ChristenUnie
Spoorlijn Breda-Utrecht beter onderzoeken
Spoorlijn Breda-Utrecht beter onderzoeken
vrijdag 26 maart 2010 13:30 Ernst Cramer en Esmé Wiegman-Van Meppelen
Scheppink trekken bij ministers Eurlings en Huizinga aan de bel over
het onderzoek naar een mogelijke spoorlijn Breda-Utrecht. Het
onderzoek dat bijna is afgerond, blijkt zo marginaal te zijn dat zelfs
Rijkswaterstaat openlijk twijfelt of het wel voldoende is. De
ChristenUnie wil nu zo snel mogelijk een grondig onderzoek.
Ernst Cramer: ,,Anders ontstaat risico voor vertraging van de
verbreding van de A27 en slinken de kansen voor de spoorlijn".
In het kader van de verbreding van de A27 wordt op verzoek van de
ChristenUnie-fractie onderzocht welke maatregelen nodig zijn om een
nieuwe spoorlijn in de toekomst "niet onmogelijk te maken". Dit
onderzoekt maakt onderdeel uit van de Milieueffectrapportage 1e fase
van de A27. Het advies van de regionale overheden op een eerste
concept is al openbaar. Hieruit blijkt dat voor de spoorlijn alleen
gekeken is naar de noodzakelijke ruimtelijke reservering op een paar
locaties. Er is echter nog niet gekeken naar de winst die te behalen
is bij rivierkruisingen en door het iets langer of breder maken van
kunstwerken voor de A27. Esme Wiegman-Van Meppelen Scheppink: "Dit is
wel van belang want door nu goed rekening te houden met een eventuele
spoorlijn in de toekomst kunnen honderden miljoenen euro's worden
bespaard."
A27
De verbreding van de A27 zal waarschijnlijk in 2013 starten en kost
zo'n 1,5 mrd euro. Ernst Cramer: ,,Rekening houden met de spoorlijn
bij dit megaproject vraagt slechts een kleine investering. Er ligt een
goed advies van de commissie Nijpels, die aangeeft dat het juridisch
van belang is de spoorlijn goed te onderzoeken om zo ook vertraging
met de A27 te voorkomen. De minister heeft voldoende tijd gehad voor
dit onderzoek en kan dus niet zeggen dat dieper onderzoek vertraging
oplevert voor de A27. De wens van de Tweede Kamer is helder. Dat
onderzoek moet zo snel mogelijk worden afgerond."
Vragen van de leden Cramer en Wiegman-Van Meppelen Scheppink (beiden
ChristenUnie) aan de ministers van Verkeer en Waterstaat en VROM over
spoorlijn Breda-Utrecht in MER 1e fase A27 Lunetten-Hooipolder.
Herinnert u zich uw toezegging om bij het trechteringproces voor de
verbreding van de A27 ook te kijken naar het "niet onmogelijk maken"
van een spoorlijn Breda-Utrecht in de toekomst en dat daarbij
specifiek gekeken zou worden naar de situatie rond de Merwedebrug?
Kent u het advies van de Bestuurlijke Advies Groep A27
Lunetten-Hooipolder (BAG) over de MER 1e fase d.d. 25 februari 2010?
Kunt u aangeven wat u verstaat onder "niet onmogelijk maken", welke
kosten daarvoor benodigd zijn volgens de MER 1e fase en welke
besparing dit oplevert bij een eventuele toekomstige realisatie van
een spoorverbinding? Hoe verhoudt dit zich tot het advies van de
commissie Nijpels op deze punten?
Klopt het dat de spoorbuffer in de MER 1e fase alleen is onderzocht
voor alternatief C? Zo ja, kunt u dit onderbouwen? Deelt u de mening
dat het ruimtebeslag van alternatief A op een aantal punten beduidend
groter is ten gevolge van het uitbuigen van de regioverbindingen?
Klopt het dat alleen is gekeken naar de benodigde ruimtereservering op
vier locaties, maar nog niet naar de rivierkruisingen, de knooppunten,
de potentiële stationslocaties, de kruisende verbindingen (mogelijk
extra lange of brede kunstwerken) en de boogstralen van de A27 in het
hele tracé terwijl de MER 2e fase op het punt staat te beginnen? Zo
ja, waarom is dit onderzoek nog niet gestart?
Kunt u reageren op de mening van de BAG dat de tot op heden gevolgde
aanpak van Rijkswaterstaat te beperkt is en nog geen recht doet aan
toezeggingen richting de Tweede Kamer voor wat betreft het niet
onmogelijk maken van de spoorlijn?
Wat zijn de risico's die, blijkens het advies van de BAG,
Rijkswaterstaat zelf benoemd heeft bij de gevolgde aanpak?
Bent u bereid alsnog een goed onderbouwde studie te doen in lijn met
het rapport van de Commissie Nijpels (november 2009) naar de benodigde
ruimtelijke reservering voor een toekomstige spoorlijn, inclusief
juridische onderbouwing daarvan?
Deelt u de mening van de commissie Nijpels dat door gedegen onderzoek
naar het "niet onmogelijk maken" ook een risico op vertraging in de
planstudie A27 kan worden voorkomen?
Deelt u de mening van de BAG dat bij de start van de MER 2e fase een
gedetailleerd inzicht nodig is in de locaties waar mogelijk ruimte
moet worden gereserveerd of maatregelen moeten worden getroffen om een
spoorlijn in de toekomst niet onmogelijk te maken?
Deelt u de mening dat het nu vooral gaat om de keuze die voor het
knooppunt Gorinchem wordt gemaakt en dat dit daarom een cruciaal punt
is voor het "niet-onmogelijk maken" en dat voor dit punt als eerste
een oplossing moeten worden gegeven? Is dit onderzocht in de MER 1e
fase?
Kunt u aangeven wat bij het knooppunt Gorinchem de beste optie is voor
het niet onmogelijk maken van de spoorlijn? Is dit een middenligging
of zijligging? Onderscheiden de verschillende alternatieven (A, B, C
en D) zich in dit opzicht van elkaar?
Brief minister V&W aan Tweede Kamer d.d. 29 september 2009 inzake
procesvoorstel spoorlijn Breda-Utrecht, kenmerk VenW/DGMo-2009/6869