Raad van State
woensdag 17 maart 2010
Zitting over de goedkeuring door het college van gedeputeerde staten
van Noord-Holland van het bestemmingsplan 'Bedrijvenpark
Baanstee-Noord' van de gemeente Purmerend. Het plan maakt een
uitbreiding mogelijk van het bedrijventerrein Baanstee ten noorden van
de N244. Naast 80 hectare ruimte voor bedrijven wordt er ook een
bagger- en gronddepot van vier hectare mogelijk gemaakt. Het
provinciebestuur heeft alleen goedkeuring verleend aan 40 hectare
bedrijventerrein en heeft aan de overige 40 hectare goedkeuring
onthouden. Dit heeft hij gedaan omdat er op dit moment alleen behoefte
zou zijn aan 40 hectare bedrijventerrein. De gemeenteraad zou dit ook
bevestigd hebben. Volgens het provinciebestuur had de gemeenteraad
moeten regelen dat het plan in fasen zou worden uitgevoerd. De
gemeenteraad van Purmerend is het hier niet mee eens en komt tegen
deze beslissing in beroep bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de
Raad van State. Volgens hem is het in fasen uitvoeren van het
bestemmingsplan niet nodig omdat uitgebreid onderzoek is gedaan naar
de noodzaak van het plan. Ook een omwonende komt in beroep tegen het
plan. Volgens de man is er helemaal geen behoefte aan een extra
bedrijventerrein. Ook heeft hij bezwaar tegen de komst van het
baggerdepot omdat dit depot geuroverlast zou veroorzaken. Ten slotte
komt ook de stichting Baanstee NEE! in beroep tegen het plan. Ook zij
betwist de noodzaak van het bedrijventerrein. Verder is de stichting
bang dat de kerkuil negatieve gevolgen ondervindt van het
bedrijvenpark en het baggerdepot. (zaaknummer 200809115/1)
10.15 uur
Openbaarmaking van de uitspraken in hoofdzaken (bodemprocedures) van
de Afdeling bestuursrechtspraak. Ga naar deze pagina voor een selectie
van de meest in het oog springende uitspraken. Of ga naar deze pagina
voor een volledig overzicht van de uitspraken.
11.00 uur
Zitting over het besluit van de burgemeester van Hoogeveen om een
tijdelijk huisverbod op te leggen aan een inwoner van de stad. Het
gaat om een huisverbod van tien dagen. De burgemeester heeft het
huisverbod opgelegd om de ernstige dreiging van geweld voor zijn
partner en (stief)kinderen weg te nemen. De burgemeester heeft het
huisverbod met achttien dagen verlengd. De man vindt dat het besluit
waarin staat dat hem een huisverbod wordt opgelegd onleesbaar is. Ook
staat daar volgens hem niet in wie het besluit heeft genomen en op
welke datum dat is gebeurd. Bovendien zou hij helemaal niet in
dezelfde woning als zijn partner wonen. Ten slotte had de burgemeester
het huisverbod niet mogen verlengen, omdat hij geen sleutel heeft van
de woning van zijn partner en hij niet van plan is om naar die woning
te gaan. De rechtbank in Assen heeft in september 2009 een eerder
beroep van de man niet-ontvankelijk verklaard. Naar haar oordeel had
de man geen belang meer bij een inhoudelijke beoordeling van het
huisverbod, omdat dat verbod inmiddels was verstreken. De man komt
tegen die uitspraak in hoger beroep bij de Afdeling
bestuursrechtspraak van de Raad van State. Hij vindt dat niet de
civiele rechter bij de rechtbank, maar een bestuursrechter over het
huisverbod had moeten oordelen. Nu dat niet is gebeurd, kan de
uitspraak van de rechtbank niet in stand blijven, aldus de man. Ook
had de rechter zijn zaak op een zitting moeten behandelen. Bovendien
zou hij wel belang hebben bij een inhoudelijke beoordeling van het
verbod. (zaaknummer 200907721/1)