Gemeente IJsselstein


Archeologische vondsten Schapenstraat

Datum: dinsdag 23 maart 2010
Tijdens de archeologische begeleiding van de rioolvervangingen in de Schapenstraat zijn ten oosten van de Sint-Nicolaasbasiliek funderingsresten, restanten van een stadsmuur en een aardewerkfragment van een zogenaamde Siegburnkan aangetroffen.
Funderingsresten
Een deel van de gevonden fundering bevindt zich op liggende boomstammetjes. In een archeologisch spoor onder deze boomstammetjes is een aardewerkfragment aangetroffen van een zogenaamde Siegburgkan. Dit fragment stamt uit de tweede helft van de 14e eeuw, mogelijk zelfs uit het tweede kwart van de 14e eeuw. De archeologen van ADC ArcheoProjecten uit Amersfoort onderzoeken van welk gebouw de funderingsresten deel uitgemaakt kunnen hebben. Muurresten
Ook werden restanten van een muur, opgebouwd uit bakstenen, aangetroffen. De muur had een hoogte van 1.80 meter. Op basis van de hoogte, locatie en de oriëntatie van de muurresten is het vrijwel zeker dat het restanten van de stadsmuur zijn. Aan de buitenzijde van de muurresten troffen de archeologen een donkere humeuze vulling met veel bouwmateriaal en pijpaardewerk. Deze vulling kan worden geïnterpreteerd als materiaal waarmee de gracht, die de stadsmuur omringde, is gedempt.

Archeologen bij restanten fundering Schapenstraat `Liggende boomstammetjes' waarop is gefundeerd

Restanten stadsmuur Kronenburgplantsoen/Schapenstraat Archeoloog meet funderingsresten in

Geplande rioolwerkzaamheden
Ook de overige geplande rioolwerkzaamheden worden op een aantal locaties, waaronder aan het Kronenburgplantsoen, archeologisch begeleid.
Archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart In de archeologische verwachtings- en beleidsadvieskaart van de gemeente IJsselstein, opgesteld door ADC Heritage, staat over de stadsmuur het volgende vermeld:
Omstreeks 1390 liet Arnold van Egmond, heer van IJsselstein, een stadsmuur met poorten en torens om de stad bouwen. Deze stadsmuur omringde echter niet alleen de stad maar ook het kasteel aan de noordwest zijde van de stad. De opbouw van de stadsmuur bestond in 1500 uit een fundament, waarvan delen nog dateerden uit de 14e eeuw. Op het fundament stond een spits toelopende bakstenen muur met een hoogte van 4,5 meter. Aan de binnenkant lag een aarden wal van ongeveer 3,5 meter breed en 3 meter hoog. Deze aarden wal werd door een klein muurtje gesteund, een volwassene kon vanuit de stad, staande op de wal, over de muur naar de omgeving kijken. Tussen gracht en stadsmuur lag een smalle strook grond met doornstruiken erop als extra hindernis tegen indringers. De muurtorens stonden op ongeveer 60 meter van elkaar verwijderd, ze hadden oorspronkelijk een houten dak en staken als halfronden uit de stadsmuur.
Waarschijnlijk is na de verwoesting van IJsselstein in 1466 de stadsmuur in kloostermoppen opgebouwd. Uit later uitgevoerd archeologisch onderzoek is gebleken dat de stadsmuur grondbogen heeft gehad en nog deels heeft. Vanaf de 16e eeuw raakten de stadsmuren in verval. Uiteindelijk is een groot deel van de stadsmuren gesloopt. Tijdens rioolwerkzaamheden aan het Kronenburgplantsoen in 1954 (vermoedelijk tegenover nr 22) is muurwerk aangetroffen. Mogelijk betreft het muurwerk de fundamenten van de `Leentjestoren', één van de rondelen van de stadsmuur aan de noordzijde van de stad.