Rijksvoorlichtingsdienst

Inspectie: meer aandacht voor uitvoering dagprogramma penitentiaire inrichting

"Rechten van gedetineerden in het gedrang"

Het gebruik van biometrie in de penitentiaire inrichtingen functioneert nog niet naar behoren. Zo zijn er veel storingen vanwege technische mankementen. Verder is er in algemene zin weliswaar sprake van een respectvolle bejegening van gedetineerden, maar is deze nog teveel afhankelijk van individuele personen en ontbreekt er een algemene visie. Ook vertoont met name de uitvoering van de dagprogramma's nog teveel tekortkomingen waardoor de rechten van gedetineerden gevaar lopen. Dat zijn de belangrijkste punten uit het vandaag verschenen Jaarbericht over 2009 van de Inspectie voor de Sanctietoepassing.

De Inspectie voor de Sanctietoepassing is een onafhankelijke organisatie die toezicht houdt op de uitvoering van de sancties. In het jaarverslag stelt de Inspectie dat de biometrie die inmiddels overal wordt toegepast in de penitentiaire inrichtingen voor het vaststellen en controleren van de identiteit van een ingeslotene nog niet goed blijkt te werken. De techniek laat het regelmatig afweten: er worden veel storingen gemeld. Daarnaast zijn er klachten over de traagheid van de vingerscan, waardoor personeelsleden nog wel eens afzien van het gebruik ervan (met name bij het transport van gedetineerden naar en van de bezoekruimte). De Inspectie is bezorgd dat, waar de biometrie het laat afweten, niet altijd voldoende naar een alternatief voor een goede identiteitscontrole gezocht wordt. Zo wordt de gedetineerdenpas niet overal consequent gebruikt.

De Inspectie constateert dat over het algemeen sprake is van een respectvolle bejegening van gedetineerden en reclasseringscliënten. Zij tekent daar wel bij aan dat de bejegening vaak teveel van personen afhankelijk is, en dat de instellingen geen visie op een goede bejegening hebben geformuleerd. Overigens stelt de Inspectie vast dat discriminatie geen structureel probleem vormt binnen de inrichtingen. De Inspectie adviseert de bezoekmogelijkheden in penitentiaire inrichtingen zo te organiseren dat kinderen tenminste eenmaal per maand hun gedetineerde ouder kunnen bezoeken.

Ook merkt de Inspectie op dat het dagprogramma vaak niet aan de minimumeisen voldoet. Regelmatig is er sprake van uitval van activiteiten. De Inspectie stelt dat wanneer de uitval groter is dan 10 procent van de aangeboden activiteit, de rechten van gedetineerden in het gedrang komen. Het meest kwetsbare onderdeel vormt de arbeid.

De Inspectie herhaalt in het jaarbericht de vraag of niet te hoge brandveiligheidseisen gesteld worden aan de gebouwen, de technische voorzieningen en de beschikbaarheid van personeel. In eerdere Jaarberichten sprak de ISt van een disproportionele reactie, waarbij grote sommen geld besteed worden aan een geringe verhoging van het inmiddels toch al hoge niveau van brandveiligheid.

Maatschappijbeveiliging

De Inspectie heeft meermalen de indruk gekregen dat medewerkers te weinig rekening houden met de impact van 'slecht nieuws' op de justiabelen. Zo kan de weigering van een verlof zo teleurstellend zijn, dat er een (tijdelijk) verhoogd risico geldt voor de justiabele in kwestie. Te vaak blijven medewerkers in zo'n situatie volgens de normale routine handelen, en wordt er weinig rekening mee gehouden dat na ontvangst van een slecht bericht iemand tijdelijk een verhoogd risico kan vormen. Iets vergelijkbaars doet zich voor als er verbouwingen of andere werkzaamheden plaatsvinden. Daarom bepleit de Inspectie meer scherpte van de medewerkers bij ongebruikelijke situaties.

De Inspectie signaleert dat de aandacht voor nazorg en reïntegratie is toegenomen. Toch vindt zij dat er nog veel te verbeteren valt in de informatieoverdracht en in de organisatie van gedragsinterventies.

Reclassering

Net als in haar Jaarbericht 2008 concludeert de Inspectie in 2009 dat het meten en evalueren van inhoudelijke resultaten bij de reclassering nog weinig ontwikkeld is. Het systematisch en periodiek meten van resultaten, van tevredenheid van opdrachtgevers en samenwerkingspartners en van de beleving van reclasseringscliënten ontbreekt. Wat de activiteiten van de reclassering bijdragen aan een effectieve sanctietoepassing zou met onderbouwde en transparante effect- en tevredenheidsmeting inzichtelijk gemaakt moeten worden. De Inspectie ziet hier een belangrijke rol voor de hoofdkantoren van de reclasseringsorganisaties weggelegd.

Jubileum

De Inspectie voor de Sanctietoepassing vierde op 1 januari 2010 het vijfjarig bestaan. In de afgelopen vijf jaar heeft de ISt 90 rapporten gepubliceerd op basis van de onderzoeken die de Inspectie heeft uitgevoerd. De Inspectie wil de komende jaren doorgaan met het uitvoeren van doorlichtingen. Ook neemt zij zich voor, vaker vervolgonderzoeken te gaan doen.

Noot voor redacties (