Rijksuniversiteit Groningen

Rijksuniversiteit Groningen

Persbericht
Rijksuniversiteit Groningen / nummer 44 / 9 maart 2010

Nieuw gespreksprotocol voor verzekeringsartsen

Verzekeringsartsen moeten bij hun cliënten meer doorvragen naar de betekenis van hun ziekte in het dagelijks leven. Zo krijgen ze een beter beeld van hun mogelijkheden en beperkingen. Dat concludeert verzekeringsarts Jerry Spanjer op basis van zijn promotieonderzoek. Hij ontwikkelde een nieuw gespreksprotocol voor verzekeringsartsen. Dit protocol wordt inmiddels gebruikt in de opleiding van verzekeringsartsen van uitkeringsinstantie UWV. Spanjer promoveert 17 maart 2010 aan de Rijksuniversiteit Groningen.

Werknemers die door ziekte hun werk niet meer kunnen doen, kunnen na twee jaar een WIA-uitkering aanvragen (Werk en Inkomen naar Arbeidsvermogen; voorheen WAO). Of de aanvraag wordt toegekend en voor hoeveel procent, hangt voor een groot deel af van de verzekeringsarts. Deze baseert zijn oordeel op een medische diagnose en een gesprek met de cliënt. Spanjer ontwikkelde en onderzocht een nieuw gespreksprotocol, het Belastbaarheidsgericht Beoordelingsgesprek (BGB), om tot een meer consequente beoordeling van arbeidsongeschikten te komen.

Interpretatie gegevens belangrijk

Artsen verschillen nauwelijks van mening over de medische diagnose, zo ontdekte Spanjer. Maar het beoordelen wat de diagnose in de dagelijkse praktijk voor iemand betekent, blijkt lastiger te bepalen. Om tot een meer consistente beoordeling te komen, moeten de verzekeringsartsen volgens Spanjer niet méér gegevens gaan verzamelen, maar die gegevens systematischer gaan interpreteren. Een training kan ze hierop voorbereiden.

Belastbaarheidsgericht gesprek

Het belastbaarheidsgericht gesprek (BGB) is een min of meer gestructureerd gesprek waarin een aantal vaste onderwerpen op eenzelfde manier aan bod komt. Door gericht door te vragen naar voorbeelden en activiteiten, krijgt de arts een beter inzicht in wat de cliënt nog wel kan. Spanjer onderzocht de betrouwbaarheid en validiteit van zijn gespreksprotocol door verzekeringsartsen video-opnames en rapportages van BGB-gesprekken voor te leggen. Verder werden ruim zestig WIA-aanvragers door telkens twee artsen op het spreekuur beoordeeld, waarbij het verschil in oordeel tussen die artsen werd gemeten. Hierbij werkte de helft van de 16 betrokken artsen mét en de helft zónder het BGB-gespreksprotocol. Alle artsen concludeerden dat het BGB-gesprek een realistisch beeld van de cliënt geeft en dat het een acceptabele gespreksmethodiek is in de dagelijkse praktijk. Zeven van de acht artsen die met het BGB-gesprek werkten, vonden dit gespreksprotocol beter dan hun eigen, gebruikelijke beoordelingsgesprek. Wel verschilden de artsen nog vaak van mening over de vraag hoeveel uren per dag de cliënt kan werken. Spanjer pleit er daarom voor om één cliënt door meerdere verzekeringsartsen te laten beoordelen. De cliënten zelf waren tevreden over het beoordelingsgesprek, dat ze gemiddeld beloonden met het rapportcijfer 7,7.

Curriculum Vitae

Jerry Spanjer (Groningen, 1958) studeerde geneeskunde aan de Rijksuniversiteit Groningen. Hij werkt sinds 1989 als uitvoerend verzekeringsarts bij het UWV. Zijn werkgever financierde het onderzoek, dat werd uitgevoerd aan de afdeling Sociale Geneeskunde van het Universitair Medisch Centrum Groningen (UMCG) en binnen onderzoeksschool SHARE. Promotor is prof.dr. J.W. Groothof en co-promotor dr. B. Krol. Na zijn promotie gaat Spanjer deels werken als wetenschappelijk onderzoeker bij het Kenniscentrum Verzekeringsgeneeskunde van UMCG en UWV. De titel van zijn proefschrift luidt: "The Disability Assessment Structured Interview. Its reliability and validity in work disability assessment".