Bijeenkomst van de Europese Raad 25 en 26 maart te Brussel, 25 en 26
maart 2010
Kamerbrief inzake Bijeenkomst van de Europese Raad 25 en 26 maart te
Brussel, 25 en 26 maart 2010
Kamerbrief | 22 maart 2010
Graag bied ik u hierbij, mede namens de minister-president, de
geannoteerde agenda aan van de Europese Raad van 25 en 26 maart te
Brussel.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
Drs. M.J.M. Verhagen
Geannoteerde agenda van de Europese Raad van 25 en 26 maart 2010 te
Brussel
Er staan twee onderwerpen geagendeerd voor de Europese Raad, te weten
de nieuwe Europese strategie voor groei en banen (de `Europa
2020-strategie') en klimaatverandering.
Europa 2020-strategie
De economische en financiële crisis heeft duidelijk zijn sporen
achtergelaten. De EU en haar lidstaten staan de komende jaren voor een
forse opgave. De economische groei lijkt te herstellen, maar de klap
van de crisis zal nog lang nadreunen in de overheidsfinanciën. Het is
nu zaak gedegen maatregelen te nemen voor de exit uit de crisis en
terug te keren naar solide overheidsfinanciën. Tegelijkertijd staat
Europa voor een aantal structurele uitdagingen voor de Europese
economie. De Europese Raad zal op basis van de mededeling van de
Commissie over de `Europa 2020-strategie' spreken over de hoofddoelen
van de strategie voor de economie: arbeidsparticipatie, onderzoek en
ontwikkeling, klimaat en energie, onderwijs en armoede.
De Nederlandse inzet ten aanzien van de strategie voor groei en banen
zal langs de lijnen zijn van het kabinetsstandpunt aangaande de
Commissiemededeling over de `Europa 2020-strategie'. Het
kabinetsstandpunt ging uw Kamer op 15 maart jl. toe.
Doelen
Nederland onderschrijft het beperkte aantal doelen van de strategie.
Bij de armoededoelstelling heeft Nederland twijfels. Dit doel verhoudt
zich slecht met een `Europa 2020-strategie' die zich moet concentreren
op beleid dat bijdraagt aan economische groei en banen. De sociale
dimensie van de strategie ligt naar de mening van Nederland dan ook
met name in het vergroten van de werkgelegenheid en van de
inzetbaarheid van mensen.
Nederland is daarnaast van mening dat het ondernemingsklimaat meer
aandacht verdient. Het bedrijfsleven, en vooral het Midden- en
Kleinbedrijf, is een belangrijke drijver van economische groei en moet
een belangrijke rol toebedeeld worden in de strategie.
Governance
Nederland kan zich vinden in de voorstellen van de Commissie om de
governance van de strategie te versterken. Zo gaat de mededeling in op
verscherpte landenspecifieke aanbevelingen met de mogelijkheid tot een
waarschuwing van de Commissie, een sterke rol voor de Europese Raad en
gestroomlijnde nationale rapporten. Deze zaken dragen bij aan de
effectiviteit van de strategie.
De Commissie doet in haar mededeling voorstellen voor versterking van
de Europese coördinatie van het economisch beleid. Deze coördinatie
zal deels vorm krijgen via gelijktijdige behandeling van de nationale
hervormingsprogramma's onder de `Europa 2020-strategie' met de
programma's onder het Stabiliteits- en Groeipact. De Europese Raad zal
jaarlijks de balans opmaken van de voortgang op communautair niveau en
in de lidstaten, waarbij de structurele hervormingen en de
macro-economische ontwikkelingen in samenhang zullen worden bekeken.
Nederland ziet de voordelen van een dergelijke synchrone behandeling,
maar zal er scherp op blijven letten dat aanbevelingen onder de
`Europa 2020-strategie' geen alibi kunnen vormen om onder de
duidelijke criteria en procedures van het Stabiliteits- en Groei Pact
uit te komen.
Klimaatverandering / Follow-up Kopenhagen
De Europese Raad zal spreken over de rol van de EU in het
internationale klimaatproces. Deze discussie was aanvankelijk voorzien
tijdens de informele Europese Raad van 11 februari jl. maar kon
vanwege tijdgebrek niet doorgaan. De klimaattop in Kopenhagen heeft de
vraag opgeroepen hoe we nu verder moeten gaan en hoe de EU effectiever
kan optreden in de mondiale onderhandelingen.
De voorzitter van de Europese Raad Herman van Rompuy heeft laten weten
de discussie in de Europese Raad te willen focussen op de volgende
drie thema's: (i) de huidige status van het Kopenhagen Akkoord en de
daaruit volgende tactische inzet; (ii) het beïnvloeden van de dynamiek
in het onderhandelingsproces en; (iii) de lessen die de EU trekt uit
Kopenhagen. De discussie zal plaatsvinden tegen de achtergrond van de
op 9 maart gepubliceerde Commissiemededeling over internationaal
klimaatbeleid post-Kopenhagen, waarover uw Kamer binnenkort per brief
in detail wordt geïnformeerd.
Het Kopenhagen Akkoord vormt een belangrijke basis voor de verdere
onderhandelingen onder het Klimaatverdrag. Inmiddels bestaat brede
steun voor het akkoord waarmee meer dan 100 landen zich hebben
geassocieerd, waaronder alle grote vervuilers. Het akkoord erkent de
twee gradendoelstelling en geeft politieke sturing op belangrijke
elementen die in de VN-klimaatonderhandelingen uitgewerkt en versterkt
zullen moeten worden. Nederland is van mening dat de EU zich het
komende jaar moet richten op een stapsgewijze benadering, waarbij op
deelterreinen voortgang wordt geboekt. Tijdens de klimaatconferentie
in Cancun zou een set concrete, actiegerichte besluiten op
deelterreinen kunnen worden genomen, als belangrijke stap op weg naar
een meer omvattend klimaatregime.
De EU heeft in de aanloop naar Kopenhagen laten zien dat haar kracht
vooral ligt in het bepalen van de agenda, in het constructief
bijdragen aan de onderhandelingen en het opdrijven van het
ambitieniveau. Maar om ook in het politieke eindspel effectiever te
kunnen optreden, ziet Nederland graag dat de EU zich in de
onderhandelingen duidelijker als één blok profileert met een
eenduidige boodschap, vooral op politiek niveau en in externe
contacten. De VN is en blijft het belangrijkste kanaal om mondiale
afspraken te maken over internationaal klimaatbeleid. Daarnaast zou de
EU zich moeten richten op het bouwen van allianties en het boeken van
tastbare resultaten met andere landen via informele fora en bilaterale
activiteiten. Deze kunnen het onderhandelingsproces ondersteunen en
concrete klimaatacties in gang zetten.
Griekenland
Mogelijk zal, hetzij in de Europese Raad zelf of in de marge van de
vergadering, de situatie in Griekenland aan de orde komen. In de
Eurogroep van 15 maart is gesproken over een mechanisme om de
financiële stabiliteit van de gehele eurozone te waarborgen, indien
deze in gevaar dreigt te komen. Uw Kamer heeft hierover een brief
ontvangen van de minister van Financiën op 17 maart. Diezelfde dag
heeft de minister van Financiën overleg gevoerd met uw Kamer, en op 18
maart samen met de minister-president. In dit laatste debat is een
nieuwe brief door de minister van Financiën aan de Kamer toegezegd,
die u voor het AO zal toegaan.
Ministerie van Buitenlandse Zaken