bieden ze de beste bescherming van minderheden tegen de meerderheid. Dat zien we nu zowel progressieven die hun vrijzinnigheid willen opleggen, als bij populistische conservatieven die de godsdienstvrijheid van moslims willen beperken. De Bijbel leert dat tarwe en onkruid hier op aarde samen mogen opgroeien, dat geloof en dwang niet samengaan.

Wat me vooral stoort bij populisten is een gebrek aan gastvrijheid voor `vreemdelingen'. De PVV beroept zich regelmatig op de joods-christelijke identiteit, maar verbindt die niet met opofferingsgezindheid en gastvrijheid, eerder met het uitsluiten van moslims door hen op harde toon naar beneden te halen. Met nederigheid, naastenliefde en dienstbaarheid heeft het weinig te maken.

Als vreemdelingen hebben wij een plek gekregen om hier op dit stukje aarde te wonen. We zijn samen verantwoordelijk voor de leefbaarheid van onze omgeving. De overheid kan daarbij helpen, maar ze kan onze problemen niet oplossen of ons gelukkig maken - welke kleur die overheid ook heeft. We zijn vooral geroepen naar elkaar om te zien, juist naar de nabije naaste. Met dat uitgangspunt was ook mijn buurvrouw geholpen.

Door mr.drs. Geert Jan Spijker, medewerker Wetenschappelijk Instituut ChristenUnie