Verslag aan het federale parlement: Financiering en beheer van de openbare sociale Maribel

11/03/2010 09:06

COUR DES COMPTES - REKENHOF

In zijn verslag aan het federaal parlement onderzoekt het Rekenhof het systeem van de openbare sociale Maribel. Via dat systeem kunnen bijkomende banen in de non-profitsector worden gecreëerd. Het Rekenhof toont aan dat het systeem, zoals het momenteel is georganiseerd, niet volledig meer wordt gefinancierd door de sociale Maribelbijdragen van de werkgevers en bijkomende financiering nodig heeft vanuit de algemene inkomsten van de sociale Zekerheid. Het wijst ook lacunes in het beheer en de controle van de financiering van dit type banen.

Het systeem van de sociale Maribel financiert sinds 1997 bijkomende banen in de non-profitsector van de gezondheidszorg, de maatschappelijke dienstverlening en de cultuur. De ontvangsten van het systeem komen van een inhouding op de werkgeversbijdragen voor de sociale zekerheid van de betrokken non-profitsector. Voor de openbare sociale Maribel worden die financiële middelen samengebracht in een fonds bij de RSZPPO, dat wordt beheerd door een beheerscomité dat alle spelers uit de openbare non-profitsector samenbrengt. Dat comité moet de bijkomende banen toekennen, verdelen en financieren.

Op 1 januari 2010 bedroeg het aantal banen met een sociale Maribelfinanciering bij de overheid 8.822 voltijdse equivalenten, wat op jaarbasis nagenoeg 248,6 miljoen euro vertegenwoordigt.

Sinds 2004 komt het bedrag dat aan het sociale Maribelsysteem wordt toegekend niet meer overeen met de bijdragen van de werkgevers aan het systeem, maar bestaat het uit een een dotatie die de FOD Werkgelegenheid op basis van statistische gegevens berekent.

Het Rekenhof heeft vastgesteld dat de berekening van die dotatie ertoe leidt dat aan de openbare sociale Maribel een bedrag wordt toegekend dat hoger ligt dan het geheel van de bijdragen van de werkgevers. Daardoor wordt het systeem ook gefinancierd door een deel van de algemene ontvangsten van de RSZ-Globaal Beheer.

Met de middelen die het Globaal Beheer minder ontving in de periode 2004-2008, in totaal 64 miljoen euro, werden banen gefinancierd in het kader van de openbare sociale Maribel (7 miljoen euro) en het "opleidingsproject 600" voor verpleegkundigen (57 miljoen euro). Dat gebeurde op weinig transparante wijze.

Het Rekenhof beveelt aan de berekeningsregels van de dotatie te herzien, om te vermijden dat de dotatie boven de ontvangsten uitstijgt. De hypothesen waarop de berekening van de toekomstige dotatie is gebaseerd, zouden moeten kunnen worden gecorrigeerd door de dotatie en de gekende ontvangsten uit de bijdrageverminderingen voor de openbare sociale Maribel jaarlijks met elkaar te vergelijken.

Wat de goedkeuring betreft van de gefinancierde banen, beveelt het Rekenhof aan toekenningscriteria te definiëren, zoals de reglementering voorschrijft, en daarbij terug te grijpen naar de doelstellingen die met dat werkgelegenheidsbeleid worden nagestreefd.

Om het maximumbedrag van de loonkosten te kunnen controleren waarvoor financiering door de sociale Maribel mogelijk is, beveelt het Rekenhof aan de werkgever te verplichten meer nauwkeurige informatie te bezorgen over de loonschaal bij de indienstneming. De RSZPPO zou ook tijdens de loopbaan van de werknemer een controle moeten doen.

Om de Maribel-tegemoetkomingen adequaat te kunnen storten volgens het type werknemer en om die tegemoetkomingen te beperken tot de loonkosten, zou de RSZPPO ook een controle moeten instellen waarbij de betrokken werknemers nauwkeurig worden geïdentificeerd.

Om er zeker van te zijn dat de sociale Maribel extra banen financiert zonder dat die in de plaats komen van bestaand personeel, is het Rekenhof van oordeel dat een prioritaire doelstelling van het systeem zou moeten zijn zowel de indienstneming van de werknemers van de sociale Maribel te controleren, als na te gaan of die Maribel-banen effectief blijven bestaan zolang de financiering loopt. Het beveelt ook aan jaarlijks specifiek te controleren of de Maribel-tegemoetkomingen leiden tot een gelijkwaardige stijging van het aantal banen, behalve wanneer een afwijking is aangevraagd.

Omdat de financiering door de sociale Maribel vaak ontoereikend is om de volledige loonkosten van de werknemer te dekken, moeten de werkgevers die zelf meefinancieren of aanvullende steun zoeken. Om te vermijden dat het loon dubbel gesubsidieerd wordt, beveelt het Rekenhof aan een procedure uit te werken die de werkgever ertoe verplicht cofinancieringen aan te geven. Ook is het van oordeel dat de RSZPPO bij de RVA zou moeten navragen welk bedrag aan activeringspremies deze dienst aan sommige werknemers sociale Maribel toekent ter bestrijding van de werkloosheid.

Om de openbare middelen optimaal te kunnen inzetten, beveelt het Rekenhof tot slot aan dat de RSZPPO de administraties van de gemeenschappen en de gewesten systematisch op de hoogte zou brengen van de toegekende sociale Maribel-tegemoetkomingen.

In hun antwoord verklaren de minister van Sociale Zaken en de minister van Werk dat zij een aantal maatregelen zullen nemen die geïnspireerd zijn door de aanbevelingen van het Rekenhof. Die maatregelen streven naar een beter beheer van en naar een betere controle op de sociale Maribel in de overheidssector.

Ook verbinden de ministers zich ertoe de reglementering over de vaststelling van de dotatie te verduidelijken mocht dat nodig blijken.


---

Informatie voor de pers

Het Rekenhof controleert de openbare financiën van de federale Staat, de gemeenschappen, de gewesten en de provincies. Het draagt bij tot een beter overheidsbeheer door de parlementaire vergaderingen, de beheerders en de gecontroleerde diensten nuttige en betrouwbare informatie te bezorgen, die voortvloeit uit een tegensprekelijk onderzoek. Als collaterale instelling van het parlement werkt het Rekenhof onafhankelijk van de overheden die het controleert.

Het integrale verslag Bevordering van de werkgelegenheid in de openbare non-profitsector: financiering en beheer van de sociale Maribel (46 p.), de samenvatting (2 p.) en dit persbericht zijn beschikbaar op de website van het Rekenhof (www.rekenhof.be).

Contactpersoon:

Karl Hendrickx

Cel Federale Publicaties

02 551 89 90

Voor eventuele hyperlinks en bijlagen: Zie het origineel