Universiteit van Tilburg

Persbericht 26 maart 2013

ONDER EMBARGO tot vrijdag 26 maart, 17.00 uur

Natuurbescherming vereist hardere aanpak

Ondanks een indrukwekkende hoeveelheid natuurbeschermingsrecht hebben we de doelstelling om het verlies van biologische diversiteit op aarde voor 2010 te laten stoppen lang niet gehaald. Dat hangt samen met onze filosofische grondhouding tegenover de natuur, betoogt hoogleraar Kees Bastmeijer: dat wij over de natuur heersen. Willen we echte rentmeesters worden, dan zijn harde maatregelen noodzakelijk. Bastmeijer aanvaardt op vrijdag 26 maart zijn leerstoel Natuurbeschermings- en waterrecht aan de Universiteit van Tilburg.

De afgelopen 100 jaar is veel natuurbeschermingsrecht ontwikkeld. Een analyse van dat recht laat zien dat de grondhouding van de mens ten opzichte van de natuur op papier is verschoven van heerserschap (het enkel beschermen van nuttige dieren en vernietigen van schadelijke dieren) naar rentmeesterschap (bescherming van natuurwaarden voor toekomstige generaties). Vanaf de jaren zeventig bevat het recht hier en daar zelfs kenmerken van de partner en participant (erkenning intrinsieke waarde van natuur).

Maar de praktijk laat zien dat de verschuiving op papier niet overeenkomt met de werkelijkheid, stelt hoogleraar Kees Bastmeijer. Het accent op procedurele verplichtingen en termen als 'verstandig gebruik', 'duurzaamheid' en 'indien gepast' in internationale verdragen geven de heerser voldoende ruimte om zijn 'ding' te blijven doen. Tijdige harde grenzen, zoals een verbod op handel in blauwvintonijn, zijn vaak niet haalbaar.

Natuur moet wijken voor economische crisis
Met het Europese Natura 2000-regime lijken wij in Europa wel harde grenzen te hebben om de belangrijkste overgebleven natuurgebieden te beschermen, maar het verzet is groot. Nederland mag nergens op slot. Ministers Verburg en Eurlings zoeken de rek in het recht door creatieve uitleg en bijstelling van het recht via de Crisis- en herstelwet. Balkenende verzoekt Barroso om het voorzorgbeginsel (de kern van het Europese regime) te schrappen om zo meer ruimte te krijgen voor sociaal-economische activiteiten. Talloze moties en pleidooien van onder meer VVD en CDA over het aanpassen van begrenzingen van natuurgebieden, het schrappen van de vergunningplicht in de Natuurbeschermingswet, het eventueel aanpassen van natuurdoelen om bestaand gebruik door te laten gaan, passen in dit beeld: zodra sociaal-economische activiteiten echt in de knel komen moet het natuurbeschermingsrecht wijken.

De 'heerser' over de natuur - een houding die de relatie tussen mens en natuur al vele eeuwen typeert - is dus nooit van het toneel verdwenen, stelt Bastmeijer. Als we de natuur echt als rentmeesters willen beschermen, zal hier een antwoord op moeten volgen. Harde juridische bescherming van natuurwaarden en herstel van schade uit het verleden zijn absolute voorwaarden om de rijkdom aan soorten en ecosystemen te behouden. Van Nederland vraagt dit een stevige inzet in Europa en daarbuiten om harde afspraken gebaseerd te krijgen op de wetenschappelijke inzichten, aldus Bastmeijer. "En het voortdurende geknabbel aan het Natura 2000-regime moet ophouden."