Ingezonden persbericht


TEFAF DESIGN NÓG STERKER OP TEFAF MAASTRICHT 12-21 MAART 2010

Helvoirt, 15 december 2009 - TEFAF Design, in 2009 de stijlvolle nieuwkomer op TEFAF Maastricht, verhuist naar een nieuwe plek op 's werelds meest invloedrijke kunst- en antiekbeurs, die van 12 t/m 21 maart 2010 in het MECC in Maastricht wordt gehouden. Negen gespecialiseerde design galerieën exposeren nu op de begane grond, grenzend aan de sectie TEFAF Modern. Op deze nieuwe locatie behouden zij hun eigen sfeer. Ze zijn, evenals vorig jaar op de bovenverdieping, gegroepeerd rondom een sushibar. Gallery Fancsaly (Milaan), een van de belangrijkste handelaren in 20e-eeuws Italiaans glas en designlampen, komt hier de gelederen versterken.

'TEFAF Design was zeer succesvol op de beurs in 2009,' stelt Philippe Denys, de Brusselse specialist in 20e-eeuwse Europese designmeubelen en objecten, en een van de drijvende krachten achter de nieuwe sectie. 'Voorheen was design ondervertegenwoordigd op TEFAF. Het heeft nieuwe bezieling gebracht op de beurs en nieuwe klanten, die de kunst- en antiekmarkt anders benaderen.'

TEFAF Design omvat belangrijk werk van veel grote namen in 20e-eeuws design. L'Arc en Seine (Parijs) brengt een koffietafel, rond 1940 ontworpen door de Fransman Paul Dupré-Lafon (prijs: ¤280.000), een bureau van Max Inggrand en Cat Butler, een bronzen sculptuur van Diego Giacometti. Prijs: ¤75.000.

Bel Etage, Wolfgang Bauer (Wenen) presenteert een paar mahoniehouten leunstoelen, ingelegd met paarlemoer, ontworpen door de Oostenrijker Josef Urban en uitgevoerd door Sandor Jaray in 1908 (prijs ¤95.000). Urban verhuisde later nnaar Amerika, waar hij hoofd theaterontwerpen werd van de opera in Boston en New York en directeur van de New Yorkse tak van de Wiener Werkstätte, een groep samenwerkende kunstenaars, ontwerpers en architecten. Andere blikvangers zijn de meubelen die Otto Wagner voor zijn huis in de Döblergasse in Wenen ontwierp. Wagner, medeoprichter van de kunstenaarsgroep Wiener Secession en gerenommeerd architect, had de gewoonte om in veel van de apartementencomplexen die hij ontwierp een woning voor zichzelf te bouwen.

Een van de hoogtepunten bij Galerie Eric Philippe (Parijs) is een serie van drie notenhouten leunstoelen en een voetenbankje, bekleed met kussens van geweven wol, rond 1955 ontworpen door de Amerikaanse architect Frank Lloyd Wright. Uit diezelfde tijd dateert een kroonluchter van koper en messing van de Finse designer Paavo Tynell. Philippe Denys (Brussel) brengt Grand Piano van de Deen Poul Henningsen, ontworpen in 1931. De piano is van echt leer, verchroomd staal, lakwerk, ivoor en doorzichtig celluloid.

Gallery Fancsaly (Milaan), gespecialiseerd in onder meer Italiaanse glasobjecten, is nieuw binnen TEFAF Design. Fancsaly brengt Cut Out Thought, de enige koperen sculptuur die de Italiaanse architect-ontwerper Gio Ponti ooit maakte; deze werd uitgevoerd door Sabattini in Milaan in 1976. Het beeld was bedoeld als een grap, de expressie van zijn gedachten toen hij een vrouwenportret aan het schetsen was. Het werk maakte tot voor kort deel uit van de collectie Lisa Licitra Ponti. Een ander hoogtepunt bij Fancsaly is een gedecoreerde glazen vaas van Flavio Poli, een unicum van rond 1952.

Een van de drie eerste exemplaren van de beroemde stoel van Le Corbusier, in 1928 gemaakt voor diens villa Church in het Franse Ville-d'Avray, is te zien bij Galerie Ulrich Fiedler (Berlijn). Bij Sebastian & Barquet (New York) is een notenhouten tafel met een glazen blad te zien dat door Lucio Fontana in 1952 aan de onderkant werd beschilderd. De tafel is ontworpen en vervaardigd door Osvaldo Borsani (prijs: $120.000). Yves Macaux (Brussel) komt met een lamp door Joseph Hoffman, ontworpen voor het Weense huis van Magda Mautner von Markhof, die in de vroege 20e-eeuw belangrijke ontwerpopdrachten verleende voor binnenhuisprojecten.

TEFAF & AXA Art: Kunst, meer dan een investering
TEFAF deelt haar zienswijze van kunst, meer dan een investering met hoofdsponsor AXA Art. Het partnerschap tussen TEFAF en AXA Art betekent voor verzamelaars dat zij toegang hebben tot een unieke bundeling van kennis, die naast kunsthistorische en financiële aspecten van een kunstwerk ook uitgebreide kennis betreft van risicopreventie, conservering, het beperken van schade en restauratie. Daarmee kunnen kunstverzamelaars hun collecties in een zo goed mogelijke staat houden.